
1 minute read
Hoe gebruik je alcohol op levensmiddelen?
from VMT 7 (2018)
by VMN Media
In de etiketteringspraktijk stuit je zo nu en dan op compliancevraagstukken. Zo kan een voedselveilige conserveringswerkwijze zich qua wetgeving in een dode hoek bevinden. Bijvoorbeeld voor het gebruik van alcohol.
De ‘clean label’-trend heeft ertoe geleid om zo min mogelijk E-nummers te gebruiken en kunstmatige grondstoffen te vervangen door natuurlijke alternatieven. Consumenten gaan ervan uit dat de verwerkte voedingsmiddelen die ze kopen, veilig en lang houdbaar zijn en dat er zo min mogelijk hulpstoffen zijn gebruikt. Langere houdbaarheid, voedselveiligheid en conservering worden dan een uitdaging voor bederfelijke producten.
Technologische uitdaging
Wellicht een voorbeeld van een oplossing van zo’n technologische en commerciële uitdaging is het gebruik van alcohol ofwel ethanol. In sommige mediterrane EU-landen wordt het gebruikt als oppervlaktebehandelingsmiddel op voorverpakte schimmelgevoelige bakkerswaren, zoals gesneden brood of nog af te bakken degen. Alcohol blijkt zeer geschikt als middel tegen uitgroei van schimmels. Er zijn al US-patenten bekend uit de jaren zeventig die testen beschrijven voor het gebruik van alcohol in pizzadegen, waarmee aanwezig is als onbedoeld maar technisch onvermijdelijk residu. Decontaminatiemiddelen mogen niet zomaar worden gebruikt. In Nederland mag dat uitsluitend na goedkeuring van de minister van Volksgezondheid. En dan alleen als daar een dwingende technologische noodzaak voor bestaat en alleen onder de voorwaarde dat er een goedgekeurde procesbeschrijving in acht genomen wordt. Die procesbeschrijving moet worden opgesteld door een of meer sectoren in de levensmiddelenbranche en moet worden gepubliceerd in de Staatscourant.
Ingrediënt of hulpstof een toename van een schimmelvrije houdbaarheid wordt bereikt. Ook in meer recente Duitse en Italiaanse vakliteratuur zijn artikelen te vinden over de effectiviteit van alcohol als houdbaarheidsverlengende stof. Hoewel alcohol in voeding niet ongebruikelijk is als ingrediënt of als oplosmiddel voor aroma’s, is het een interessante compliancevraag wat de status is van het alcoholgebruik voor deze conserverende toepassing.
Decontaminatie
Alcohol is ook bekend als een breed toegepast decontaminatiemiddel. Volgens het Nederlandse Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen is het een proceshulpstof die uitsluitend bedoeld is om in direct contact met levensmiddelen levende microorganismen op of in de waar te doden. Verder stelt het warenwetbesluit dat het geen ingrediënt wordt van de waar, maar uitsluitend
Voor alcohol bestaat er geen ministeriële regeling voor gebruik als decontaminatiemiddel. Het wordt waarschijnlijk gekozen als vervanger voor propionaten (E280-283) en sorbaten (E200-203). Alcohol zelf heeft geen E-nummer en kan dus niet als conserveermiddel geëtiketteerd worden. De interessante open compliancevraag is nu of alcohol in deze beschreven toepassing kan worden beschouwd als een ‘ingrediënt met conserverende werking’, zoals suikers en fermentatiezuren, en met die benaming op het etiket wordt vermeld. Of dat de betreffende sectoren eigenlijk zouden moeten pleiten voor de toekenning van een E-nummer aan alcohol om het als conserverend oppervlaktebehandelingsmiddel te kunnen gebruiken?
J. Kluifhooft is strategic advisor Regulatory Affairs
ACHTERGROND