8 minute read

Efficiëntere distributie van streekproducten

Foodservice groothandel Deli X l , ondernemersvereniging Z lto en wageningen ur werken samen om de logistiek van streekproducten vanaf het boerenerf tot aan de keuken in kaart te brengen. De partijen willen de versnipperde keten verder professionaliseren om de groeimarkt van streekproducten beter te bedienen.

Suzanne Stienen, projectmanager Deli XL: “Wij merken bij onze klanten een groeiende behoefte aan streekproducten. Als producenten van streekproducten hun afzet en klantenkring vergroten, wordt de logistiek voor deze bedrijven complexer. We gaan daarom met ZLTO en Food & Biobased Research Wageningen UR uitzoeken welke verbeterslagen we kunnen maken in de huidige businessmodellen en distributiesystemen.” Gelijktijdig wordt door Deli XL en ZLTO en RIKILT gezocht naar een oplossing om de voedselveiligheid van streekproducten beter te borgen. Producenten van streekproducten zijn veelal niet HACCP gecertificeerd, wat bij grotere afnemers vaak een inkoopeis is. Stienen: “Voor kleine producenten is het lastig om aan die eis te voldoen. Wij kijken of we op een eenvoudige manier toch tot garanties en borging kunnen komen.” www delixl nl

€5 miljoen voor mkb

Mkb’ers in de agrifoodsector kunnen hun projectvoorstellen voor haalbaarheidsprojecten en innovatieprojecten in orde gaan maken. Vanaf 3 juni stelt de Topsector Agri&Food €5 miljoen beschikbaar. De haalbaarheidsprojecten worden behandeld op volgorde van binnenkomst en de mkb-innovatieprojecten via een tender gerangschikt op kwaliteit. Er is €4,4 miljoen beschikbaar voor mkb-innovatieprojecten. In deze projecten kunnen samenwerkingsverbanden van twee of meer mkb’ers een industrieel onderzoek of experimentele ontwikkeling voor 40% gefinancierd krijgen. Voor haalbaarheidsprojecten, waarin de technische en economische potentie van innovatieve ideeën kunnen worden getest, is €600.000 beschikbaar. De topsector draagt hierbij 50% van de projectkosten. De call sluit op 23 september om 17.00 uur en staat onder auspiciën van het TKI Agri&Food. Het aanvragen van een subsidie kan via Agentschap NL, waar projectvoorstellen desgewenst ook getoetst kunnen worden. wwwtki-agrifoodnl

Iglo e lio l eoni s ceti (47) volgt interim Ceo erhard s choewel op als topman van i glo. per 23 mei is s ceti in dienst getreden van diepvriesvoedingproducent i glo. tot 2010 vervulde de i taliaan de functie van Ceo bij emi m usic. Voor zijn tijd bij emi vervulde s ceti leidinggevende functies bij reckitt Benckiser en p rocter & Gamble. www.iglo.com

Wageningen University www.wur.nl

Dr. Joost van n eerven, senioronderzoeker bij FrieslandCampina research, is per 1 mei 2013 benoemd tot buitengewoon hoogleraar m ucosale immuniteit aan wageningen u niversity. De nieuwe leerstoel is ondergebracht bij de leerstoelgroep Celbiologie en immunologie en wordt gefinancierd door FrieslandCampina. Bij mucosale immuniteit gaat het om de functie van het afweersysteem in weefsels die bedekt zijn met een slijmvlies, zoals in de luchtwegen en het maag-darmkanaal.

FrieslandCampina atze s chaap, directeur coöperatiezaken bij FrieslandCampina wordt directeur zuivelontwikkeling China bij hetzelfde bedrijf. n a 13 jaar vond s chaap het tijd om iets anders te doen binnen de zuivelorganisatie. www.frieslandcampina.nl aDVertentie de economische crisis is een geluk bij een ongeluk voor de voedingsmiddelenindustrie. hierdoor is er geen acuut tekort aan operators. maar de komende jaren ligt het vergrijzingsspook op de loer. Wat doen bedrijven hiertegen? het project van mars en FrieslandCampinadmv uitgelicht.

