de Ondernemer - Arnhem - mei 2012

Page 2

De Gelderlander zaterdag 19 mei 2012

2 | nieuws

Nederland mist techno-visie door Frank Thooft

D

e tijd dat Nederland grote industriële ondernemers opleverde bij bedrijven als Stork, Fokker, Philips, Daf en Verolme ligt al ver achter ons. Er zijn in Nederland maar weinig ondernemers van dat formaat die dat met visie, kracht en doorzettingsvermogen van de grond krijgen. De grote multinationals van vandaag worden geleid door bestuurders, niet door ondernemers zoals in die tijd dat bovenstaande bedrijven ontstonden, stelt ir. Loek van Veggel. Gelukkig wordt er nog in een aantal prachtige grote én kleine bedrijven geïnnoveerd, ondanks dat het een groot aantal kabinetten achtereen ontbroken heeft aan een visie op ondernemen, innovatie en langetermijndenken over de Nederlandse industrie, vindt hij, waardoor de positie van Nederland op internationaal gebied ten onrechte achterblijft. Wat dat betreft kijkt hij reikhalzend uit naar de verkiezingen aanstaande september. Keuzes voor ondernemerschap en technologische innovatie zullen belangrijk zijn in het ombuigen van recessie naar groei. Van Veggel (59), die nauw betrokken was bij innovatie in de luchtvaart, de grote internationale attractieparken, de moderne scheepsbouw, vliegvelden en de olie- en gaswereld weet wat daar voor nodig is. Vijf jaar geleden kocht hij het Arnhemse MTSA Technopower met als doel het bedrijf verder te innoveren in nieuwe productmarkt combinaties en het veel internationaler te maken. MTSA Technopower ontwikkelt en bouwt unieke apparaten, installaties en machines in de energie, proces, chemie, voedsel en pharmamarkt. Gebieden die behoren tot de gedefinieerde topsectoren waar Nederland zich qua innovatie op zal richten in de toekomst. „Wat we in Nederland meer nodig hebben zijn ondernemers als Steve Jobs en Richard Branson, die met visie, lef, en flair technologie sexy maken, en de durf en de kracht hebben om dat ook te realiseren.’’ Zelf besloot Van Veggel vier en half jaar geleden, enkele maanden na de overname dus, om het roer radicaal om te gooien. Als voortekenen

Loek van Veggel bij een van de procesinstallaties die MTSA aan het bouwen is. van de kredietcrisis die in oktober van 2008 zichtbaar werd, werden bij MTSA in januari al alle opdrachten voor de semiconductor industrie teruggetrokken. „MTSA verkeerde in de groeiperiode 2004 tot en met 2007 in een positie dat het werk op ons afkwam. Daar hoefden we niet veel voor te doen; we hadden een uitstekende naam als vooraanstaand technologieconcern. Echter het percentage voor de semiconductor wereld was te hoog en de grotere opdrachtgevers trapten bij de start van de crisis direct op de rem qua investeringen. De omzet daalde zeer snel.’’ Wat hebt u toen gedaan? „Ik heb een afdeling Sales en Marketing opgezet in het bedrijf. MTSA was een technologische organisatie, samengesteld uit goede mensen van Shell, KEMA, en AKZO, maar het waren wel allemaal ingenieurs, technologen en technici. Toppers op hun vakgebied, maar geen salesmensen. Toch zijn ze ook de verkoop ingegaan. We hebben ons gefocust op bestaande klanten, nieuwe klanten en internationale klanten. Onze ingenieurs hebben de toegevoegde waarde van MTSA bij

bestaande klanten vergroot, waardoor ze daar meer opdrachten uit wisten te krijgen; ze zijn onder meer op vakbeurzen gaan staan en ze hebben overal leads ontwikkeld. Ikzelf en een nieuwe Sales Manager richtten ons op de nieuwe klanten en de internationale markt. We hebben daarnaast, net als Jobs in zijn fantastische boek omschrijft, gedurfd om te investeren in nieuwe producten in nieuwe marktgebieden en in mensen, en juist niet gaan snoeien.’’ Wanneer merkte u de resultaten daarvan? „Direct in 2009 en de volgende jaren 2010 en de eerste helft van 2011 al toen we de omzet significant zagen groeien bij de bestaande klanten, bij nieuwe klanten, in nieuwe product/markt combinaties en internationaal. We werden op een gegeven moment benaderd door een Chinese partij, die een productpresentatie van ons op internet gevonden had. Dat klinkt bijna te gemakkelijk om waar te zijn, maar zo kan dat dus gaan. De Chinezen zochten een kennispartner op het gebied van aluminiumrecycling, en het gevolg is dat we nu voor dat Chinese

foto Jacques Kok

bedrijf een pilotfabriek aan het ontwikkelen zijn die we in het tweede helft van dit jaar in uitvoering mogen nemen. Eveneens in China leveren we apparatuur aan het grootste kortsluithoogspanningslaboratorium in aanbouw ter wereld. En ik ben net terug uit India, waar we verregaande gesprekken heb gevoerd over het leveren van apparatuur voor een nieuw kortsluitlab, en waar we de afgelopen jaren vijf pilotplants hebben geleverd.’’ Werkt u nu alleen nog maar met internationale partners? ”Nee, want we zijn net weer bezig voor Organon met nieuwe farmaceutische projecten en nog geen kilometer verderop zitten we hier in Arnhem bij zeer interessante bedrijven; Akzo, Teijin Aramid en NedStack. Voor Teijin hebben we een proeffabriek gebouwd waarbij de rest-aramide hergebruikt kan worden; en samen met NedStack hebben we onlangs een brandstofcel elektriciteitscentrale van 1 Megawatt ontwikkeld en gebouwd die nu in Antwerpen in volle productie is. Dat is op dit moment de grootste brandstofcel elektriciteitscentrale ter wereld.’’

