Vizier nov15

Page 1

HET VIZIER Nummer 4, 2015


39-ste jaargang, nr. 4, november 2015 Verschijnt 4 keer per jaar. p/a Veerstraat 93 6703 CB Wageningen Bank: NL70 INGB 0003 5334 40 KNMV Nr: 0537 Iedere vrijdagavond in JoJo’s Café vanaf 21.00 uur Gewoon lidmaatschap: € 20,- per jaar Gezinslidmaatschap: € 15,- per jaar Jeugdlidmaatschap: € 15,- per jaar E-mail: info@rijnridders.nl Internet: www.rijnridders.nl

HET VIZIER Clubblad van Motor en Trial Club

“DE RIJNRIDDERS” Bestuur: Voorzitter Secretaris Penningmeester Algemeen bestuurslid Algemeen bestuurslid Toercommissaris Trialcommissaris

Marten Renkema Dick Eimers Frans Steenhuis Marc van Dam Peter van de Driessche Michiel Schoutsen Frans Steenhuis

0317-417143 06-12378680 0317-416834 06-20540360 06-13601418 06-12795711 0317-416834

Redactie: Ton Blokzijl Frans Steenhuis

0317-422073 0317-416834

-1-


Redactioneel Deze keer weinig klachten over de kopij. Het is zelfs zo veel, dat we een aantal aankondigingen moesten inkorten. Zo vind je in dit Vizier een uitgebreid verslag van de Hoteltoer, een verslag van de Pyrenëentoer en een verslag van het Superclubweekend. Verder foto’s van de Distinguished Gentlemen’s Ride en de begeleiding van de Arnhem Riders van Market Garden. Tenslotte natuurlijk de bekende rubrieken, de uitnodigingen en de tussenstanden. Veel leesplezier. Frans en Ton

Inhoudsopgave Praatje van de Voorzitter

Marten

Tussen Twee Wielen

3 5

Uitnodiging Eindejaarsfeest

Bestuur

7

Uitnodiging Nieuwjaarsreceptie

Bestuur

7

Rijnridderstextiel borduren

Dick

9

Hoteltoer 2015

Ruud

10

Verslag Superclubweekend

Michiel

17

Verslag Pyreneeën Toertocht

Hugo

19

Tussenstand Toercompetite

Michiel

21

Foto’s Distinguished Gentlemen’s Ride

Frans

22

Foto’s Arnhem Riders Operation Market Garden

Frans

23

Tussenstand Trialcompetitie

Frans

24

Het volgende Vizier komt uit op vrijdag 5 Februari 2016. Leef je uit; schrijf een leuk stukje, een mooi reisverslag of maak een inspirerende fotoreportage. En stuur dit op naar redactie@rijnridders.nl - Kopij inleveren voor zondag 31 Januari 2016! -

-2-


Praatje van de voorzitter. Het seizoen is weer begonnen vrienden en vriendinnen. Het volk heeft de fietsen netjes gepoetst, de accu’s liggen aan de druppelladers en de boel opgeborgen in de Gamma Prefab schuurtjes achter in de tuin. Met andere woorden: de wegen zijn vrij en de paden verlaten. Zo hadden we afgelopen weekend weer een prachtig open kampeerweekend van de GS-club in Mill. Met een fantastische allroad rit van van Michiel. Wel 6 Rijnridders aanwijzig! Michiel, Hotze en Claas en ik zei de gek voor de AllRoad. Edwin voor asfalt en kamperen en last but not least Pieternel op de xCountry voor kamperen. Best ok en volgende jaar weer op de kalender. Zoals ook het oude Vlearmoes treffen op de kalender staat. Dit keer met Hugo en weer heel leuk om de oude vrienden te ontmoeten. De Schotten en Belgen waren zoals altijd present. Toch weekendjes die ik graag in ere houdt. We hebben nog altijd een dikke 60 leden en iedereen is van harte welkom op dit soort open (soms op uitnodiging, maar verder geen punt) evenementen. Aan de andere kant hebben we zelf ook heel veel georganiseerd in de vorm van ritjes. Deze werden prima bezocht en daar mogen we best trots zijn. Onze meerdaagse evenementen (Superclub, Hoteltour, Pyreneen trip) hebben vaak minder deelnemers. Ik snap dat meestal wel, maar ben toch teleurgesteld in de opkomst mbt het Superclub weekend in Mill. Aan het weer kan het niet geleden hebben en zeker ook niet aan de ritten. Ik zoek ook geen excuses, maar wel feedback op de de dingen die wij (als club) doen. Dus laat maar weten. Wellicht moeten we dingen anders doen. We hebben nog een paar evenementen te gaan dit jaar en jullie zijn van harte uitgenodigd op het eindejaarsdiner bij H41. Een oudewetse Fondue (Kaas en Vlees). Geef je op op ons intranet. Bellen en mailen mag ook ď Š Dan op 8 januari onze nieuwjaarsreceptie met alle toeters en bellen zoals prijsuitreikingen. Een aanbeveling derhalve! Er kwam op mijn vraag op het intranet omtrent nieuw aan te schaffen Rijnridders shirts weinig respons. Dat maakt het lastig om een voorraden aan te leggen en ik ben blij dat Frans het voor elkaar heeft gekregen om je eigen kledingstuk aan te bieden om het Rijnridders logo erop te laten borduren. Normale prijs 12.50, je eerste stuk voor een tientje. Je kan zoveel inleveren als je wilt. Van fleece-trui tot T-shirt. Mooi he. Details op ons intranet. We zien elkaar!

Groet, Marten


November 2015 Zondag 8 November

10e Clubtrial Regio Enschede, Aanvang 12:00u

Zondag 8 November

Snertrit MC Ophemert, Kerk Avezaath (100 km) Start van 10:00u tot 11:30u.

