Het alternatieve Meerjarenbeleidsplan 2013-2016
Harm van Schaik Afgevaardigde Regio Oost December 2012
Het alternatieve Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 voor Badminton Nederland
Inhoudsopgave Inleiding ................................................................................................................................................................ 3 Aandachtspunten voor een meerjarenbeleidsplan......................................................................... 4 Huidige kostenverdeling .............................................................................................................................. 8 Interne ontwikkelingen.............................................................................................................................. 10 Externe ontwikkelingen............................................................................................................................. 11 In welke richting moet BNL gaan? ........................................................................................................ 12 De volgende stap............................................................................................................................................ 15 De rol van het bondsbestuur ................................................................................................................... 23 Het bestuur is aan zet .................................................................................................................................. 26
Harm van Schaik | Afgevaardigde Regio Oost | December 2012
Pagina 2
Het alternatieve Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 voor Badminton Nederland
Inleiding Op de vorige Bondsvergadering van 23 juni 2012 is er een meerjarenbeleidsplan 20132016 besproken en vastgesteld door de afgevaardigden (waar ik er ĂŠĂŠn van ben). Nu wil ik een eigen invulling geven aan het meerjarenbeleidsplan. Dit omdat ik het niet eens ben met het vastgestelde meerjarenbeleidsplan. Het heeft namelijk geen holistische aanpak aangenomen. Hier bedoel ik mee dat niet alle taken die Badminton Nederland uitvoert zijn genoemd in het plan, alleen de taken die het nieuw wil laten uitvoeren of wil aanpassen. Maar naar mijn idee moeten in een meerjarenbeleidsplan juist de taken besproken worden die het uitvoert, omdat dit de belangrijkste taken zijn; zij geven het bestaansrecht aan van Badminton Nederland. Omdat deze taken niet worden besproken, wordt de gehele financieringswijze ook meteen weggelaten. En juist de financieringswijze dient aangepast te worden, want men weet niet wat er gebeurt met de contributiebijdragen. Daarom heb ik dit zeer persoonlijke alternatief opgesteld. Hopelijk dat het bondsbestuur hier ook naar kijkt en begrijpt dat het ook anders kan. Veel plezier met lezen. Als je opmerkingen hebt, schroom dan niet om ze te uiten. Ik ben ook wel benieuwd wat jij als lezer vindt.
Harm van Schaik | Afgevaardigde Regio Oost | December 2012
Pagina 3
Het alternatieve Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 voor Badminton Nederland
Aandachtspunten voor een meerjarenbeleidsplan Wat is het belangrijkste aan een meerjarenbeleidsplan? Ikzelf denk dat het belangrijkste van zo’n plan is dat een richting wordt gekozen waar Badminton Nederland in de toekomst naar toe moet gaan, met in het achterhoofd de huidige situatie en welke interne en externe ontwikkelingen geleid hebben tot deze huidige situatie. Richting, huidige situatie, interne en externe ontwikkelingen, wat bedoel ik met deze begrippen? Met richting bedoel ik dat een keuze moet worden gemaakt welke taken door Badminton Nederland moeten worden uitgevoerd en welke niet. Deze keuze is gebaseerd op de wensen van de leden van Badminton Nederland en het eigen inzicht van het zittend bestuur van Badminton Nederland, oftewel het doel/visie van de organisatie. Met de huidige situatie bedoel ik dat je moet kijken naar hoe Badminton Nederland nu functioneert: welke zichtbare taken voert Badminton Nederland uit voor zijn leden?, welke taken zijn ondersteunend aan de taken genoemd in de vorige vraag (overhead)?, worden de taken naar voldoening uitgevoerd? en tegen welke kosten – voornamelijk FTE’s – wordt iedere taak uitgevoerd? Met interne ontwikkelingen bedoel ik dat zichtbaar moet worden welke trends in badmintoned Nederland gaande zijn. Met externe ontwikkelingen bedoel ik dat je trends in de samenleving in ogenschouw moet nemen. Nu alle begrippen zijn uitgelegd, zal ik proberen deze begrippen toe te passen. Ik zal beginnen met de huidige situatie.
