156

Page 15

Eszter Salamon & Boglárka Börcsök het werk van de Duits-Joodse avant-gardekunstenares Valeska Gert (1892-1978) op de scène reanimeren in Monument 0.5 (2017); wanneer Thomas Bellinck in Domo de Eŭropa Historio en Ekzilo (2013) het heden van zichzelf vervreemdt door het vanuit een fictieve toekomst te musealiseren; wanneer Mette Ingvartsen ons in 69 Positions (2014) via documentatie, narratie en belichaming door een archief van expliciete performancekunst leidt vanaf de feministische performances uit de jaren 1960; wanneer Ogutu Muraya in Fractured Memory (2016) het eerste Congrès international des écrivains et artistes noirs uit 1956 verbindt met de politieke oproer in Kenia in 2007 en de erfenis van het kolonialisme vandaag; wanneer Andros Zins-Browne in The Middle Ages (2015) vroeg-moderne sociale dans met de Twittersphere verbindt, et cetera. EXPERIMENTEREN MET HET VERKNOOPTE NU Podiumkunstenaars benadrukken vaak het efemere karakter van een voorstelling. Performancetheoretica Peggy Phelan vatte het ooit samen door te stellen dat ‘het leven van performance enkel in het heden ligt’ 12 om vervolgens, op een paar geheugensporen en wat gebrekkige documentatie na, volledig te verdwijnen. Recent staat dit paradigma terecht steeds vaker ter discussie. Theatervoorstellingen worden bijvoorbeeld benaderd als ‘geheugenmachines’ 13 die verleden voorstellingen oproepen in de herinnering van acteurs of toeschouwers. In zijn lofzang op repertoire in dit Etcetera-nummer wijst cultuursocioloog Rudi Laermans op de temporele spanning tussen de historiciteit van de brontekst, de actuele opvoering en de opvoeringsgeschiedenis – die als parallelle tijdssporen present kunnen zijn. Dansbewegingen, of ze nu gechoreografeerd of geïmproviseerd zijn, geplukt uit het dagelijkse leven of volstrekt dansant, zijn dan weer onvermijdelijk gemarkeerd door een geschiedenis van voorafgaande bewegingen. Sommige dansvoorstellingen gaan zelf expliciet aan de slag met het lichaam als archief – niet alleen van dansvocabularia of choreografieën, maar ook genormaliseerde sociale bewegingspatronen, zoals de gendernormatieve performativiteit.

“Onze temporele ervaring is vandaag diepgaand getekend door voortdurende versnelling, onmiddellijkheid, de dwang van het kortstondige nu.”

Kortom: het ‘nu’ van de voorstelling is in de ervaring van de toeschouwer meestal een verknoopt nu, tegelijk hier-en-nu als toen-en-daar. Performance is live maar ook niet-live en afterlife, spoor van het ‘niet-langer-live’ of de voorafschaduwing van een virtueel ‘live-dat-nog-kan-komen’. Het ‘nu’ van een opvoering heeft dan ook bitter weinig te maken met het ‘nu’ uit de moderne, chronologische etcetera 156

13


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.