Zondag 29 November

11e Clubtrial, haven Wageningen, Aanvang 12:00u 11:00u Uitzetten 10:30u Koffie Frans

December 2015 Zondag 13 December

12e Clubtrial, haven Wageningen, Aanvang 12:00u 11:00u Uitzetten 10:30u Koffie Frans

Vrijdag 18 December

Fondue Avond H41 Heerenstraat 41 Wageningen Aanvang 19:00u

Januari 2016 Vrijdag 8 Januari

Nieuwjaarsreceptie met prijsuitreiking. Aanvang 21:00u JoJo’s Café

Zondag 17 Januari

1e Clubtrial, haven Wageningen, Aanvang 12:00u 11:00u Uitzetten 10:30u Koffie Frans

Februari 2016 Zondag 7 Februari

26e Koude Februaririt MC. De Kraats (120 km)

Vrijdag 12 Februari

Algemene Leden Vergadering, Aanvang 20:30 uur Het Volkshuis, Vergersweg 22-24, Wageningen

Zondag 21 Februari

2e Clubtrial, haven Wageningen, Aanvang 12:00u 11:00u Uitzetten 10:30u Koffie Frans

April 2016 Zondag 17 April

42e Rijnroute, Start van 09:00 tot 11:00u Vertrek: Restaurant ‘Nol in het Bos‘


Voordat we het nieuwe jaar gaan inluiden eerst nog een feestje. En wel de traditionele fondueavond met een keuze tussen vlees- of kaasfondue. Dus als je zin hebt om mee te smikkelen hou vrijdag 18 december vrij in jullie agenda aanvang 19:00 uur restaurant H41. Opgave uiterlijk vrijdag 11 december Wat willen we weten? Met hoeveel jullie komen en wat jullie willen eten, vlees of kaas. Dit kan per telefoon 06-12378680, mail dick.eimers@ziggo.nl of www.rijnridders.nl PS: Mochten jullie nog fonduestellen op zolder of in de keuken hebben liggen zouden we die graag van jullie willen lenen.

Nieuwjaarsreceptie Met versnaperingen en prijsuitreiking Toer- en Trialcompetitie Waar: CafÊ JoJo’s Wanneer: Vrijdag 8 januari 2016 vanaf 21:00u



Hoteltour 2015 - Italians don’t like Moto Guzzi very much door Ruud Pothoven De zon schijnt. Jan ligt op zijn rug in het gras. Er zit wat bloed op zijn bovenlip. Een paar meter verderop ligt zijn BMW in het weiland. Het is zondagmiddag half vijf, de 2e dag van de hoteltour 2015. Op zaterdagmorgen 26 september zijn we vanuit Venray gezamenlijk vertrokken: Dick Eimers (onze Reiseführer, Moto Guzzi Stelvio 1200), Jan Hendriks (BMW R 1200 GS), Alex de Boer (Yamaha TDM 850), Jan Reuvekamp (BMW R 1200 GS) en ik (BMW R 1200 S). De weersverwachting voor de komende week ziet er niet verkeerd uit: voor heel West-Europa wordt een week met mooi en rustig herfstweer voorzien. Wel zit de Stelviopas dit weekend vanwege sneeuw al dicht en is nu juist de verwachting voor Noord-Italië wat minder. Ik had wat twijfels bij het late tijdstip van deze hoteltour, maar het geluk lacht ons toe, zo lijkt het … Vandaag vooral snelwegkilometers voor de boeg. Ik kan me niet heugen hoe lang het geleden is, dat ik langer dan een uur met de motor op de snelweg heb gereden. Moet minstens 10 jaar geleden zijn. Maar Dick heeft netjes alle dagroutes voor de navigatie voorbereid en ik rij alleen maar mee. Dus volgen die hap! Via de A61 duiken we Duitsland in om aan het eind van de dag toch nog de laatste 100 kilometer binnendoor door het Zwarte Woud te rijden. Zo kunnen we toch vast aan de eerste bochten ruiken :-) We eindigen in Bad Petertal waar Dick een hotel op het oog heeft, waar hij eerder heeft overnacht. Helaas, vol. Maar iets verderop zit hotel Hirsch, waar ze nog wel plek hebben. Waarschijnlijk omdat het wat duurder is. We krijgen het advies de laatst overgebleven tafel in het hotelrestaurant vast te reserveren, omdat het die avond vanwege feest(en?) druk in het dorp is. Dat doen we; hoeven we de deur niet meer uit. Na het eten is er een nieuw leermoment voor mij als Alex, Dick en Jan R. om kwart over negen (!!!) melden nog een peuk buiten te roken en daarna naar bed te gaan. Gelukkig houdt Jan H. me nog gezelschap en we hebben een goed gesprek over wat motorrijden in ons leven betekent met alle positieve en minder positieve aspecten daarvan. We halen met gemak de klok van elf en vinden het dan mooi geweest. Morgen weer op tijd ontbijt en een hele dag rijden. Op zondagmorgen pakken we onze route door het Zwarte Woud richting zuiden weer op. Het is dan nog lekker rustig. We komen over de Feldberg. Nou niet echt een berg van goh, goh wat hoog (1.493 m), maar wat een wind daarboven en k-k-k-koud. Het is inmiddels al routine geworden, dat ik bij het eerste zicht op een mooi bochtig gedeelte de anderen passeer om in een wat vlotter tempo de bochtjes te pakken. Zo ook op de Feldberg. Maar wat heb ik daar lang staan wachten in die kou zeg! Een leermomentje voor Dick, zullen we maar zeggen, die had besloten tot een rookpauze voordat ze boven waren. Ik had al een paar keer op mijn telefoon gekeken en stond op het punt terug te rijden, toen ze alsnog aankwamen. Afspraak vanaf dat moment: boven stoppen we. En alleen voor mij gold: ook beneden nog een keer stoppen tot de anderen weer bij waren. Gelukkig liepen de temperaturen weer tot aangename waarden op toen we de Bodensee naderden. Maar met mooi weer en op zondagmiddag is het dus superdruk op die weg bovenlangs de Bodensee. Dit was me in het verleden al twee keer eerder overkomen (de eerste keer met de Triumph en een paar jaar later met onze Alfa) en na die tweede keer had ik gezworen nooit, maar dan ook nooit meer over die weg te rijden. En nu reed ik er toch weer … Maar goed, onze Reiseführer ging stoer voorop en kilometer voor kilometer vorderden we dan toch richting de oostkant van de Bodensee. Daar aangekomen leken we eindelijk weer wat meer ruimte te krijgen tot we bij een mooi kronkelend stuk kwamen, waarvan ik achteraf weet dat het de Rohrachschlucht heet. Gaaf om te rijden, maar niet op zondagmiddag met mooi weer. Net de Posbank: één rij auto’s. De rechte stukken tussen de bochten te kort om in te halen. Zo sukkelen we tussen de auto’s door die mooie bochten. Dick een paar auto’s naar voren die hij nog net ervoor had kunnen inhalen - dan Jan R. en ik en een aantal auto’s naar achteren Jan H. en Alex. Zij hebben de pech, dat er ook nog een camper voor hen rijdt waardoor ze nog langzamer dan wij moeten rijden. Als Dick dan ook na de Rohrachschlucht bij een rotonde uitkomt, besluit hij daar te stoppen en even te wachten tot we weer compleet zijn. Jan R. stopt bij hem. Ik besluit al iets door te rijden vanaf de rotonde naar een parkeerplaats aan de linkerkant van de weg. Als ik daar sta, merk ik dat ik vanaf daar Dick en Jan R. net niet meer kan zien. Het wachten duurt wel wat lang en op een gegeven moment komt een motorrijder langsrijden die naar achteren gebaart. Ja, ja, denk ik nog. Ik weet dat daar bij die rotonde nog een paar Nederlanders staan te wachten. Maar een minuut later stopt er een auto bij me en de bijrijder zegt me dat er iets terug een ongeluk gebeurd is. Oh shit! Ik start de motor en draai om. Dick en Jan R. staan niet meer bij de rotonde. Ik rij de weg in terug naar de Rohrachschlucht. Na een paar honderd meter