Huidige situatie Welke zichtbare taken voert Badminton Nederland uit voor zijn leden? Ik noem alleen maar de taken waarvan ik denk dat ze significant zijn. Veel taken zijn gebaseerd op de taken die worden genoemd op blz. 61 en 62 van de jaarvergadering stukken van 2012 (agendapunt 5.2).
Harm van Schaik | Afgevaardigde Regio Oost | December 2012
Pagina 4
Het alternatieve Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 voor Badminton Nederland
Bondscompetitie
Beker
Centralisatie van wedstrijduitslagen
Nederlandse Kampioenschappen
(toernooi.nl)
Nederlandse Jeugd Kampioenschappen
Training, coaching en sportmedische begeleiding topbadmintonners
Bestuurdersaanprakelijkheidverzekering
Nederlandse Veteranen
Badminton.nl bijhouden
Kampioenschappen
Facebook-pagina beheren
Clear
Yonex Dutch Open (YDO)
Persberichten voor andere media
Yonex Dutch Junior (YDJ)
schrijven
Yonex Dutch International (YDI)
Opleidingen en bijscholingen trainers
Week van het badminton
Training, coaching en sportmedische
Brochures voor verenigingen publiceren
Nederlandse Kampioenschappen Veteranen
begeleiding talenten Welke taken zijn ondersteunend aan de taken genoemd in de vorige vraag (overhead)? Nu zijn er letterlijke stukken tekst geciteerd van pagina’s 61 en 62 van de jaarvergadering stukken 2012. Per afdeling worden de ondersteunende taken genoemd.
Ondersteunende taken van directie algehele leiding Badminton Nederland-werkorganisatie, ondersteuning bondsbestuur, ondersteuning commissies bondsvergadering (Reglementscommissie, Commissie van Beroep, Tuchtcommissie, Financiële Commissie, Klachtencommissie), Bondsvergaderingen, strategische beleidsplanning, regio’s, Personeel & Organisatie, externe contacten met beleidspartners en andere organisaties, juridische zaken, PR en communicatie en doping.
Ondersteunende taken van financiële zaken financiën, controlling, subsidieaanvragen en verzekeringen.
Harm van Schaik | Afgevaardigde Regio Oost | December 2012
Pagina 5
Het alternatieve Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 voor Badminton Nederland
Ondersteunende taken van facilitaire zaken: automatisering, ledenadministratie, receptie/telefoon, archief en magazijn, postverwerking, ontwerpwerkzaamheden, ledenservice, administratieve ondersteuning bondsdirecteur en management.
Ondersteunende taken van dienstverlening en wedstrijdzaken verenigingsondersteuning, ledenservice, wedstrijdzaken, ondersteuning LCW, SWF, SWO en Shuttetestcommissie, jeugdbadminton, regioteams, innovatie producten en diensten, vermarkten producten en diensten.
Ondersteunende taken topbadminton beleid topbadminton, coรถrdinatie talentencentra, externe contacten met internationale beleidspartners, externe contacten met beleidspartners topbadminton, voorzieningen topsporters, uitzendingen, opleidingen toptrainers, ondersteuning bondsbestuur inzake topbadminton.
Worden de taken naar voldoening uitgevoerd (effectief)? Deze vraag kan ik zelf met moeite beantwoorden, omdat ik bij 99% van de taken die Badminton Nederland uitvoert, niet betrokken ben. Ook heb ik geen onderzoek gedaan. Maar ik kan natuurlijk altijd wel een inschatting maken. Welteverstaan een inschatting van de effectiviteit van de zichtbare taken, omdat ik hier enigszins kijk op heb. En dan kom ik tot de volgende mening.
Taken die naar behoren worden uitgevoerd bondscompetitie, beker, centralisatie van wedstrijduitslagen, bestuurdersaansprakeleidsverzekering, Clear, persberichten, Facebook-pagina, alle toernooien behalve Yonex Dutch Open en week van het badminton.
Taken die niet naar behoren worden uitgevoerd opleiding en bijscholing, training en coaching van zowel talenten en topbadmintonners, Yonex Dutch Open en brochures voor verenigingen. Waarom deze taken niet voldoende worden uitgevoerd, zal ik nu uitleggen.