Kunt u de juiste mensen krijgen? ”Nee, want techniek is nog steeds niet sexy genoeg. Veel jonge mensen kiezen de makkelijkere alpha en gamma studies en beroepen, terwijl industrie om techniek en technologie draait. Er is veel meer in te ontdekken, te innoveren, toe te passen. Door technische studies leer je ook zeer complexe problemen op te lossen en over je eigen vakgebied heen te kijken. Ik heb zelf indertijd lucht- en ruimtevaart gestudeerd. De meerwaarde daarvan is dat je dan in een grote verscheidenheid aan technische bedrijven kan werken. Ik zie dat ook bij de techneuten die hier werken: die kunnen de meest complexe problemen oplossen. Niets bestaat nog, als wij een opdracht krijgen; alles moet ontwikkeld worden. In onze heroriëntatie vier en een half jaar geleden zijn we de farmaceutische markt opgegaan. Tot dat moment deden we daar niets in. En dan merk je dat je door deze attitude ook een nieuwe bedrijfstak ‘aankunt’. Het leuke is dat je je en route ook ontwikkelt in economische, financiële, juridische en personele zaken. Andersom zie je nooit dat een econoom, jurist of financiële specialist nog een techneut wordt.” Even terug naar de Nederlandse overheid en visie; wat zou daar aan moeten veranderen volgens u? „Er wordt nog een versnipperd beleid gevoerd. Ik ben van mening dat we nog harder keuzes moeten maken en veel meer moet investeren in technologie, innovatie en ontwikkeling. Daarnaast moeten we ons richten op de export: daar ligt de markt. Daarmee voorkom je dat Nederland straks achter de feite aan gaat hollen. Neem Schiphol, ooit een toonbeeld van een internationaal vliegveld; nu streven landen uit het Midden- en Verre Oosten ons voorbij met prachtige ruime grote vliegvelden die de hubs in de wereld vormen. Hoe is het mogelijk dat ons Schiphol langzaam een benauwd regionaal vliegveld wordt? Dat is toch niet de koers die je als BV Nederland op wilt? Daarom ook hebben we een ondernemende visie nodig in het kabinet. Je kunt de economie alleen weer op gang krijgen met een visie, innovatie en ondernemers die groei kunnen realiseren. Daar zijn keuzen en offers voor nodig.’’

De verfijnde kneepjes van metaalbewerking door Frank Thooft

O

ok in de wereld van het edelmetaal is er innovatie. Met een laserapparaat, dat zijn ontwikkeling nota bene aan de tandtechniek ontleent, kan een goudsmid veel mooiere verbindingen maken dan met het traditionele solderen. Alexander van den Hoven laat een collier zien waarbij hij de blaadjes met een laser heeft bevestigd. „Het grote voordeel hiervan is, dat het goud niet verkleurt, zoals met solderen, wat je na elke keer solderen weer moet wegpolijsten. De temperatuur bij laseren is veel hoger, en je kunt op een veel kleiner oppervlak je verbinding maken, waardoor je veel fijner kunt wer-

ken.’’ Goud is, net als staal in de metaalwereld, aan fluctuaties onderhevig. Toch heeft de goudprijs, die het afgelopen jaar flink is gestegen, een kleiner effect op de kleine sieraden die goudsmeden maken, legt hij uit. „In een ring zit bijvoorbeeld relatief weinig goud doordat je altijd met een legering werkt. Daardoor hoeven de prijzen van gouden ringen niet zo sterk te stijgen als de goudprijs sec misschien suggereert. Armbanden en colliers daarentegen zijn terecht wel duurder geworden.’’ Een goudsmid onderscheidt zich door een eigen signatuur te ontwikkelen, een unieke stijl die door zijn specifieke klantenkring wordt gewaardeerd. „Mensen kunnen

Alexander van den Hoven toont het ‘gelaserde’ collier best zonder goud, zonder sieraden. Daar ga je niet dood van.

foto Jacques Kok

Maar toch...als je naar de eerste mens kijkt, droeg die al sierraden.

Van steentjes, schelpjes, enzovoorts. Mensen willen zich graag tooien met mooie spullen.’’ Van den Hoven speelt daar met zijn eigen atelier, waar twee goudsmeden werken, ook op in. Een van de nieuwste creaties is een manchetknoop die gemaakt is van een in een mal afgevormd druiventakje. „Je leert heel goed op vorm en vormgeving te letten als goudsmid. Een takje of een blaadje kan een bijzondere schoonheid hebben. Als je dat omsmeedt naar een gouden sieraad, heb je iets unieks in handen.’’ De kunst van het verfijnd construeren van het materiaal maakt volgens hem ook het verschil. „Dat is echt een vak apart.’’