kom ik al bij de eerste auto’s die stilstaan. Iets verderop begint de rij van de tegenliggers die stilstaan en daartussenin staan motoren op de weg. Rechts van de weg staan en lopen mensen in het weiland. Ik zie Alex ook lopen, dus dan moet het Jan H. zijn die daar ligt! Ik krijg een déjà-vu-gevoel en bereid me op het ergste voor. Ik besluit het moment nog even uit te stellen en rij iets door om mijn motor niet op de weg, maar op een erf bij een huis neer te zetten. Rustig helm af, handschoenen uit, telefoon pakken en dan er naartoe. Jan ligt op zijn rug in het gras. Er zit wat bloed op zijn bovenlip. Een paar meter verderop ligt zijn BMW in het weiland. Hij is omringd door hurkende mensen en een Duitse vrouw houdt zijn hand vast en blijkt EHBO’er te zijn. Jan kijkt wat verward om zich heen, maar eigenlijk is mijn eerste indruk best goed. Geen levensbedreigende toestanden gelukkig! Even later komt een ziekenwagen aangereden en de verplegers ontfermen zich professioneel over Jan en nemen geen risico’s. Ondertussen wordt langzaam duidelijk wat er is gebeurd. Na de laatste scherpe bochten kwam er nog een wat langer stuk dat redelijk rechtuit ging. Jan en Alex besloten om hier de auto’s en de camper te gaan inhalen. Maar ook onder de auto’s zaten wat chauffeurs die het trage tempo zat waren. En één van hen, een jonge gozer in een geleende Audi Q7 van zijn vader, besloot ook in te gaan halen op het moment dat Jan naast hem kwam. Zonder dat hij Jan had gezien. Jan zag de Audi naar links komen, raakte ook nog de spiegel en kon niet anders dan ook naar links sturen. Maar de weg was smal en hij kwam in het gras in de berm in een droge greppel terecht. Aan het spoor te zien, had hij zo wel 60 meter door die greppel gereden en Alex - die erachter reed - dacht al dat Jan het ging redden, toen er ineens een betonnen duiker in de greppel bleek te zitten. Jan en de BMW werden rechtstandig gelanceerd en kwamen iets verder in het gras weer neer. En daar lig je dan. Even later komt ook de politie en die begint direct uit te zoeken wat er is gebeurd en wie er schuld heeft. De Duitser die achter de Audi heeft gereden wil gelijk getuigen, dat de Audi-rijder totaal niet in zijn spiegels heeft gekeken. Jan reed ook niet te hard. Al snel is duidelijk, dat de Audi schuld heeft. De bestuurder daarvan zat inmiddels volledig in de stress, beweerde dingen die niet klopten en besloot uit arrenmoede zijn moeder te bellen. Die was binnen een half uur ook ter plekke, maar dat heb ik al niet meer meegemaakt. Jan was namelijk met vereende krachten op de brancard en in de ziekenwagen geladen en afgesproken werd, dat ik achter de ziekenwagen aan zou rijden om indien nodig ook in het ziekenhuis in de buurt te zijn. De anderen zouden nog ter plekke blijven, de zaken met de politie afhandelen en zich over de BMW ontfermen. Daarna zouden ze ook naar het ziekenhuis komen. Het ziekenhuis is een paar kilometer verderop in Lindenberg im Allgäu. Zodra we in Lindenberg komen is er een wegversperring en de ziekenwagen begint links en rechts af te slaan over steeds kleinere zijstraten. Hij raakt nog net niet met zijn spiegels de muren. Ik hobbel er achteraan en vraag me af hoe dat hier gaat als er echt een noodgeval is. Bij het ziekenhuis stopt de ziekenwagen bij de eerste hulp en ik parkeer mijn motor. De achterdeuren van de ziekenwagen staan open, als ik erheen loop, maar de verplegers met Jan zijn er al uit. In het ziekenhuis ga ik op zoek waar ze gebleven zijn. Als ik dat gevonden heb, word ik tegengehouden door een verpleger en naar een wachtkamer gestuurd. Ze zijn al begonnen Jan te onderzoeken. Ik sms Dick waar ik ben en drie kwartier later komt hij met de anderen ook binnen. Ze hebben Jan zijn motor geparkeerd bij een woonhuis vlakbij de plek van het ongeluk. Van Jan intussen nog geen enkel bericht. Wel wordt het steeds drukker op de eerste hulp en in de wachtkamer. Dan mag één van ons naar Jan toe, maar als ik de kamer in kom en hem net zie, stuurt de verpleger me weer weg omdat Jan naar de WC moet! Even later komt Jan zelf naar de wachtkamer lopen en komt bij ons zitten. Ze willen nog wat meer onderzoekjes doen en hij moet in ieder geval één nacht blijven, maar hij lijkt er niets ernstigs aan overgehouden te hebben. Samen gaan we naar boven waar Jan een kamer voor zich alleen krijgt. De verpleegster wijst ons gelijk aan waar water, koffie en thee staan en we mogen zo vaak en zo lang komen als we willen. Inmiddels is het al tegen zevenen en we spreken af, dat Dick en ik een hotel voor de nacht (en liefst ook nog eten) proberen te regelen en dat Alex en Jan R. terug naar Jan zijn motor gaan om wat spullen voor hem uit de zijkoffers te halen. Na die bij Jan te hebben gebracht, komen ze ook naar het hotel. De politie heeft aan Dick de naam van een hotel in Lindenberg vlakbij het ziekenhuis gegeven en daar willen we naartoe. Dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Nu wordt ook duidelijk waarom de ziekenwagen zo’n vreemde weg volgde. Het belangrijkste kruispunt middenin Lindenberg is volledig opgebroken en van


