5 minute read

Huidbiologie: De huid, onze natuurlijke beschermer tegen de zon

Huidbiologie

De huid Onze natuurlijke beschermer tegen de zon

In deze serie artikelen wordt elke maand een actueel onderwerp besproken uit de beautybranche op het gebied van huidbiologie en cos-

metische ingrediënten. De werking van onze huid en de invloed van de verschillende groepen cosmetische ingrediënten hierop, wordt toegelicht op basis van kennis die door wetenschappelijk onderzoek tot stand is gekomen. In dit seizoen van de zon gaan we in op de natuurlijke bescherming van de huid tegen de zon en hoe we deze natuurlijke bescherming kunnen ondersteunen met de juiste cosmetische ingrediënten.

Het is zomer! De periode waarin onze huid veel te verduren krijgt door de hoge intensiteit van het uv-licht in dit seizoen. De huid absorbeert deze uv-straling met schadelijke gevolgen op korte termijn zoals zonnebrand en een droge huid. Op lange termijn wordt deze huidschade zichtbaar in de vorm van rimpels, pigmentvlekken en huidkanker. De huid heeft een eigen bescherming tegen het uv-licht die voorzien wordt door de melanocyten, de pigmentcellen. Melanocyten vormen een natuurlijke zonnefilter in de twee vormen eumelanine (donkerbruin pigment) en phaemelanine (roodbruin pigment). Het eumelanine absorbeert beter het uv-licht dan het pheomelanine. Elk individu heeft zijn eigen combinatie van eumelanine en pheomelanine. Er bestaan namelijk verschillende phototypes (I-VI). Het phototype is direct gerelateerd aan de reactie van de huid op het zonlicht. Personen met phototype I hebben meer pheomelanine

ten opzichte van eumelanine, terwijl personen met phototype VI meer eumelanine hebben. Bij het ouder worden, wordt er steeds minder melanine gevormd. Melanocyten hebben namelijk voedingsstoffen nodig vanuit het bloed om het melanine te kunnen vormen. Aangezien de doorbloeding duidelijk vermindert met veroudering, waardoor de uitwisseling van voedingsstoffen vertraagt, neemt de melaninevorming af waardoor de huideigen bescherming op latere leeftijd tekortschiet.

VOORLOPER VAN MELANINE

Het vormen van melanine door de melanocyt is een complex mechanisme. Kort samengevat zijn er twee soorten pigmentcellen, namelijk de actieve en slapende pigmentcellen. De actieve pigmentcellen maken altijd eerst pre-melanine aan, een voorloper vorm van het melanine. Nog zonder dat er een spatje uvb-licht aan te pas komt. Dit kleurloos pre-melanine nestelt zich tussen de huidcellen, maar heeft geen absorberende eigenschappen die nodig zijn om de huid te beschermen. Door uva-licht oxideert dit pre-melanine waardoor het bruin kleurt. Dit geoxideerd premelanine heeft echter nauwelijks absorberende eigenschappen. Dit mechanisme treedt op bij gebruik van de zonnebank. De huid wordt dus wel bruin, maar is nog niet beschermd tegen de zon. Pas als de huid wél voldoende blootstaat aan uvb-licht, gaan de actieve pigmentcellen direct melanine aanmaken in plaats van enkel het pre-melanine. Tegelijkertijd zullen de slapende pigmentcellen langzaam ontwaken. Dat duurt wel een aantal dagen. De natuurlijke bescherming tegen het schadelijke uv-licht komt dus pas goed op gang als er voldoende uvb-licht op onze huid straalt.