Harm van Schaik | Afgevaardigde Regio Oost | December 2012
Pagina 6
Het alternatieve Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 voor Badminton Nederland
Opleiding en bijscholing In twee regio’s heb ik gebadmintond: de toenmalige regio Noord-Holland Noord en Regio Oost. In regio Noord-Holland Noord was en in Regio Oost is er sprake van onvoldoende gekwalificeerde trainers. Dit heeft – naar mijn inzien – te maken met te weinig badmintoncursussen die worden gehouden in de regio. Zeker als het gaat om Sportleider 3 cursussen. Het gevolg is dat verenigingen opgescheept zitten met slechte trainers, wat leidt tot slechte trainingen en wat weer leidt tot afname van het ledenaantal van een club. Als dit bij meerdere clubs plaatsvindt, daalt de interesse in badminton over het algemeen, wat je ten kostte van alles moet willen voorkomen, omdat het belangrijkste doel van Badminton Nederland het promoten van badminton is.
Training en coaching van talenten en topbadmintonners Als ik de resultaten zie van de grote internationale toernooien - denk aan WCH, Super Series en OS - dan komen badmintonners die in Nederland zijn opgeleid niet verder dan de vierde ronde. Dit terwijl je wilt dat we winnaars opleiden, want daar gaat het bij topsport uiteindelijk om.
Yonex Dutch Open Het Yonex Dutch Open wordt in het topsportcentrum Almere gehouden. Een locatie die totaal geen sfeer heeft, wat het toernooi niet ten goede komt. De hal is niet geschikt voor een internationaal kleinschalig badmintontoernooi, omdat de hal in de middle of nowhere staat, de hal veel te groot is voor de toestroom toeschouwers en omdat de toeschouwers te ver van de banen zitten.
Brochures voor verenigingen Badminton Nederland publiceert een groot aantal brochures met informatie. Naar mijn mening worden deze brochures haast niet gelezen door verenigingsbesturen, dit terwijl er wel de nodige nuttige informatie in wordt vermeld.
Harm van Schaik | Afgevaardigde Regio Oost | December 2012
Pagina 7
Het alternatieve Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 voor Badminton Nederland
Huidige kostenverdeling Deze vraag is helaas niet te beantwoorden. Dit omdat Badminton Nederland niet werkt met het alloceren van kosten aan taken (activity based costing), zodat duidelijk wordt hoeveel het kost om een bepaalde taak uit te voeren. Wel is het gebruikelijk dat enigszins duidelijk wordt waar het geld naar toe gaat. Helaas is dit ook niet mogelijk, omdat in totaal slechts 26 weinig zeggende rubrieken in een matrix gebruikt worden om de kosten en opbrengsten te alloceren. Zie ook het ISB/V overzicht op pagina 33 in de jaarrekening van 2011. Een voorbeeld: de kostenplaats ‘Breedtesport’ heeft de rubriek ‘persoonsgebonden kosten verenigingsconsulenen en account-manager’. In deze rubriek worden voor de kostensoort ‘Sportstimulering algemeen’ €114.818,- kosten geboekt. Weet jij wat met deze rubriek bedoeld wordt? Of wat de kostensoort ‘Sportstimulering algemeen’ inhoudt? Helaas is er ook geen toelichting die duidelijkheid geeft. Om toch de vraag ‘welke kosten worden gemaakt voor de taken die worden uitgevoerd?’ te beantwoorden, zullen er grove schattingen worden gemaakt. De schattingen zijn gebaseerd op de cijfers van Badminton Nederland in de jaarrekening van 2011. Nu gebruikt Badminton Nederland vier soms wat onduidelijke kostenplaatsen: 1. topsport, 2. wedstrijdsport, 3. breedtesport en 4. algemeen/infrastructuur. Onduidelijk, omdat het verschil in de kostenplaatsen niet wordt uitgelegd. Alleen de significante kostensoorten worden hier aangekaart. Tussen haakjes staat wat concreet de kostensoort betekent. Als er een vraagteken staat, weet ik niet waar de kosten voor staan of dat er twijfel is.