vier kanten met hekken afgezet. Het hotel is vlakbij dat kruispunt en we komen natuurlijk van de verkeerde kant bij het kruispunt. We besluiten de motor te laten staan en te voet over de kruising te gaan om bij het hotel te komen. Gelukkig hebben ze nog 2 kamers en als we voor 8 uur binnen zijn, kunnen we ook nog wat warms eten. Nu alleen nog de motoren ophalen … Het is inmiddels donker en het lijkt simpel om even een blokje om te rijden om van de andere kant bij de kruising te komen, maar elke zijweg blijkt dood te lopen. Uiteindelijk vraagt Dick maar aan een fietser hoe we bij het hotel moeten komen. Eerst wil die het gaan uitleggen, maar dan beduidt hij ons achter hem aan te rijden. Via de nodige omwegen en her en der over de stoep komen we uiteindelijk bij het hotel. Op dat moment besluiten we eigenlijk al om niet nog “even” ’s avonds bij Jan langs te gaan. Alex en Jan R. zien wel kans om met de motor over de kruising te komen, doordat iemand de hekken voor ze weghaalt en zo komen zij ook nog voor 8 uur bij het hotel. Dus ook nog eten! We bellen nog met Jan of het OK is, als we ’s avonds niet meer langskomen. Hij vindt het wel best, is moe en alles doet hem inmiddels zeer. We spreken af de volgende morgen weer bij hem langs te komen. Na het eten en wat telefoontjes naar het thuisfront zijn wij ook aardig op en we gaan naar bed. Wat een dag! Nu is overigens wel gelijk het nut aangetoond van het feit, dat Dick geen hotelreserveringen vooraf heeft gemaakt. We kunnen nu zonder problemen de planning aanpassen. De maandagmorgen vertrekken we na het ontbijt richting ziekenhuis en rijden ons gelijk weer vast. Uiteindelijk blijkt, dat we Lindenberg aan de (voor ons) verkeerde kant helemaal moeten uitrijden, dan er via de hoofdweg (Alpenstrasse) omheen en dan weer vanaf de andere kant Lindenberg in om bij het ziekenhuis te komen. Een omweg van meer dan 5 kilometer vanwege één opgebroken kruising. Ondanks de omstandigheden genieten we toch wel even van het prachtige uitzicht vanaf de Alpenstrasse op de Alpen in de ochtendzon en -nevel. Het belooft opnieuw prachtig weer te worden. In het ziekenhuis gekomen blijkt Jan inmiddels al beslist te hebben, dat hij niet verder wil rijden, maar naar huis wil. We plegen daarom wat telefoontjes met zijn alarmcentrale over zijn terugreis en het terughalen van de motor. Dat laatste blijkt dus onder de motorverzekering te vallen, omdat het een ongeluk was. Omdat er op de ziekenhuisgang geen koffie is, gaan we met zijn allen naar de kantine beneden. Uiteindelijk zitten we er zo lang, dat we ook nog wat lunchen. Jan heeft intussen gehoord, dat hij nog een nachtje mag (!) blijven als hij dat wil en besluit dat te doen en dan de volgende dag met de trein naar huis te gaan. Voor de repatriëring van de motor is het handiger als die bij een bergingsbedrijf staat en we maken een afspraak met de berger dat hij om half twee de motor ophaalt. Wij zullen er dan ook zijn om die van het slot te halen en hem de sleutels te geven. We nemen afscheid van Jan en vertrekken, terug naar de plek van het ongeluk. Daar aangekomen maakt Alex nog wat foto’s van het bandenspoor in de berm, terwijl wij met de bewoner praten waar de motor geparkeerd staat. Hij vertelt ons, dat dit op dit stukje weg al het derde identieke ongeluk dit jaar is! Elke keer een motorrijder die van de weg wordt gedrukt tijdens het inhalen. De andere twee hadden het er deels minder goed van afgebracht dan Jan. Als de berger arriveert, zetten we de BMW op de oplegger vast. Daarna stappen wij weer op, rijden nog één keer via de Alpenstrasse langs Lindenberg, bijna 24 uur later en met één man minder. Een raar gevoel. We hebben besloten nu geen 7, maar 8 dagen over de reis te doen, zodat we zelfs wat tijd over hebben. Voor vanmiddag is het doel om nog tot het Ötztal te komen, zo’n 50 kilometer voor de Timmelsjoch. Het risico bestaat, dat ons groepje dan nog weer kleiner wordt, want Alex heeft aangekondigd dat hij niet weet of hij zich boven de 1.500 meter nog wel goed zal voelen. Enkele jaren terug bleek, dat zijn hart daar zo’n moeite mee had dat hij weer terug omlaag moest. Inmiddels is hij eraan geopereerd, maar nog niet weer boven de 1.500 meter geweest. Vanmiddag komen we over de Hahntennjoch (1.894 m), de vuurdoop dus. Maar gelukkig: geen enkel probleem! We eindigen die middag in hotel Edelweiss in Langenveld in het Ötztal. Bij het avondeten kan Dick het niet laten om voor de aanbieding van een Riessenschnitzel voor minder dan 10 euro te gaan. En inderdaad het bord is bijna te klein.In hotel Edelweiss brandde de kachel en dat bleek niet voor niets. De volgende morgen (dinsdag) was het wit bevroren buiten. Het bleek de eerste nachtvorst dit najaar te zijn geweest. Hoe zou het bovenop de Timmelsjoch zijn? En de Stelvio - die nu wel weer open was -