MELANINE-STIMULERENDE EIWITTEN

Onder invloed van het uvb-licht, worden er door de huidcellen eiwitten gevormd, namelijk melanin stimulating hormoon ( -MSH) en Endothelian-1 (ET-1). Hoe meer uvb-licht er is, hoe meer vorming van deze eiwitten. Het ET-1 en het -MSH hebben speciale vormen die als het ware passen op de melanocyten zoals een sleutel op het slot. Onder invloed van het eiwit ET-1 worden slapende melanocyten geactiveerd om melanine te gaan vormen, terwijl het eiwit -MSH specifiek de productie van het eumelanine door actieve pigmentcellen stimuleert. Deze eiwitten zorgen dus ervoor dat slapende en spelende melanocyten actief worden. Het gevormde melanine zal vervolgens aan de huidcel worden bezorgd. Er zijn gaatjes in huidcel waar de melanocyt injecties geeft van zogenaamde melanosomen, in feite geïncapsuleerd melanine. Deze melanosomen gaan boven de celkern zitten en barsten dan open waardoor de huidcel bruin gaat kleuren. Op deze manier kan het melanine het DNA van de huidcel beschermen. Het duurt twee weken om de hele levende huidlaag te voorzien van melanine in de huidcellen. Ook hier is er weer sprake van een leeftijdsafhankelijke daling in de snelheid van dit bruiningsproces, aangezien de vernieuwing van huidcellen vertraagt met veroudering. De leeftijd is dus een belangrijke factor in de snelheid van de melanine voorziening in de huid. Naast de melaninevorming als natuurlijke SPF in de huid, treedt er nog een beschermingsmechanisme in werking onder invloed van het zonlicht en dat is het verdikken van de hoornlaag. Deze verdikking zorgt ervoor dat de gevaarlijke uv-straling minder diep in de huid doordringt. Het duurt zo’n drie weken voordat deze verdikking gerealiseerd is. Deze lichaamseigen beschermingsmechanismen zorgen er uiteindelijk voor dat we meer tijd veilig in de zon kunnen doorbrengen, het is echter van groot belang deze natuurlijke bescherming te ondersteunen.

“Bij het ouder worden wordt er steeds minder melanine gevormd, waardoor de huideigen bescherming tekortschiet”

BOOSTERS VOOR NATUURLIJKE BESCHERMING

Uit bovenstaande kan geconcludeerd worden dat de huid pas aan het werk gaat als een deel van het kwaad al is geschied. Vandaar de noodzaak aan zonnebrandproducten met uv-filters die het schadelijke uv-licht meteen tegenhouden, zowel filters tegen het uva-licht als tegen het uvb-licht. De meeste zonnebrandproducten bevatten combinaties van chemische en fysische filters. Chemische uv-filters nemen het uv-licht op waarna deze opgenomen stralingsenergie weer wordt afgegeven waardoor er warmte kan vrijkomen. De fysische filters daarentegen nemen de uv-straling niet op, maar weerkaatsen en verstrooien deze. Een combinatie van beide type filters in een zonnebrandproduct zorgt voor het bereiken van een hoge zonbeschermingsfactor die zeker nodig is ten tijde van hoge uv-indexen. Echter, uit Australisch onderzoek is gebleken dat er geen verschillen werden waargenomen in de mate van huidbeschadiging tussen mensen die wel en geen zonnebrandproducten gebruiken. Een verklaring voor het ontbreken van deze verschillen is er nog niet. Logischerwijs zou je kunnen denken dat mensen lang niet zo effectief smeren als onderzoekers aan de hand van laboratoriumtesten voorspellen. Zo zijn de richtlijnen dat we twee milligram zonnebrandcrème per vierkante centimeter huidoppervlak zouden moeten smeren. Maar zo dik wordt crème vaak niet of niet vaak genoeg aangebracht. Bovendien verdwijnt ook weer een deel van de crème door zweten en worden er huiddelen overgeslagen bij het insmeren. Daardoor dringt uv-straling toch de huid binnen. Ontwikkelaars van zonnebrandproducten houden zich om die reden dan ook niet meer alleen bezig met de juiste uv-filters, maar ook met ingrediënten die het natuurlijke beschermingssysteem ondersteunen. Deze zogenaamde boosters bevatten ingrediënten die pigmentcellen activeren en wakker schudden. Daardoor maakt de huid sneller melanine aan, kleurt eerder bruin én is op een natuurlijke manier beter beschermd. Uiteraard, uvfilters in crèmes blijven nodig. Maar moderne zonnebrandproducten bevatten steeds meer van zulke boosters. Met cosmetische ingrediënten die de pigmentcellen activeren zet je de huid op een natuurlijke wijze aan het werk in de strijd tegen de zon.

Dr. Lavienja Schreurs-Braam, gezondheids- wetenschapper en auteur van deze artikelen, werkt momenteel als hoofd product- ontwikkeling bij Vavin BV in Haarlem. Ook geeft ze cursussen voor ANBOS Academy op het gebied van cosmetische ingrediënten en het huidmicrobioom. Daarnaast werkt ze parttime voor de Universiteit Maastricht bij de vakgroep epidemiologie als onderwijsmedewerker. Tekst: dr. Lavienja Schreurs-Braam

This article is from: