Actueel
T. Molenaar
Rijkswaterstaat is voortaan tweebenig Bij tweebenigheid denk je aan voetballers, maar voortaan komen ook Rijkswaterstaters met deze eigenschap naar voren. Zij hebben een goede balans gevonden in innovatie en efficiënt werken, is te lezen in de Innovatieagenda2030 ‘Samen sneller met focus innoveren’. Bovendien zoeken zij bij marktpartijen mensen die eveneens ambidexter zijn. Rijkswaterstaat wil sneller kunnen innoveren om de grootschalige opgaven waar de Nederlandse maatschappij voor staat te kunnen oplossen. De dienst beseft dat hij dat niet alleen kan en wil nauw optrekken met marktpartijen (van start-ups, mkb-bedrijven en toeleveranciers tot ingenieursbureaus en aannemers), kennisinstellingen en andere overheden.“Innovatie is onmisbaar, maar kan alleen lukken als we onze krachten bundelen met zowel marktpartijen en kennispartners als met medeoverheden en marktpartijen”, aldus directeur-generaal Rijkswaterstaat Michèle Blom in het voorwoord van de nota. “Als het lukt om samen te experimenteren en standaardiseren kunnen we innovaties sneller tot productie brengen en sneller uitrollen in de praktijk.” “Maar hoe je het ook wendt of keert: die ambities zijn veel groter dan we op korte termijn kunnen waarmaken”, vervolgt Blom. “Daarom is ook focus nodig. We zullen schaarse middelen slim moeten inzetten op innovaties die het beste bijdragen aan onze doelen. Dat vraagt scherpe keuzes, creatieve oplossingen en gezamenlijke denk- en daadkracht.” Blom doet de oproep om snel met mede-innovators rond de tafel te gaan zitten. Leerruimte Een belangrijke zinsnede in het rapport is dat Rijkswaterstaat in contracten leerruimte wil inbouwen. De huidige praktijk is immers dat veel aannemingsmaatschappijen, maar ook overheden, liever kiezen voor traditionele oplossingen, omdat zij bang zijn erbij in te schieten als een vernieuwende aanpak niet oplevert wat gehoopt was. In de nota ‘Op weg naar een vitale infrasector’ (maart 2020) ging de minister al in op dit onderwerp: “Het doel is om de inframarkt te versterken, met een eerlijkere risicoverdeling tussen opdrachtgever en opdrachtnemer en een gezonder verdienpotentieel voor bedrijven.” 4
11_Actueel_05L.indd 4
Dat zal in de praktijk nog niet meevallen, gezien keren dat aannemers terugdeinzen om grote projecten aan te nemen; juist vanwege de verwachte risicoverdeling. Andere contractvormen (denk aan tweefasen- en portfoliocontracten) moeten dit probleem oplossen. De leerruimte is bedoeld om versneld met partners innovaties in praktijk te brengen. Een voorbeeld is de Leerruimte Self Supporting River Systems (SSRS). De leerruimte van het Prestatiecontract IJssel en Twentekanalen geef nu ruimte om samen met de aannemers te zoeken naar mogelijkheden om de natuurlijke dynamiek van de rivier te benutten voor het beheer en onderhoud. Verbeteringen Het Innovatieloket Rijkswaterstaat bestaat sinds 2020 en staat open voor innovatieve ideeën uit de samenleving voor bijvoorbeeld duurzaam beton en een duurzame geleiderail. Nieuw is het Innovatie Testcentrum (ITC) van de dienst. Het is bedoeld voor innovaties die volgens de huidige regelgeving (nog) niet regulier zijn toegestaan of die om een specifieke test vragen. Een marktpartij die een innovatie heeft ontwikkeld en deze wil laten testen, kan daarvoor een aanvraag indienen. De proefnemingen gebeuren in Living Labs en proeftuinen. Op dit moment lopen er onderzoeken naar lagetemperatuurasfalt en drijvende zonnepanelen. “Het is lastig om een innovatie na een geslaagde pilot toe te passen in de uitvoeringspraktijk van Rijkswaterstaat. Te vaak
blijven innovaties liggen of duurt het veel te lang voordat we innovaties met onze opdrachten in kunnen kopen. Dat frustreert ons, omdat we de voordelen van de innovatie laten liggen. En het frustreert zeker ook de aanbiedende marktpartij, die zijn investering niet terug kan verdienen. Daarom gaan we de komende jaren interne verbeteringen doorvoeren om innovaties sneller van pilot naar uitvoering te brengen”, meldt de nota. Pogingen om die versnelling aan te brengen, zijn onder meer het aanwijzen van een opdrachtgever die belang heeft bij toepassing van een geslaagde innovatie, circulariteit en klimaatneutraliteit consequent opnemen in opdrachtverstrekking (die vragen immers om vernieuwende toepassingen), en een financieringsstrategie voor innovaties die de middelen en capaciteit goed verdeelt. Innovaties brengen uit zichzelf risico’s met zich mee. “We gaan in kaart brengen welke risico’s we bij bepaalde projecten móeten nemen om de meerwaarde die de innovatie voor heel Rijkswaterstaat op termijn heeft te kunnen verzilveren”, aldus Rijkswaterstaat. “Hierbij zoeken we niet meer per project naar testruimte, maar stellen we een portfolio samen van projecten die samen de het beste bijdragen aan de opgave. Ook kijken we welke projecten zich het beste lenen voor de eerste toepassing van een innovatie.” Rijkswaterstaat richt zich met innovaties op vier aandachtsgebieden: ‘Vervanging en Renovatie’, ‘Klimaatneutraal en Circulair’, ‘Smart Mobility’, en ‘Data & Informatievoorziening’.
nr. 5 - mei 2021
04-05-21 13:08