moesten we vandaag ook nog over. Brrrr. Als we wegrijden is het nog koud, omdat de wolken de warmte van de zon tegenhouden. Richting Timmelsjoch rijden we echter onder de wolken uit en we komen in de stralende zon terecht. Uiteindelijk blijkt het bovenop de Timmelsjoch warmer te zijn dan bij het hotel! Wat een opluchting, want met mijn leren pak kan ik hooguit er iets overheen aan trekken, want iets extra’s eronder lukt nauwelijks. In de zomer rijd ik met één set motorondergoed en eventueel een extra T-shirt aan. Nu heb ik nog een 3e T-shirt met lange mouwen aan en dat is het. Maar die handvatverwarming op mijn BMW is een uitkomst! Ik besluit verder zo veel mogelijk ook de passen met mijn zomerhandschoenen te rijden om op de hoogste stukken de handvatverwarming erbij aan te zetten. Ik hou niet van dikke handschoenen. Dan voel je niet meer wat je doet. Na de Timmelsjoch komt de Stelviopas, vooraf toch een beetje het toppunt van de tour. Jan zit inmiddels in de trein naar München en doet er de hele dag over om weer thuis te komen. Onderaan de Stelvio passeer ik de anderen weer om als eerste naar boven te gaan. Lekker bochtjes pakken. Maar dat valt toch een beetje tegen. De beroemde haarspelden zijn eigenlijk te scherp om echt lekker te rijden en hogerop kun je ook nauwelijks nog zien of er een tegenligger aankomt. Steeds vaker ga ik in de 1e versnelling door de bocht, nauwelijks sneller dan stapvoets. Boven aangekomen stop ik, loop wat rond en wacht op de anderen om wat foto’s van ze in het laatste deel te maken. Eindelijk komen ze eraan, Alex voorop. Boven aangekomen blijkt, dat de TDM van Alex (met carburateurs) alleen nog maar boven de 4.000 toeren door de haarspelden wil. Daarom is hij voorop gaan rijden om zijn eigen tempo te kunnen bepalen. Zeker in die krappe haarspelden is dat heel lastig. Alex en ik trekken beiden de conclusie, dat het heel mooi is om een keer op de Stelvio te zijn geweest, maar dat één keer ook wel genoeg is. Na wat geshopt te hebben bij de souvenirwinkels op de Stelvio dalen we weer af aan de Italiaanse kant. Onze dagroute van vandaag klopt door het oponthoud natuurlijk qua lengte niet meer, maar we denken vanmiddag ook nog wel de Gavia-pas te kunnen rijden voordat we een hotel moeten zoeken. Het weer blijft prachtig en we halen met gemak ook nog de Gavia. Het zoeken van een hotel gaat daarna wat lastiger, doordat dit net zo’n periode tussen zomer- en winterseizoen is. Als we stoppen in Ponte di Legno blijken de 3 hotels die daar vlakbij elkaar zitten alle drie gesloten. We informeren bij de pizzeria waar we voor staan in ons beste Italiaans (uhum) of zij een hotel weten. Vader en zoon die alleen maar Italiaans kunnen, beginnen gelijk te discussiëren en te bellen met als resultaat, dat ze een hotel aan het eind van het dorp voor ons vinden. Die hebben alleen geen restaurant, maar dat is geen probleem: vanavond eten we pizza als tegenprestatie! De baas van hotel Veduta dell’Adamello blijkt ook alleen Italiaans te spreken, maar het scheelt dat hij ons al verwacht. Wel blijken we de enige gasten te zijn en als Jan R. de kraan opendraait op onze kamer komt er vooral veel bruin vocht uit. Wijzer geworden door zijn eerdere legionella-ervaringen met Hugo zet hij alle kranen een tijd open tot het water wat normaler van kleur wordt. Na ons opgefrist te hebben, lopen we terug naar de pizzeria en nemen het er daar van. Met een enkele van ons wat wankel op de benen, keren we terug naar het hotel. De woensdagmorgen is het wat nevelig. Er zit weersverandering in de lucht. Vandaag gaan we richting Comomeer en we zouden zo maar wat regen kunnen krijgen. Gisteravond heeft Dick uitgezocht wanneer het museum van Moto Guzzi open is: dagelijks van 15.00 tot 16.00 uur! Hoe verzin je het? Een museumbezoek was niet gepland, maar door ons eerdere oponthoud lopen we ongeveer een halve dag achter op het oorspronkelijke reisschema en nu zouden we zelfs precies rond 15.00 uur bij de Guzzifabriek kunnen zijn. Dat wordt dus het plan. Eerst nog over de Passo San Marco en de Passo di Mortirolo en dan naar Mandello del Lario. Op de Passo San Marco (1.992 m) is het op de top mistig en koud, ook al een teken van de weersomslag. Na wat foto’s van de boven arriverende Rijnridders te hebben gemaakt, vertrek ik


