BDW 1288 PAGINA 18 - DONDERDAG 14 JULI 2011
Wielrennen > Kris Lissens verdedigt politiezone Zuid op Wereldspelen
‘Geen medaille halen zou ontgoocheling zijn’ © BRIAN GREEN PHOTOGRAPHY
Politieman Kris Lissens, met Belgische driekleur. “In New York neem ik deel aan alle zeven de wielerdisciplines.”
BRUSSEL – Agenten met een bierbuik hebben er geen schijn van kans: op de World Police & Fire Games (WPFG) strijden afgetrainde politiemensen van over de hele wereld voor de prijzen. Wielrenner Kris Lissens (31) verzamelde op de vorige twee edities al een paar medailles en wil binnenkort in New York zijn favorietenrol bevestigen.
‘E
en gouden, een zilveren en een bronzen medaille heb ik twee jaar geleden in het Canadese Vancouver behaald,” vertelt de politieman uit Vorst. “Tijdens
de CLUB
mijn eerste deelname in het Australische Adelaide pakte ik zilver. Daar was het iets moeilijker omdat de Italianen en Spanjaarden verder in hun seizoen zaten.”
Lissens is afkomstig uit het Pajottenland en werkt al een zevental jaar in de politiezone Zuid. Hij is gebeten door de wielersport en fietst sinds zijn veertiende in competitieverband. Een vijftal jaar geleden ontdekte hij de politiecompetitie. “In België heb je in feite nog alleen het Belgisch en het Vlaams kampioenschap, en daarnaast natuurlijk ook bijvoor-
beeld een paar wedstrijden voor de politie. Allemaal veel kleiner dan de Wereldspelen, die je gerust kunt vergelijken met de Olympische Spelen, maar dan voor leden van politie en brandweer en veiligheidspersoneel.” De Spelen worden om de twee jaar in een wereldstad georganiseerd. De klassieke elementen als een atletendorp, een openings- en een slotce-
Swimming Club Calypso (SCC), Watermaal-Bosvoorde
Waternimfen geven er brui aan © MARC GYSENS
WATERMAAL-BOSVOORDE – Vrouwelijke waterpoloploegen zijn dun gezaaid in België. En al na één seizoen lijkt Brussel zijn enige damesploeg te verliezen. Swimming Club Calypso (SCC) biedt naast zwemmen en aquagym ook waterpolo aan. “SCC heeft gepionierd in waterpolo voor dames,” legt penningmeester Jacques Van Der Kelen (56) uit. “We waren de eerste in Brussel en een van de eerste in België. Maar er was geen competitie, en de meisjes hebben er na een seizoen al de brui aan gegeven. De motivatie ontbrak.” SCC heeft het zwembad Calypso 2000 als uitvalsbasis, waar zowel competitiebeesten als recreanten welkom zijn. “Het zwembad is een rem. Met een lengte van 33 meter en 33 centimeter is het te klein voor regionale en nationale competities. Daar komen nog zaken bij als de gelimiteerde tijd dat we in het water kunnen: tussen zeven en halftien ’s avonds. Daarom zijn we eerder een ‘vormende’ club.
De toekomst van de SCC-damesploeg wordt almaar twijfelachtiger, de heren gaan voort.
remonie en zowat al de olympische sporten ontbreken er niet. De atleten zijn van een goed niveau, maar moeten naast het nodige talent ook over een stevig gevulde portefeuille beschikken. “De Spelen staan open voor iedereen, maar je moet wel alle kosten op jou nemen. In België is dat toch zo. Dit jaar verblijven we twaalf dagen in New York: dat kost een flinke duit.” “Ik zal er deelnemen aan de zeven wielerdisciplines: een wegrit tussen tachtig en honderd kilometer, een criterium van één uur plus één ronde, een tijdrit, klimtijdrit, sprint, en op de piste zijn er dan nog de vierhonderd meter en vier kilometer achtervolging. Het is op de sprint dat ik in Vancouver goud heb behaald, dus ik mag wel zeggen dat ik op politieniveau een snelle jongen ben.” “Dit niveau is te vergelijken met de elite zonder contract. Op de zestig deelnemers heb je misschien tien mannen met een dikke buik, maar die vallen snel af, hoor. Vanaf je 31ste word je ook nog ingedeeld in leeftijdscategorieën. Dat is een voordeel als je wat ouder wordt (lacht).”
Allemaal Belgen De Belgische delegatie telt dit jaar
Zodra zwemmers een bepaald niveau halen, gaan ze meestal naar een andere club.” De dames moesten zich jarenlang tevreden stellen met wedstrijden bij de jeugd en de reserves (want daar mogen ze wel met de mannen spelen), maar vorig jaar besloten ze een entente aan te gaan met de waterpolovrouwen van Poseidon. “De trainingen en wedstrijden werden verdeeld over beide baden. De dames schreven zich in voor de competitie, die maar één divisie telt, verdeeld over twee reeksen. Ze kwamen in een zware reeks terecht en moesten de wet van de sterkste ondergaan.” Nu zou het weleens kunnen dat er na amper één seizoen de stekker uit getrokken wordt. “Poseidon denkt nog na of het voort wil gaan. Maar als zij de entente verbreken, is het ook voor ons gedaan. Jammer, want we zijn de enige vrouwelijke waterpoloploeg in Brussel.” Het is raden naar de reden waarom waterpolo niet aanslaat in onze hoofdstad. Te fysiek? Dat wordt tegengesproken door het succes van de vrouwelijke rugbyploeg van Watermaal-Bosvoorde. Met zijn driehonderd leden heeft SCC alleszins een mooi potentieel. Teer punt blijft de infrastructuur. “We dromen natuurlijk van een beter bad. En met onze mannelijke waterpoloploeg naar eerste, waarom niet? Maar het is niet evident, de concurrentie is groot in eerste divisie. En elke week een pandoering incasseren is ook niet leuk.” TS www.scc.be