Bedrijvig Brabant week 22 2014

Page 12

12

mei 2014

BEDRIJVIG BRABANT

Desso uit Waalwijk heeft zichzelf opnieuw uitgevonden

‘Duurzaamheid is onze visie op de wereld’ Er is een Waalwijkse multinational die in één adem genoemd wordt met andere grootheden als Philips, Auping, Ahrend, Mosa en DSM. De naam is Desso. Met die status zijn ze niet geboren. Alhoewel in de jaren ’50 zachte vloerbedekking mateloos populair was en tapijttegels uit Waalwijk in menig woonkamer lagen, heeft Desso de laatste jaren een grote verandering doorgemaakt. Het doel is om in 2020 enkel nog te produceren volgens het cradle-to-cradle principe. Alle door Desso vervaardigde producten moeten dan bestaan uit bestanddelen die biologisch afbreekbaar zijn of technisch hergebruikt kunnen worden als grondstof voor nieuwe producten. Zo wil het Waalwijkse bedrijf bijdragen aan wat wordt genoemd een circulaire economie. Heel de wereld kijkt toe. Het hoofdkantoor van Desso aan de A59 en sinds de verzelfstandiging voorzien van opvallende gevelbanners, is niet te missen. Rasechte Waalwijkers van de vorige generatie kennen de fabriek nog onder de oude naam Esco, een van de onderdelen waaruit Desso is opgebouwd. Want hoe zat het ook alweer? Desso ontleent zijn naam aan de oprichter, de Belg Henri Desseaux. Met de overname van Bergoss uit Oss en de samenvoeging met naaldtapijtfabrikant Esco kwam het bedrijf naar onze regio. Het Duitse DLW kreeg interesse en nam het inmiddels beursgenoteerde Desso over. In 1998 werd het bedrijf ingelijfd door het Amerikaanse Armstrong, gespecialiseerd in zogeheten ‘harde vloerbedekking’, zoals laminaat en PVC. En als je de Desso-medewerkers spreekt, kun je je niet aan de indruk onttrekken dat er in die jaren op zijn minst sprake was van een identiteitscrisis. Ook de gehoopte synergie bleef uit. Hard en zacht is in de vloerenbranche namelijk een wereld van verschil, zowel in productie als in de marktbenadering. Desso als fabrikant van zachte vloerbedekking voelde zich ondergesneeuwd en gekneveld. Opgelucht was men dus, toen Desso in 2007, na een jaar van gesprekken, werd losgeweekt van Armstrong en opnieuw werd verzelfstandigd. Design Center Marketeer Nederland Daphne Rolf en accountmanager Karel Wickering vertellen over de ambities van Desso. Ze hebben daarvoor een unieke plek gekozen binnen het bedrijf. We zitten in het Design Center, een inpandige afdeling met glazen spreekruimten die op de productievloer staan. Zojuist opgeleverd en pas in de loop van mei officieel geopend. De nog nieuw ruikende kamer biedt vrij uitzicht over talloze rollen garen en een aantal splinternieuwe machines. ‘In Waalwijk worden tapijttegels gemaakt’, vertelt Daphne Rolf. ‘Het Design Center dient een aantal doelen. Hier worden specials en speciale producties uitgevoerd, zoals projecten die we samen met kunstenaars doen. Ook worden hier stalen en proeven gemaakt en verwerken we niet-stan-

Cradle-to-cradle:

'De circulaire economie is echter veel meer dan een story, het is bijna een geloofsovertuiging'

daard garenkleuren en kleursamenstellingen. Bovendien is het heel illustratief en inspirerend om een bespreking te voeren te midden van de productie.’ ‘Iedereen kent ons tegenwoordig van ons duurzaamheidsverhaal, maar het is ooit puur begonnen als een visie op de wereld nadat het management de VPRO-documentaire Afval is voedsel had gezien. Daarin wordt uit de doeken gedaan wat het effect is van afval op ons leefsysteem. Giftige stoffen zíjn niet weg als ze worden weggeblazen, in zee worden gestort of worden weggestopt onder de grond. Het is noodzakelijk om voor onszelf vast te stellen hoe we over 50 of 100 jaar nog op deze planeet willen leven. Dat doen we in ieder geval niet door grondstoffen aan de aarde te blijven onttrekken, zoals in de lineaire economie gebruikelijk is. Die gedachte

