juli 2012 - De Hoogstraatse Maand

Page 29

RECHT OP ANTWOORD Aangaande het in mei jongstleden gepubliceerde artikel betreffende de sociale groepswoningen in de Gelmelstraat 61-71, met als titel: “Kerkfabriek wil slopen, Erfgoed wil bescherming.” In desbetreffend artikel wordt geïnsinueerd dat architect Van Laer geen specialist is in restauratiewerken, waarbij vervolgens door de auteur, die klaarblijkelijk de wens niet heeft zijn eigen tekst te signeren, verwezen wordt naar, overigens al evenmin nader vernoemde, architecten dewelke verondersteld worden daar wel in gespecialiseerd te zijn, en die de door de heer Van Laer aangehaalde argumenten één voor één weerlegd zouden hebben. Op welke wijze dat dan geschiedt, daar heeft de lezer, gemakshalve, verder het raden naar…

w j s

Hier stelt zich echter de pertinente, trouwens al eveneens onbeantwoord gebleven, vraag waarom collega architecten, die dezelfde opleiding hebben genoten, beter geschikt zouden zijn om te oordelen over restauratiewerken? Immers, men is een gediplomeerd architect, of men is het niet. Het behalen van dit diploma veronderstelt evenwel per definitie de bekwaamheid om een huis te restaureren. Het tegendeel beweren berokkent op een lichtzinnige wijze schade aan de beroepsreputatie van de heer Van Laer.

n n , n t p e .

In hoofde van zijn beroep als gediplomeerd architect werd de heer Van Laer door zijn opdrachtgevers aangesproken om met kennis van zaken een aantal analyses te maken. De heer Van Laer heeft daar op een verantwoorde wijze gevolg aan gegeven door een zeer grondig,

genuanceerd en eerlijk onderzoek te voeren, waarbij alle belangen, kosten en baten secuur werden afgewogen. Hiermee werd door architect Van Laer voldaan aan de gegeven opdracht, dewelke er onder andere in bestond een duidelijke en gedegen financiële ontleding te maken van zowel de renovatiekost enerzijds, als de afbraakkost anderzijds. Vanzelfsprekend kwam het de opdrachtgever zelf toe om hier de eindbeslissing in te nemen. Tot slot, in acht genomen het gegeven dat de kost van een renovatie, zwaar buiten verhouding stond tot het bedrag nodig voor afbreken van het complex, lag de genomen beslissing voor de hand, dit gelet op een verantwoorde besteding van de financiële middelen waarvoor de opdrachtgever verantwoordelijk is. Immers gezien de lamentabele toestand van de Godshuisjes kwam een renovatie er de facto op neer dat zij quasi geheel opnieuw gebouwd zouden moeten worden, vanaf de fundering tot aan het dak, met inbegrip van een volledige vernieuwing van alle binnenmuren, de gehele isolatie en ganse technische inrichting! De “verrassende waardevolle interieurelementen” waarover de heer F. Horsten in zijn epistel spreekt zijn immers volledig aangetast door vocht of verdwenen. Een volledige vernieuwing dus, bovendien dan nog met inachtname van het feit dat hoe dan ook extreme wijzigingen dienden doorgevoerd te worden, teneinde het project te laten beantwoorden aan de huidige normering en opgelegde minimumafmetingen welke gehanteerd worden door Sociale Huisvestingsmaatschappijen.

De heer F. Horsten ging met zijn pen dan ook wel zeer kort door de bocht door te stellen dat architect Van Laer slechts een pleidooi heeft gegeven voor de afbraak van de huisjes. Nota bene een bewering die door geen enkel stuk wordt ondersteund, integendeel, de werkelijke inhoud van de brief waarnaar door de auteur wordt verwezen, alsmede de verslagen van de diverse besprekingen dewelke hebben plaatsgevonden spreken de beweringen van de heer F. Horsten duidelijk tegen. Zo staat in het verslag expliciet te lezen (een bekwaamheid dewelke men normalerwijze toch van een beroepsbekwaam journalist zou mogen verwachten) dat de heer Van Laer de gebouwen wel degelijk in aanmerking neemt als zijnde restaureerbaar en historisch waardevol, doch vereist de gedegen uitvoering van zijn opdracht tevens dat hij zijn opdrachtgever daarbij bewust maakt van de totaalkost en het daarmee te behalen eindresultaat. Het is immers niet de heer Van Laer zelf, en al zeker de heer F. Horsten niet, die de prijs dient te betalen… Gezien uit de eindanalyse bleek dat enerzijds de renovatiekost meer dan het dubbele van een courante restauratiekost zou bedragen en dat, anderzijds, na renovatie het eindresultaat zou bestaan uit een kleiner aantal beschikbare woningen voor de sociaal zwakkeren in onze samenleving, hoeft het dan ook niemand te verbazen dat voor de opdrachtgever uiteindelijk mensen voorgaan op gebouwen! Ellen De Ketelaere advocate

-

Je weet wel, daar op de hoek in

HOOGSTRATEN

100 95

Zeg maar hoe je zitten wil

75 100

100 95 75 100

95 25

95 25

75 5

75 5

0

0

25

25

5

5

0

0

Lod. de Konincklaan 256, Hoogstraten. Tel 03 -314.52.49

www.kempimeubel.be DE HOOGSTRAATSE MAAND - JULI 2012 - 29

DHM_juli_327.indd 29

21-6-2012 12:06:15


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.