gauw weer op weg naar de warmte beneden. Hoe dichter we bij het Comomeer komen, hoe drukker het wordt. En wat een tunnels! Dick weet ons er doorheen te loodsen en iets na 15.00 uur arriveren we bij de Moto Guzzi-fabriek en het -museum. Dick wil eerst even met zijn Guzzi op de foto voor de fabriekspoort, blijkbaar een traditie. Daarna gaan we snel door de poort naar binnen. Toegang is gratis, maar misschien kunnen ze beter wel entree vragen om die oude gebouwen eens wat op te knappen! Maar ach, dat heeft ook zo zijn charme. Binnen nemen we de tijd om de tentoongestelde Guzzi’s te bewonderen. Hier komt aan het licht dat Dick dan wel Guzzi rijdt, maar er eigenlijk niet zo veel vanaf weet. Terwijl Alex en ik uitgebreid foto’s maken van de wereldberoemde V8-racer, blijkt later dat Dick de motor niet eens gezien heeft. Euh … Als de verkoopster in het Guzzimerchandise-winkeltje de Rijnridders op uiterlijk inschat en Dick als “natuurlijk een BMW-rijder” aanwijst, is het hoog tijd om weer verder te gaan. We laten de bewaker bij de poort nog gauw een foto van ons vieren maken en dan verlaten we spoorslags Mandello del Lario. Dick heeft via internet een B&B aan de andere kant van het Comomeer gevonden “met uitzicht op de fabriek”. Een uurtje later arriveren we er. Het huis ligt inderdaad erg mooi en kijkt van een afstandje over het Comomeer uit. Nadat Dick - wijzend naar de overkant - trots zijn Moto Guzzi aan de vrouw des huizes laat zien, spreekt zij echter de onsterfelijke woorden: “Italians don’t like Moto Guzzi very much”. Nou, onze dag kan niet meer stuk! Maar Dick is er wel klaar mee en hij vraagt zelfs niet door, waarom Italianen niet van Guzzi’s houden. Naar zijn zeggen is dat, omdat de Italiaanse politie er op rijdt … Maar ik twijfel: als je die redenering op bijv. BMW of Harley-Davidson loslaat, dan lijkt het daar toch iets anders uit te pakken. De B&B is trouwens perfect. Elke kamer heeft zijn eigen badkamer/wc. We hebben een gezamenlijke keuken en een terras buiten met uitzicht op het meer. Tijdens het avondeten in het dorp valt de enige regen van deze hoteltour, maar gelukkig is het weer droog als we teruglopen. Op donderdagmorgen slingeren we eerst in zuidelijke sferen in het zonnetje langs het Comomeer. Het is nu oktober, maar het lijkt wel zomer! We gaan met de veerpont het meer naar de noordkant oversteken om vanaf daar langs het meer van Lugano Zwitserland in te rijden. De terugweg is begonnen. Omdat de TDM van Alex nog steeds kuren vertoont zodra hij hogerop komt, heeft hij geen zin om de oude Gotthardpas te rijden. Dick en hij hebben daarom gisteravond een andere route door Zwitserland uitgestippeld. We rijden nu via de minder bekende Passo di Lucomagno en dan naar de Sustenpas. Hij mag dan minder bekend zijn, maar ik heb heerlijk gereden over de Lucomagno. Er kwam geen einde aan en het was lekker rustig op de weg. We waren het erover eens, dat dit een uitstekend alternatief voor de Gotthard was. Daarna nog over de Sustenpas met ook veel mooie bochten en goed Zwitsers asfalt. Wel merkte ik elke keer op de passen in de afgelopen dagen, dat ik hogerop toch met de nodige reserve reed (tenminste dat vond ik zelf). Zo hoog was het vaak maar een graad of vijf en echt veel ervaring met bandengrip bij die lage temperatuur heb ik niet. Ook bevat het asfalt vaak een hoog gehalte aan kiezels vanwege de vorst en die staan ook niet bekend om hun stroefheid. Als extraatje zag je op sommige passen ook nog het zout liggen van de nachten dat het er al gevroren had. Al met al wel leuk gestuurd in de Alpen en Dolomieten, maar toch heel anders dan in de zomer. Met mijn BMW was ik inmiddels toch wel goede vrienden. Ondanks mijn twijfels of een BMW nu wel wat voor mij is, moet ik zeggen dat hij op dit soort wegen (geen superasfalt en veel bochten) toch wel geweldig rijdt. De kleinste beweging in het zadel is al voldoende om hem de bocht in of uit te krijgen en sturen is nauwelijks nodig. Op de een of andere manier blijft hij wat zwaar aanvoelen, als je ermee stilstaat en loopt. Maar op papier weegt hij maar een 5 kilo meer dan bijv. een Ducati 999 en zodra je rijdt is dat zware gevoel ook verdwenen. Als je zo in je eentje vooruit rijdt over de passen, heb je de tijd om over al dat soort dingen na te denken :-) Dick heeft al aangekondigd, dat hij niet zeker weet of het laatste deel van de route van vandaag over de Schwarzwaldalp wel is toegestaan. Het blijkt een heel smal weggetje met heel slecht asfalt te zijn. Als we er kilometers ver ingereden zijn, komen we in Rosenlaui, het kleinste dorp van Zwitserland volgens het bordje. Dat zou zomaar kunnen, want ik heb alleen maar een hotel gezien. Navraag bij dat hotel leerde, dat de weg inderdaad verderop verboden was om door te rijden. Er zat niets anders op, dan het hele stuk weer


terug te rijden. De afgelopen dagen hadden blijkbaar toch hun effect wel gehad, want zowel ik als Alex bleken er nu helemaal doorheen te zitten. Terwijl wij terug bij de grote weg en de eerstvolgende plaats Meiringen al aan een douche en een lekker bed dachten, sloeg Dick net voor Meiringen linksaf en dook de grote weg op en verdween samen met Jan in de verte. Er zat weinig anders op, dan er achteraan te gaan. Eenmaal er weer bij, haalde ik ze in en stopte bij de eerste gelegenheid langs de kant van de weg. Afgesproken werd om in de volgende plaats Brienz een hotel te nemen. Dat werd hotel Brienz, het eerste dat we tegenkwamen en weer een les voor de volgende keer. Het was eigenlijk veel te duur voor ons, maar Dick wist met veel onderhandelen de prijs naar een voor ons aanvaardbaar niveau omlaag te krijgen. Met wel als resultaat, dat we met zijn vieren op een kamer lagen en ik bovenin het stapelbed lag. Volgende keer toch nog maar een hotel doorrijden! De vrijdag gaf steeds meer het gevoel van terugreis. Al snel waren we Zwitserland uit en reden door Duitsland omhoog richting de Vogezen. De wegen mochten dan wat minder spannend worden, maar het weer was wel weer prachtig. In de middag reden we Frankrijk binnen en ging het richting de Ballon d’Alsace. Eigenlijk vind ik die Elzas ook wel een heel mooi gebied. Niet alleen vanwege de toch mooie wegen, maar ook vanwege de sfeer in de dorpen waar je doorheen rijdt. Veel bloembakken buiten, ooievaars, leuke pleintjes, kleinschalig. Ons doel van vandaag was het Panorama-hotel in Hohrod, een plek waar Dick al eerder was geweest. Het was inderdaad een mooi hotel op een heuvel met een prachtig uitzicht. Van ons balkon hebben we genoten van de ondergaande zon om daarna beneden in het restaurant te gaan eten. Omdat Jan niet zo’n honger had, besloten we iets te bestellen voor 3 personen met een extra bord. Na de bestelling werden we echter gevraagd te verkassen naar een deel van het restaurant waar helemaal niemand zat. Wat bleek? We hadden een soort barbecue besteld! En vanwege de bijbehorende geuren (want het was gewoon binnen) moesten we apart gaan zitten. Nou barbecueën is de Rijnridders wel toevertrouwd en eigenlijk was het perfect. De volgende zaterdagochtend (onze laatste dag) had nog wat bijzonders in petto, want we zouden niet ontbijten in het hotel maar iets verderop bij een tentje aan het Lac Blanc. Daar hebben we genoten van een echt Frans en door de club betaald ontbijt (waarvoor dank). Na nog wat laatste slingerwegen door de Vogezen was het gedaan met de pret en kwam de eerste snelweg in zicht. Via Metz, Arlon en Luxemburg (sigaretten kopen en tanken) was nog een laatste stop gepland voor een frietje bij Barraque de Fraiture. Die Dick is een man van tradities! Voor mij was het ter plekke totaal onherkenbaar, want ik had nog een frietkraam in mijn hoofd waar we langskwamen als we vroeger uit Robertville kwamen. Time flies when you are having fun! Na de laatste frieten te hebben verorberd, was het een kwestie van door Luik en Maastricht rijden, waarna bij de splitsing van A2 en A73 met een handopsteken onze wegen zich scheidden. Drie kwartier later was ik na 8 dagen en 2.800 kilometer weer thuis in Deurne, terwijl Dick, Alex en Jan nog naar Wageningen en Zwolle reden. Zo eindigde een bijzondere hoteltour. Een reis met een slechte start met het ongeluk van Jan. Maar met een relatief gelukkige afloop. Alleen daardoor konden wij met zijn vieren doorrijden en toch nog veel plezier aan de rest van de reis beleven. Met Jan gaat het inmiddels aardig goed. Nog een beetje last van zijn schouder en van een vlekje op zijn oog. Zijn BMW staat nog bij Simako, maar heeft minder schade dan je na zo’n klap zou verwachten. Voornamelijk ‘klein spul’. Een ongeluk zit in een klein hoekje en dat beseffen we nu allemaal weer. Gaan we daarom minder motorrijden? Ik denk het niet. Motorrijden zit in je bloed. Ieder beleeft het op zijn eigen manier, de een in de bochten, de ander op het rechte eind, de een rustig toerend, de ander vol gas. Maar ergens diep in ons zit iets waardoor we dat gevoel van motorrijden niet kunnen missen. Tot volgend jaar bij de volgende hoteltour!