Vergrijzing is niet het probleem, maar de ontgroening. De aanwas van jongeren ontbreekt. Er is wel degelijk vergrijzing, maar bedrijven ondervangen dit probleem grotendeels door reorganisaties.

“Daardoor krijg je geen jongeren meer naar binnen.” Hans Sliepenbeek, relatiemanager van opleidingsinstituut en adviesbureau

Vapro, geeft treffend de huidige tijdsgeest weer.

Ook voedingsbedrijven lijden onder de crisis. Ze zijn soms gedwongen te saneren en mensen te ontslaan. Van een tekort aan operators is daarom nog niet al te veel te merken. Maar wat als de economie mogelijk over een paar jaar weer aantrekt? De gemiddelde leeftijd van operators ligt boven de veertig. Binnen een jaar of vijftien zijn de meesten met pensioen. Tegen die tijd moet er voldoende nieuwe aanwas zijn. Een bedrijf als Mars maakt zich hier zorgen over.

Vergrijzing

“De komende jaren gaan veel operators met pensioen, mensen met veel kennis. En dat gat moeten we opvullen”, verduidelijkt Mars’ personeelsadviseur Maryam Benarbiya. Net als bij veel andere voedingsbedrijven ligt de gemiddelde leeftijd van een operator met 46 jaar, vrij hoog. “De laatste jaren hebben we jongeren aangenomen. Hier zijn we nog steeds mee bezig”, zegt projectmanager Bert-Jan van den Heuvel. Vooral mbo’ ers op niveau-3 zijn nodig. Afgelopen jaar nam het bedrijf 50 nieuwelingen aan, zowel proces- als verpakkingsoperators.

In Veghel werken vijfhonderd operators (twee derde verpakkingsen een derde procesoperators). Momenteel heeft Mars voldoende operators, maar de komende drie jaar zijn er zo’n 150 nodig. “Maar dat hangt ook af van ontwikkelingen in de politiek. Het moment van met pensioen gaan kan namelijk nog wijzigen.”

Om in zijn toekomstige personeelsbehoefte te kunnen voorzien, zet de zoetwarenfabrikant in op meerdere sporen. Het bedrijf rekruteert niet alleen via de geijkte kanalen, maar haalt tevens de banden met het regionale onderwijs steviger aan. In september starten Mars en FrieslandCampinaDMV samen met ROC De Leijgraaf uit Veghel een eigen fulltime opleiding tot foodoperator.

Baangarantie

De leerlingen krijgen een baangarantie en de les- en leermiddelen worden vergoed. Food & Feed Noordoost-Brabant, een project van

De Stichting Foodregio Uden-Veghel-Schijndel en omgeving, nam het initiatief tot het project. De opleiding gaat met 100% zekerheid van start. De klas is met twintig leerlingen helemaal gevuld. En dan te bedenken dat voor de reguliere opleiding tot operator bij ROC De Leijgraaf zich de afgelopen drie jaar geen enkele nieuwe leerling aanmeldde. De economische crisis en de baangarantie spelen vast en zeker een rol, denkt Jos van Asten, programmamanager Food & Feed Noordoost-Brabant.

Mars en FrieslandCampinaDMV gaven vrij snel aan mee te willen werken aan het project. Andere benaderde bedrijven waren terughoudender. Van Asten: “Je zag aarzelingen bij bedrijven vanwege reorganisaties en omdat ze niet zo ver vooruit hun personeelsbehoefte konden bepalen.”

De belangstelling voor de opleiding is overweldigend: ruim 35 aanmeldingen voor 20 plaatsen. Gelukkig hebben inmiddels ook andere bedrijven toegezegd te willen participeren binnen het project. Ook zij gaan leerlingen waarschijnlijk een baangarantie geven. Van Asten: “Afgesproken is dat alle leerlingen die zich inschrijven worden opgeleid. Zo zullen er aankomend schooljaar niet één, maar twee klassen starten met de opleiding. Het is de intentie alle leerlingen die beginnen ook te laten uitstromen met een baangarantie. Daar gaan we ons de komende periode voor inzetten.”