Daphne Rolf en Karel Wickering (Foto: Jeroen Pulles) heeft uiteindelijk postgevat in ons bedrijf. Dat staat in schril contrast tot de Armstrong-periode die achter ons ligt. Daarin werd Desso verplicht om jaarlijks vijf nieuwe producten te lanceren, ongeacht of deze aansloten bij de wensen in de markt. Uit een imago-onderzoek in 2007 bleek dat Desso gezien werd als een betrouwbaar bedrijf met kwalitatief hoogwaardige producten maar wel oubollig.’ ‘Met dat in ons achterhoofd zijn de drie pijlers van ons businessconcept geformuleerd: creativiteit, functionaliteit en cradle-to-cradle. Onze medewerkers bleken heel veel ideeën te hebben, in combinatie met de capaciteit om deze om te zetten in bruikbare technieken. Enkel een productgimmick is voor Desso niet meer voldoende. We stellen ons bij elke ontwikkeling de vraag of het product wel functioneel ingezet kan worden en of het aan het eind van zijn levensduur kan worden hergebruikt zonder verlies van grondstoffen. We zijn begonnen door op kleine schaal te onderzoeken hoe we tapijttegels veilig uit elkaar konden halen en hoe we de gewonnen grondstoffen konden gebruiken voor nieuwe producties. Dit proces hebben we doorontwikkeld en passen we inmiddels op grote schaal toe. Daaruit vloeit voort dat we alleen nog maar producten willen maken die in basis al geen giftige, niet-recyclebare stoffen bevatten. Anders komen we die aan het eind van hun levenscyclus alsnog tegen. Door te hergebruiken en door daar bij de productie al rekening mee te houden, levert Desso een bijdrage aan de circulaire economie.’ Vibe Karel Wickering trad 27 jaar geleden in dienst. ‘In de verkoop moest ik het vroeger vooral hebben van goede contacten en een gunfactor. De

gesprekken gingen over tapijtkleuren en -structuren. Wat dat betreft verschilden we niet zoveel met onze concurrenten. Het tegenwoordige verhaal van Desso is ongelooflijk anders. Dat merk ik op de weg en zelfs op verjaardagsfeestjes. Als ik vertel dat ik bij Desso werk, kent iedereen wel een stukje van het cradle-to-cradleprincipe. Het maakt van mij geen verkoper, maar een storyteller. De circulaire economie is echter veel meer dan een story, het is bijna een geloofsovertuiging. Het management heeft naar mijn mening een goede vertaling gemaakt van visie naar beleid. Een van de gevolgen is dat accountmanagers zich behalve met verkoop ook bezighouden met het terughalen van oude tapijttegels. Voor een deel past Desso leaseconstructies toe: het gelegde tapijt wordt in bruikleen gegeven, terwijl het materiaal ons eigendom blijft en we het zeven jaar later kunnen ophalen en herverwerken.’ ‘Desso richt zich op diverse sectoren: kantoren, onderwijs, gezondheidszorg, overheid, consumenten, hotels, cruisemaatschappijen, luchtvaartmaatschappijen en sportvelden. Dat doen we onder merknamen als Parade, Bonaparte en Desso. Overal ter wereld hebben we kenniskringen van architecten en gebruikers die medebepalend zijn voor nieuwe ontwikkelingen. De behoeften van onze doelgroepen hebben geleid tot unieke en doordachte functionaliteiten. Desso AirMaster heeft luchtzuiverende kwaliteiten voor een beter binnenklimaat in scholen en kantoren. Met Philips is een tapijt ontwikkeld dat led-licht doorlaat, functioneel voor nooduitgangverlichting en bewegwijzering, maar ook inspirerend voor het presenteren van bedrijfslogo’s of creatieve patronen. Ambities stellen natuurlijk wel hoge eisen aan de organisatie en aan ons als medewerkers. We moeten altijd vooruit blijven kijken

en er met zijn allen hard voor werken. Daar staat tegenover dat er een goede vibe hangt bij Desso. In een dalende markt mogen we trots zijn op een groeiend marktaandeel. We ontmoeten bezielende mensen zoals studenten, hoogleraren, kunstenaars en bouwondernemers. Met kunstenares Petra Blaisse heeft Desso het grootste werk van het Stedelijk Museum gemaakt. Voor mij was het bezoek van de toenmalige koningin Beatrix aan ons bedrijf een belangrijke erkenning.’ Samenwerking Hoe ziet de toekomst er uit voor Desso? Daphne Rolf: ‘Negentig procent van onze producten zijn cradle-to-cradle gecertificeerd. Hoewel we goed op weg zijn, zijn we er nog niet. De circulaire economie bestaat immers niet uit Desso alléén. Er is meer samenwerking nodig, met hopelijk als een van de resultaten dat er op termijn een grondstoffenpaspoort komt voor producten. Dat vergemakkelijkt het recyclingproces. Desso zal blijven inzetten op het ontdekken van de doelgroepbehoefte en daarvoor speciale oplossingen ontwikkelen. Duurzaam, functioneel en creatief.’

Over Desso Desso is producent van tapijten tapijttegels en sportvelden en is actief in meer dan 100 landen. Bij het bedrijf, met het hoofdkantoor in Waalwijk, werken 875 mensen. De nettoomzet van Desso ligt boven de 200 miljoen euro per jaar, veruit het grootste deel komt voor rekening van de divisie tapijt. Desso verwezenlijkt momenteel zijn duurzaamheidsambities en werd hiervoor bekroond met diverse internationale awards.


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.