1. Topsport 2011, ±5-6 FTE
Kostensoort ‘totaal topsport’ (training, coaching en sportmedische begeleiding talenten en topbadmintontonners): €977.225,- kosten, saldo: €313.939,- negatief.
2. Wedstrijdsport 2011, ±2 FTE
Kostensoort ‘Nationale kampioenschappen’ (NK’s): €161.028,- kosten, saldo €93.406,- negatief.
Harm van Schaik | Afgevaardigde Regio Oost | December 2012
Pagina 8
Het alternatieve Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 voor Badminton Nederland
Kostensoort ‘Landelijke competities’ (bondscompetitie, toernooi.nl): €61.367,kosten, saldo: €11.460,- positief.
Kostensoort ‘Regionale competities’ (Regioteams, toernooi.nl): €73.899,- kosten, saldo: €118.090,- positief.
Kostensoort ‘Overige wedstrijden’ (YDO, YDJ en YDI): €251.270,- kosten, saldo: €86.902,- negatief.
3. Breedtesport 2011, ±3 FTE
Kostensoort ‘Jeugdbegeleidingsopleidingen’ (Yonex kids games, trainersopleidingen): €64.174,- kosten, saldo: €16.280,- negatief.
Kostensoort ‘Sportstimulering algemeen’ (?): €207.764,- kosten, saldo: €82.057,negatief.
4. Algemeen/infrastructuur 2011, ±7 FTE
Kostensoort ‘Kantoor’ (huisvesting en organisatiekosten?): €307.948,- kosten, saldo: €235.563,- negatief.
Kostensoort ‘Bestuur’ (bestuurskosten: declaraties): €51.403,- kosten, saldo: 51.403,- negatief.
Kostensoort ‘Staf, personeel en organisatie’ (personeel: overhead, website, Facebook, persberichten): €439.195,- kosten, saldo: -439.195,- negatief.
Wat opvalt aan de grove schattingen is dat er aan de taken bondscompetitie en regio competitie verdiend wordt (€11.460,- + €118.090,-), dat het houden van NK’s vrij prijzig is (€93.406,-), dat onduidelijk is wat de kostensoort ‘Sportstimulering algemeen’ inhoudt, terwijl hier een groot bedrag op wordt geboekt en dat de overhead kosten (totale kosten kostensoort ‘algemeen/infrastructuur’ – subsidies overhead) ten opzichte van de contributiebijdragen procentueel vrij veel zijn (€580.404,/€1.332.000,- x 100% = 43,5%).
Harm van Schaik | Afgevaardigde Regio Oost | December 2012
Pagina 9
Het alternatieve Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 voor Badminton Nederland
Interne ontwikkelingen Welke trends kun je in badmintonnend Nederland waarnemen? Het lijkt mij duidelijk dat het ledenaantal afneemt. Volgens de stukken van de jaarvergadering 2012 waren er op 31 december 2011 44.188 leden ingeschreven. In totaal hebben er in 2011 55.924 mensen contributie betaald. In 2008 hebber er in totaal 61.321 contributie betaald. Dit betekent een daling van 8,8% over vier jaar. Als ik het goed heb begrepen, zijn er ook tijden geweest dat het ledenaantal 100.000 was. Dit betekent dat het ledenaantal sinds die tijd met rond 50% is gedaald. Aan deze daling lijkt nog geen eind te komen. Ook valt het op dat meer verenigingen zich afmelden als lid van Badminton Nederland dan dat er nieuwe verenigingen komen. Helaas zijn hier geen cijfers van. Naast de dalende trend in ledenaantallen en verenigingen, valt het ook op dat leden van een club steeds meer contributie moeten betalen aan hun club. Dit komt doordat de gemeenten minder subsidie geven aan verenigingen of dat de huur van de sporthal per uur duurder wordt. Er vindt een vergrijzing plaats van de badmintonpopulatie. Weinig jongeren interesseren zich nog voor badminton. Het lijkt erop dat badminton niet in de mode is. Jongeren kiezen er eerder voor om een individuele sport te beoefenen, zoals fitness of hardlopen, omdat dat ‘makkelijker’ is. Binnen de Nederlandse selectie is geen boegbeeld/topper, zoals bijvoorbeeld een Sven Kramer, die gebruikt kan worden om de sport te promoten. In de nabije toekomst zal ook geen nieuw boegbeeld komen.