Affiniteit met techniek

Om in aanmerking te komen voor een baangarantie selecteren FrieslandCampinaDMV en Mars alleen de beste en meest gemotiveerde leerlingen van wie zij denken dat ze bij het bedrijf passen. De gegadigden die zich bij Mars melden hebben een heel diverse achtergrond, variërend van een afgebroken hbo-studie of havo tot mbo-niveau 2. “Natuurlijk is het denken werkniveau (minimaal mbo-niveau 2 of overgangsbewijs havo 3 naar 4, red.) een belangrijke overweging bij de selectie. Maar de klik, de twinkeling in de ogen, ook daar letten we op”, vertelt Benarbiya. “We kijken of de jongeren echt affiniteit hebben met techniek. Sleutelen ze bijvoorbeeld graag aan brommers.” Een ander aspect dat Mars aanstipt is dat de opleiding fulltime is en niet deels werken en deels studeren. De jongeren lopen tijdens hun studie wel stage bij Mars en FrieslandCampinaDMV. De bedrijven zullen ook gastcolleges geven. “We willen ze wel dicht bij ons houden”, lacht P&O-adviseur Benarbiya.

Thema: Opleiding & arbeidsmarkT

M&M poppen

Een groot voordeel van het project samen met Food & Feed Noordoost-Brabant en FrieslandCampinaDMV vindt Van den Heuvel dat je de ‘brede populatie’ kunt bereiken. Hij kijkt met veel plezier terug naar de voorlichtingsdagen op ROC De Leijgraaf op 1 februari en 3 april. “Ongelofelijk hoeveel mensen er waren. Tijdens eerdere open dagen waren er soms helemaal geen mensen op de afdeling procestechniek.”

Het ROC communiceerde op de website over de open dagen, maar belangrijker was dat er in de pers en via sociale media aandacht aan werd besteed. Beide bedrijven waren tijdens de open dag aanwezig met een stand vol gadgets. Een M&M-pop en een wandelend promotiebord die rondliepen tijdens de voorlichtingsdagen, wisten veel jongeren richting de afdeling procestechniek te manoeuvreren.

Zowel Mars als FrieslandCampinaDMV verzorgden presentaties. Ze regelden rondleidingen voor leerlingen en hun ouders in de fabrieken. Van den Heuvel: “We hebben kunnen laten zien dat we hoogwaardig productiewerk doen. Het negatieve beeld dat er bestond van werken in de fabriek, hebben we zo kunnen bijstellen.”

‘Ever change a winning team’

De vitaliteit van bedrijven neemt af als werknemers ouder worden.

Dan gaat het niet zozeer over leeftijd, maar wel over hoe lang iemand dezelfde functie bekleedt, stelt Hans Sliepenbeek van Vapro, die hier onderzoek naar doet. Het gevolg kan zijn een gebrek aan vernieuwing binnen een bedrijf, omdat werknemers

‘vastgeroest’ zitten in een functie en dus moeilijk hun werkwijze kunnen veranderen als dat wordt vereist om innoverend te zijn. Dit is een probleem dat speelt in de procesindustrie en zeker ook in de voedingsindustrie dat onderdeel uitmaakt van deze industrietak, signaleert Sliepenbeek, die veel bedrijven bezoekt.

“De foodindustrie is meer crisisbestendig en er wordt vaker een stabiel en constant beleid gevoerd met aandacht voor de lange termijn. Daardoor is de noodzaak tot dynamisch bewegen ten opzichte van andere bedrijfstakken vaak minder”, zegt Sliepenbeek. “Daarmee zijn de eisen die in een korte tijd aan operators worden gesteld niet hoog genoeg om te veranderen.” Bij een bedrijf als KPN, met veel reorganisaties, is de druk om te veranderen en te innoveren veel groter, meent Sliepenbeek. Zijn advies: verander iedere drie jaar van functie. Dat kan ook binnen het bedrijf. “Ever change a winning team”, is de boodschap die hij de voedingsindustrie wil meegeven.