Superclubweekend 2015, 18-19-20 september te Mill Reeds in maart 2015 werden de eerste voorbereidingen van het SCW 2015 in gang gezet. Er werden toen kampeeruitrustingen getest in Mill, maar wat toen nog niemand wist, is dat tevens de kampeerlocatie werd getest en goed werd bevonden. Dichter bij (mijn)huis hebben we tijdens mijn lidmaatschap (toch al weer 8 jaar) nog niet gezeten. Camping de Nieuwenhof in Mill is eigenlijk een natuurcamping maar ook zeer gastvrij naar vriendelijke motorrijders. Want waar kun je tegenwoordig nog vrij staan waar je wil, hangt er wcpapier op de toiletten en mag je nog een fikkie stoken ook. In Mill dus. Op vrijdagmiddag toen Pluvius het voor die week voor genoeg hield en de Market Garden Rid(d)ers, hun taak volbracht hadden werd het langzaam gezellig op de camping. Net voor donker stonden er zo’n 5 tenten en konden de sterke verhalen rond het kampvuur beginnen. Op zaterdag werd er zoals gebruikelijk gereden. Het was nog steeds droog en er werd een leuk ritje richting Duitsland ingezet. De Tomtom’s en Garmins waren het uiteraard vooraf niet eens over de te volgen route, maar gelukkig treedt dan het recht van de voorrijder in werking. Bovendien hadden we met de aanschaf van diverse tomtom’s 400 binnen de club genoeg stof tot praten. Het was prettig nazomeren, daar in Mill en zo kwam er al snel een eind aan de biervoorraad. Harrie, die nog naar een feestje in de buurt moest, was zo aardig om voor die tijd nog even naar de dichtstbijzinde winkel te rijden. Zo hoefden ondergetekende en gebroeders Renkema niet te verdorsten. Zoals inmiddels traditie te noemen, kwamen Greet en Marian op de BBQ af (al brachten ze het meeste zelf mee) Hugo en Corine kwamen liftend met Greet mee. En zo werd het een dolle boel daar tussen de schapen. Ook zondag begon fantastisch. Er werd ontbeten in de zon met de geur van koffie en onder het gezang van licht fluisterende benzine branders en zacht knisperende plakjes spek. De tomtom van Edwin verzorgde het eerste deel van de terugreis die eindigde in Afferden. Corine zorgde voor een bak koffie en thee met een kuukske. Waarna een ieder zijn eigen weg naar huis nam. Ik kijk terug op een zeer geslaagd superclubweekend. Dat kan ook niet anders met de gouden drie-eenheid: Goed weer, goede locatie en bovenal heel fijn gezelschap. Wel hopen wij volgend jaar een hogere opkomst op dit eigenlijk voor ieder zeer toegankelijke evenement . Groet, Michiel


De PyreneeÍn Toertocht Deelnemers aan de kampeertoertocht Nico,Jan en Hugo. De tocht zou 22 dagen duren met de laatste 3 dagen bij het treffen in Welkenraedt. Plaats en tijd van vertrek waren parkeerplaats Lokkant in Haps, op zondag 16 augustus om 8 uur. Volgens schema vertrokken om de eerste en volgens planning langste etappe te rijden. Net niet helemaal droog in Salins-les-Bains aangekomen. Dat was 781 km vanaf het startpunt. De volgende dag, maandag 17/8 naar camping "La Poche" in Mirmande (360 km) voor 2 nachten met een dagtoer Vercors. Dan woensdag 19/8 naar Rozier (290km) voor 2 nachten op camping Municipal du Brouillet met een dagtoer in de Cevennen. Op vrijdag 21/8 naar Quillan (334km) voor 2 nachten op camping La Sapinette en een dagtoer naar o.a. de Gorges de Galamus, een aanrader volgens "Motoplus". En inderdaad een indrukwekkende kloof. Op de toerritten tot nu toe een lekker rustig tempo gereden omdat de wegen op de passen soms geblokkeerd werden door kuddes schapen. Ik heb het zelfs gepresteerd om 1 op 31 te rijden. Maar voor hetzelfde geld had het toen al helemaal over en uit geweest kunnen zijn voor de GS650.Wat wil het geval? Bij een tankstop in Andorra zag ik een voor mij bekende naam ULTIMATE. De benzineversie ervan heeft octaan 98, goede kost voor mijn plof. Dus tank open en tanken maar. Na plm. 7 liter keek ik toevallig naar het vulpistool: DIESEL. Bij de caissière gevraagd hoe en waar de DIESBENZ prut eruit gehaald kon worden. Laat nou heel toevallig het belendende pand een KTM motordealer huisvesten! Een uur en 50 euro verder konden we onze weg vervolgen. Zondag 23/8 van Quillan naar Puebla de Roda (300km) waar we ongeveer een week zouden blijven, om van hier uit toer tochten te maken. En aldus geschiedde. Camping Isabena is een prima stek met zwembad (uitgeprobeerd!) en bungalows. De bediensters zijn ook prima; zo is daar Fien, een Belgisch meisje (ze vroeg of we er volgend jaar weer zouden zijn). Dan heb je de dochter van de campingbaas, die ik in 't begin (ten onrechte) als "het kreng" heb bestempeld. En tot slot "de giechel", een jong ding, dat altijd lacherig en druk was. ADHD? We hebben daar uiteindelijk maar 1 keer bij de tent gebrutseld en ontbeten. De rest van de tijd op het terras ontbeten en gedineerd. Ja, gedineerd; met een flinke pot bier vooraf en een fles wijn tijdens het eten. Je kon nl. voor 18,50 euro een combinatie arrangement nemen van ontbijt plus diner. Een zeer uitgebreid ontbijt (= dus lunch overslaan!) en goed diner (excl. drank, uiteraard). Op onze laatste avond was er een "cultural event": de campingbaas plus zoon op gitaren spelend, terwijl pa er nog niet onverdienstelijk bij zong ook. En Anna, de dochter (en ZEKER geen kreng) speelde op een dwarsfluit. En wij namen nog een fles wijn.


Zondag 30/8 naar Latour de France (300km). De terugreis is begonnen en we zouden over een week, zondag 6 sept. vanaf Welkenraedt naar huis gaan. Edoch, anders geschiedde! Toen we ons na aankomst bij de camping hadden ingeschreven en naar de veldjes wilden rijden, startte de Soes niet meer! Nico meteen actie ondernomen. De volgende dag, maandag, zou er hulp komen. Om half 2. En inderdaad, om 3 uur was de oplegger daar. Eerst met een starthulp de Soes opwekken. Ja hoor, die startte. Maar ja.... Na lang gesmoes kon Niek de Soes op de oplegger geplaatst krijgen en hijzelf als bijrijder mee. Wat wil het geval? Volgens Nico zou hij het nooit gered hebben om op de zieke Soes de oplegger te volgen naar een Suzuki dealer in Perpignan, wat des monteurs plan was. Want de monteur in kwestie reed als een achtervolgde duivel door dorpen en stadjes en later zelfs in de drukke stad Perpignan, zich niet storend aan snelheidverboden. Niks voor de V-Strom piloot. En intussen Jan en ik maar wachten. Tegen half 9 bij de uitgang van de camping staand, zag ik een zwarte SUV van het merk JEEP, type Renegade komen, met een glim-of-grim lachende Nico achter het stuur, maar in ieder geval als de bekende boer. Dynamo kaputt. Nix verder motortoeren. We hebben er maar 3 nachten van gemaakt op die camping. Woensdag 26/8 zouden de wegen van de SUV en de motoren zich scheiden: Nico zou naar huis gaan en wij zouden wel zien hoe we in Welkenraedt kwamen. In Bourg-enBresse een hotel gevonden en de volgende dag, donderdag 27/8 om 10 u weer verder. Het weer hield zich nog wel goed, niet te warm en we hadden er flink de sokken in. Toen Luxemburg lonkte, wilde Jan daar perse goedkope benzine tanken. Nou het scheelde niet veel of we waren in het zicht van de haven gestrand (=op een stuk snelweg zonder benzinepomp). We haalden het net,m’n motor stond al op reserve. Intussen was het weer omgeslagen en de thermometer gaf steeds lagere waarden aan: van 17 naar 16, naar 15.. 14.. 13, tot zelfs 11! En tot overmaat van ramp begon het te regenen, te hagelen en werd het nog mistig ook. Handvatverwarming hoogste stand kon mijn verkrampte handen niet meer warm krijgen. Met geluk konden we voor Luik naar een benzinepomp gaan. En wie schetst onze verbazing toen daar opeens Nico voor ons stond. Helemaal droog. Ik was goed nat. Na beraad besloten Jan en ik ook maar naar huis te gaan en het treffen in Welkenraedt volgend jaar te bezoeken. Na nog wat omrijden (o.a. afslag Maastricht gemist) was ik om 8 uur thuis. In 10 uur van Bourg-en-Bresse naar Wageningen een afstand van 865 km afgelegd. De langste trip in onze 19-daagse toertocht (Jan nog 80km verder). Maar mijn benzineverbruik was ongunstiger dan 1 op 19! Hugo.


Deelnemers Broers, Hugo Renkema, Marten Eimers, Dick Donker, Nico Hendriks, Jan Reuvekamp, Jan Schoutsen, Michiel Steenhuis, Frans Molenaar, Gerard Dam, Marc van Pothoven, Ruud Holst, Cindy van Wiggerman, Ada Renkema, Claas Renkema, Hotze Koppes, Harrie Poiesz, Edwin Boshoven, Gerrit Boer, Alex de Skowron, Gosia Strausz, Corine Buitenhuis, Lydia Driessche, Peter van de Claassen, Pieternel Galen, Lydia van Montoya, Pedro Kuypers, Han Oostrom, Marc Oostrom, Mary Steenhuis, Koen Steenhuis, Guus Pol, Joan van de Wiegerink, Hans Dekens, Daniela Steenhuis, Greet

Toerpunten 2783 2768 2356 2182 2109 1771 1766 1523 1466 1453 1449 1378 1361 1251 1196 998 988 972 935 708 516 486 438 273 243 230 228 228 228 228 228 228 210 210 105

Hierbij de tussenstand van de toercompetitie bijgewerkt t/m het Kampeer, toer, cross weekend in Mill. Voorlopig staat alleen de Snertrit nog op de kalender, maar als het weer net zo zacht blijft als vorig jaar dan moeten er nog wel een paar ritjes bij kunnen. Of de Rijnroute moet dit jaar extra vroeg worden voorgereden? Wie deelt hier de finale klap uit?



Arnhem Riders Operation Market Garden

Ook in 2015 hebben we de veteranen weer begeleid naar de diverse begraafplaatsen om de gevallenen van Operation Market Garden de eer te bewijzen. In Wageningen troffen we toevallig de burgemeester en een Engels echtpaar, dat een familielid had bij de gevallenen.



Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.