Harm van Schaik | Afgevaardigde Regio Oost | December 2012
Pagina 10
Het alternatieve Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 voor Badminton Nederland
Externe ontwikkelingen Wat speelt er in de samenleving? De gemiddelde welvaart van Nederlanders neemt af. Dit betekent dat er gelet wordt op de centjes; waar er bespaard kan worden, wordt er bespaard. Mensen nemen niet zomaar genoegen met prijsstijgingen. Vooral als deze niet verklaarbaar zijn. Daarentegen wordt iedereen blij als er minder hoeft te worden betaald voor een bepaald product of service. Zoals eerder is duidelijk is gemaakt, moeten ook gemeenten bezuinigen. Veelal zal er bezuinigd worden op sport (niet belangrijk genoeg), waardoor sportaccommodaties per uur duurder worden. Mensen willen weten waarvoor er betaald wordt; de transactie moet duidelijk zichtbaar zijn. Dus algemene contributie heffen zonder dat duidelijk is wat de tegenprestatie is, werkt niet meer -> ouderwets. De algemene vergrijzing moet natuurlijk niet worden vergeten; de gemiddelde leeftijd van de Nederlander gaat omhoog.
Harm van Schaik | Afgevaardigde Regio Oost | December 2012
Pagina 11
Het alternatieve Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 voor Badminton Nederland
In welke richting moet BNL gaan? Voordat deze vraag beantwoord wordt, moeten eerst het doel en de subdoelen worden omschreven, want met een doel en subdoelen kan je richting geven. Het doel van Badminton Nederland is simpel: promoten van badminton. Subdoelen zijn een synthese van de wensen (een wens is een verandering ten opzichte van de huidige situatie) van de leden van Badminton Nederland en het streven van het huidig bestuur. Nu weet ik niet wat het streven is van het huidig bestuur. Maar ik ga wel een poging wagen om de wensen van leden van Badminton Nederland te beschrijven:
Badminton moet niet duurder worden, liefst goedkoper;
Het moet duidelijk zijn waarvoor contributie betaald wordt: welke producten/services worden er ontvangen als er contributie wordt betaald;
Overhead kosten moeten zoveel mogelijk worden vermeden;
Er moet gestopt worden met geldverslindende taken, die weinig promotie van het badminton opleveren;
Topbadmintonners moeten topprestaties leveren, zodat badminton beter gepromoot wordt;
Er moeten voldoende opgeleide trainers in een bepaalde regio zijn;
Voor de contributiebijdrage aan de bond die er nu betaald wordt, wordt er te weinig geleverd. Dus de contributie moet omlaag.
Wat is het doel? Zoals eerder is vermeld is het doel van Badminton Nederland badminton te promoten. Subdoelen zijn er ook, die vloeien voornamelijk voort uit de wensen en het streven van het bondsbestuur. Nu weet ik niet het streven van het bondsbestuur. Daarom gebruik ik alleen de wensen. Als ik de voorgaande geformuleerde wensen samenvat komt het volgende eruit: 1. Badminton Nederland levert op te grote voet en moet gaan bezuinigen, zodat de contributie omlaag kan.
Harm van Schaik | Afgevaardigde Regio Oost | December 2012
Pagina 12
Het alternatieve Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 voor Badminton Nederland
2. Badminton Nederland moet duidelijk maken welke producten/services worden geleverd voor een bepaalde contributie. 3. Meer focus moet er gelegd worden op opleiding en bijscholing van de trainers. 4. Er dient alleen geld gestoken te worden in talenten/spelers die de wereldtop (top 10) kunnen halen.
Wat zijn de subdoelen? Met behulp van de subdoelen kunnen dan weer doelstellingen worden geformuleerd. Doelstelling 1:
De contributiebijdragen zijn vanaf 2015 met 30% gedaald.
Doelstelling 2:
Duidelijk is vanaf 2015 welke producten/services worden geleverd als een bepaalde contributie wordt betaald.
Doelstelling 3:
Vanaf 2015 krijgen topbadmintonners die ouder zijn dan 24 geen ondersteuning meer van de bond. Dit omdat de bond zich alleen wil focussen op talenten en dat spelers die in de top 15 van de wereld staan en 25 jaar oud zijn zelf wel sponsoren kunnen vinden.
Doelstelling 4:
Vanaf 2013 moet er een mogelijkheid zijn dat wanneer in de Nederlandse junioren selectie een supertalent zit (technische, mentaal en fysiek superieur) welke tussen de 14 en 16 jaar is dat deze een opleiding in het buitenland krijgt aangeboden, zodat deze de best mogelijk opleiding aangeboden krijgt.
Doelstelling 5:
Activity based costing wordt vanaf 2015 gebruikt in de boekhouding. Zo kunnen beter de kosten per taak worden berekenend. Hierdoor kan ook een beter leesbare/transparante afrekening worden opgesteld.
Doelstelling 6:
Vanaf 2015 wordt er maximaal 25% van alle contributiebijdragen besteed aan topsport.
Harm van Schaik | Afgevaardigde Regio Oost | December 2012
Pagina 13
Het alternatieve Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 voor Badminton Nederland
Doelstelling 7:
Er wordt vanaf 2015 maximaal één internationaal seniorenbadmintontoernooi mede-georganiseerd door Badminton Nederland.
Doelstelling 8:
Vanaf 2014 wordt er in elke regio minimaal 1 keer per jaar een SL2-cursus en een SL-3-cursus gegeven. Daarnaast wordt in het land 2 keer per jaar een SL-4-cursus gehouden.
Doelstelling 9:
Vanaf 2015 worden de regioteams financieel verantwoordelijk voor de regiocompetities en de andere taken die het uitvoert. Om de kosten te dragen, vragen zij teamcontributie van de verengingen die meedoen aan een regiocompetitie.
Doelstelling 10:
Vanaf 2017 zijn er minder mensen actief bij Badminton Nederland, wat concreet betekent dat alleen mensen die 0,8 FTE of meer werken welkom zijn. Hierdoor hoeven er minder werkplekken aanwezig te zijn en kan een minder grote en dus dure kantoorlocatie worden gevonden.
Doelstelling 11:
Vanaf 2017 zal de hiërarchie van de beroepskrachten veranderen: van hiërarchisch naar een platte organisatie, wat inhoudt dat er één algemeen directeur is, één technische directeur, twee bondscoaches en voor de rest alleen maar medewerkers.
Doelstelling 12:
Vanaf 2017 wordt maximaal 40% van het totaal basiscontributie besteed aan overhead.
Harm van Schaik | Afgevaardigde Regio Oost | December 2012
Pagina 14
Het alternatieve Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 voor Badminton Nederland
De volgende stap Het doel, subdoelen en de doelstellingen zijn duidelijk. Ook de huidige situatie, interne en externe ontwikkelingen. Nu moet alleen nog de richting worden gekozen: welke taken in de toekomst moet Badminton Nederland gaan uitvoeren? En in welke mate, oftewel wat moet het gaan kosten? En hoe moeten de kosten worden betaald? Voordat ik deze vragen wil gaan beantwoorden, moet er eerst een restrictie worden bepaald: met welk geldbedrag moet Badminton Nederland zijn taken uitvoeren? Dit geldbedrag hangt grotendeels af van hoeveel een lid aan contributie wilt gaan betalen. Daarnaast moeten de subsidiestromen niet worden vergeten. Maar om het simplistisch te houden, doe ik het volgende met de subsidiestromen: ik laat ze buiten beschouwing, omdat ik en de leden van Badminton Nederland alleen benieuwd zijn in hoe de contributiebijdragen verdeeld worden over de verschillende taken. Voor de contributiebijdragen heb ik wel een voorstel.