Brug onderwijs

En Bedrijfsleven

De samenwerking tussen ROC De Leijgraaf aan de ene kant en FrieslandCampinaDMV en Mars aan de andere, laat zien dat het slaan van een brug tussen onderwijs en bedrijfsleven wel degelijk mogelijk is. Ervaring leert dat daar dan wel een goede intermediair voor nodig is, omdat tussen de partijen het vertrouwen en het gebrek aan urgentie ontbreekt. Food & Feed Noordoost-Brabant vervult de rol van tussenpersoon. “Wat wij doen is eigenlijk helemaal niet zo vernieuwend. Het bijeenbrengen van meerdere bedrijven met een gezamenlijk doel en de contacten tussen bedrijven en het onderwijs tot stand brengen en het daadwerke- lijk vormgeven van afspraken, is blijkbaar niet iets wat normaliter eenvoudig van de grond komt. Dat er aspecten als een baangarantie in het traject zijn meegenomen is een kans en zeker geen belemmering”, zegt Van Asten. “Nu komen alle partijen wel bij elkaar om de opleiding in te vullen. Er ontstaat een positief contact tussen bedrijven onderling en het onderwijs.”

Van den Heuvel bevestigt dat Food&Feed Noordoost-Brabant Mars goed heeft geholpen om het contact met het onderwijs tot stand te brengen. De timing van het samenwerkingsverband was precies goed. “Het is nu actueel. Mensen gaan straks met pensi- projectleider bert-jan van den heuvel: “het negatieve beeld dat er bestond van werken in de fabriek hebben we kunnen bijstellen.” oen. Hiervoor voelden we nooit de behoefte voor zo’n project. Vergrijzing was eerder nog niet zo aan de orde.”

Gevoel van urgentie

Onlangs sloot de overheid samen met werkgevers en onderwijsinstellingen een Techniekpact met als doel de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt in de technieksector te verbeteren en het tekort aan technisch personeel terug te dringen. Het gevoel van urgentie dat het tekort aan technische mensen echt serieus is, neemt toe, signaleert Van Asten. “De onderwijsinstellingen stellen hun prioriteiten bij. Ze kiezen meer voor beroepsopleidingen waarin ook werk te vinden is in de regio. Begin je een balletopleiding in Zuid-Limburg, dan moeten daar ook banen te vinden zijn.” Hij ziet de discussie over de zogeheten ‘funopleiding’ verder oplaaien: moeten we nog wel opleidingen aanbieden waar geen werk in te vinden is? “Het kan zijn dat deze opleidingen op termijn verdwijnen.”

Benarbiya: “Intussen werden veel opleidingen aantrekkelijk gemaakt zonder dat er perspectief is op werk. Als techniekopleiding moet je laten zien wat je in huis hebt en dat er goede baanperspectieven zijn op de arbeidsmarkt.”

• Maurice de Jong •

Duizenden operators nodig

De komende drie jaar (2013-2015) zijn 3.000 operators en 1.000 operationeel technici nodig in de procesindustrie, waartoe ook de voedingsindustrie behoort. Op de lange termijn (tot 2020) zijn minder mensen nodig: 1.650 operators en 560 operationeel technici, de helft minder dan in 2013-2015.

Dit blijkt uit onderzoek in opdracht van Kenniscentrum PMLF. Mogelijk vinden respondenten het lastig een inschatting te maken op de lange termijn, aldus de onderzoekers. De vraag naar operators is grotendeels vanwege vervanging of uitstroom en in veel mindere mate door bedrijfsuitbreiding.

Het onderzoek werd uitgevoerd van begin december 2012 tot eind januari 2013. Er werkten 172 bedrijven aan mee. De resultaten zijn geëxtrapoleerd naar het landelijk aantal bedrijven, dat wordt geschat op 1.341.

This article is from: