Allure Jaarverslag 2018

Page 24

afname van het aantal kinderen binnen onze regio. De verwachting van het ministerie van OCW is dat in 2022 het dieptepunt van de krimp zal zijn bereikt waarna een voorzichtige groei zal volgen. De ontwikkeling van het aantal leerlingen is nauw gerelateerd aan de personele bezetting. De hoge kwaliteitsnorm waaraan wij onze scholen willen laten voldoen, betekent immers dat de groepen niet te groot mogen worden en waarbij ook telkens weer een juiste inschatting moet worden gemaakt ten aanzien van de instroom teneinde te grote groepen te voorkomen. Verder zal conform het Ons Plan 2019-2023 de komende jaren sterk worden ingezet op ontwikkeling en verdieping van de onderwijskundige kwaliteit van het onderwijs op de scholen waarbij onze professionals een breed leerrendement bij onze leerlingen zullen realiseren. Onze scholen zullen eigentijds zijn ingericht passend bij de visie. Bovenstaand is de formatie OP voor de komende jaren evenredig verondersteld met het verwachte aantal leerlingen en nemen Directie en OOP jaarlijks met 2% af. Het aantal leerlingen is niet alleen bepalend voor de personele inzet. Leerlingen die afkomstig zijn uit het buitenland vereisen veelal extra personele inzet. Dit heeft er toe geleid dat hiertoe speciale nieuwkomersklassen zijn gevormd op de scholen de Meridiaan en de Langereis. In financieel opzicht loopt Stichting Allure hiermee slechts een beperkt risico omdat, naast de extra rijksmiddelen die ten behoeve van deze categorie leerlingen aanvullend worden beschikt, de gemeente garant staat voor eventuele tekorten. Met de invoering van het Passend Onderwijs worden wij verder geconfronteerd met de instroom van leerlingen die in het verleden zouden zijn geplaatst in het speciaal onderwijs of het speciaal basisonderwijs. De extra aandacht die deze leerlingen behoeven kan niet altijd worden bekostigd uit de extra middelen die ten behoeve van deze categorie leerlingen wordt ontvangen van het Samenwerkingsverband of de Regionale Expertise Centra (REC). Hoewel binnen Stichting Allure altijd de intentie bestaat om deze categorie leerlingen te plaatsen staan in voorkomende gevallen de extra kosten niet in verhouding tot de extra subsidie. Dit zal de komende jaren een extra druk leggen op de bedrijfsvoering en zou tot gevolg kunnen hebben dat leerlingen soms toch worden doorverwezen. Een teruggang in leerlingen kan tot gevolg hebben dat niet meer kan worden voldaan aan het vereiste minimumaantal leerlingen. Binnen onze stichting is dit recent het geval geweest bij de school De Vijzel, waarbij deze school vanaf 1 augustus 2016 een nevenvestiging is geworden van de school De Plaats. Van jaar tot jaar wordt nauwlettend gemonitord of deze situatie ook bij andere scholen zal gaan ontstaan. Per teldatum zitten de scholen De Akker en De Grosthuizer onder de opheffingsnorm. Dit kan nog worden opgevangen door het hanteren van de gewogen gemiddelde opheffingsnorm. Voorwaarde daarbij is dat dit gemiddelde niet verder daalt dan omstreeks 1830 leerlingen omdat op dat moment, voor het eerste jaar, niet kan worden voldaan aan dit meerjaarlijkse gemiddelde. Verder heeft onze stichting relatief veel kleine scholen met daarbij ook relatief veel kleine (combinatie)groepen. Voor deze relatief dure scholen bestaat binnen het huidige politieke klimaat een iets grotere neiging tot extra bekostiging omdat het sluiten van onderwijsvoorzieningen direct gevolgen kan hebben voor de leefbaarheid binnen dorpskernen. De kosten en de baten van de materiële kosten vertoonden de laatste jaren een steeds schever beeld. De oorzaken hiervan zijn dat het ministerie voor de bekostiging jarenlang een nullijn heeft gehanteerd maar de kosten anderzijds zijn gestegen. In 2019 zijn de baten voor het eerst sinds jaren aangepast. Voor de huisvestingskosten zijn besparingen gerealiseerd maar deze besparingen werden teniet gedaan door de daling van het aantal leerlingen waardoor de bekostiging lager is geworden. Verder zijn de huisvestingskosten meer afhankelijk van het aantal gebouwen en de bezetting van de lokalen dan van het aantal leerlingen op de school. Mogelijk dat de nieuwe schoolgebouwen die de komende jaren in de diverse gemeenten zullen worden gebouwd, zullen leiden tot lagere huisvestingskosten. Voor de materiële onderwijskosten in de vorm van leerpakketten en materialen werd aanvankelijk vanwege de digitalisering van het onderwijs een besparing verwacht. Deze verwachting is en zal ook niet uitkomen omdat digitaal onderwijs veel duurder is dan het traditionele onderwijs. De licentiekosten van programmatuur vormen samen met de (afschrijvings)kosten van chromebooks en touchscreens een aanzienlijke kostenpost waarbij de bekostiging achter blijft. Dekking van het tekort op materiële kosten komt uiteindelijk ten laste van de personele middelen. Balans

Jaarrekening

Begroting

Raming

Raming

2018

2019

2020

2021

Materiële vaste activa

946.188

Financiële vaste activa

0

Totaal vaste activa

946.188

24

946.188

946.188

946.188

946.188

946.188

946.188


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.