De deal van €20 €20,- als basiscontributie heb ik er voor over dat badminton wordt gepromoot. En ik denk dat 90% van de badmintonners het eens is met dit bedrag. Zeker als je de volgende redenatie aanhoudt wanneer je lid van een badmintonvereniging wordt: ik vind badminton een leuke sport -> ik word lid van een badminton vereniging, zodat ik kan badmintonnen -> er moet worden gecommuniceerd dat badminton leuk is, zodat meer mensen gaan badmintonnen -> hier heb je promo voor nodig (website, Facebook, Clear, goede trainers, informatie die verenigingen kunnen gebruiken, toernooien…) en badmintontoppers -> promo en badmintontoppers kosten geld -> alleen een centraal geleid orgaan kan dit organiseren; Badminton Nederland -> €20,- per jaar per persoon om deze activiteiten te financieren die door Badminton Nederland worden uitgevoerd, vind ik een goede deal. Voor €20,- basiscontributie worden dus alle taken van Badminton Nederland, behalve de bondscompetitie, beker, regiocompetities en toernooi.nl-licentie voor verenigingen,
Harm van Schaik | Afgevaardigde Regio Oost | December 2012
Pagina 15
Het alternatieve Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 voor Badminton Nederland
gefinancierd. Deze worden afzonderlijk door team- en verenigingsbijdragen betaald. Teambijdrage voor regiocompetities wordt aan de regioteams betaald en teambijdrage voor bondscompetitie en beker word aan de bond. Toernooi.nl-licentie wordt via een verenigingsbijdrage betaald aan de bond. €300,- teambijdrage van een bondsteam. Totale kosten van de bondscompetitie zijn €61.367,-. Nu doen er 254 teams mee aan de bondscompetitie. Om de kosten te kunnen betalen, moet er door elk team €300,- betaald worden (€61.367,-/254). €40,- teambijdrage beker. Onduidelijk is wat de kosten zijn voor het organiseren van de beker. Wel weet ik dat er 85 teams afgelopen jaar aan de beker hebben meegedaan. Nu vind ik €40 wel redelijk voor een team dat een beperkt aantal wedstrijden zal spelen. Totale opbrengsten zullen dan €3.360,- zijn. €25,- teambijdrage van een team dat meedoet aan een regiocompetitie. Totale kosten van de regiocompetities zijn €73.899,-. Het totaal aantal teams dat meedoet aan de regiocompetities ligt rond de 3.000 teams. Dus kosten per team zijn dan €25,- (€73.899,/3.000). Deze teambijdrage gaat dan naar het betreffende regioteam, wat de kosten voor de toernooi.nl-licentie aan Badminton Nederland betaalt. Helaas is niet bekend wat de kosten zijn voor de toernooi.nl-licentie. Als blijkt dat de kosten hiervoor veel lager zijn, betekent dit dat de teambijdrage van een team dat meedoet aan een regiocompetitie flink omlaag kan. Dit omdat de regioteams bestaan uit vrijwilligers die niks/weinig betaald krijgen. €20,-verenigingsbijdrage. Ik weet niet wat de toernooi.nl-licentie om een toernooi te organiseren kost. Maar €20,- vind ik meer dan genoeg. In totaal zijn er rond de 550 badmintonverenigingen. Dit betekent dat de opbrengsten €11.000,- zullen zijn. Ter informatie: met een toernooi.nl-licentie kan een vereniging een eigen of open toernooi organiseren. Wanneer bovenstaande contributiebijdragen aangehouden worden, heeft Badminton Nederland de volgende netto inkomsten van leden: €20,-*55.000 betalende leden per jaar = €1.100.000,-. De overige inkomsten van leden tellen niet mee, omdat tegenover deze inkomsten, kosten van dezelfde grootte staan, wat netto €0,- betekent. Omdat het
Harm van Schaik | Afgevaardigde Regio Oost | December 2012
Pagina 16
Het alternatieve Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 voor Badminton Nederland
ledenaantal daalt, ga ik het voorzichtig aanpakken. Ik rond de 1,1 miljoen naar beneden af. Dus 1 miljoen euro van de leden heeft Badminton Nederland te besteden om taken uit te voeren. Maar welke taken moet Badminton Nederland voor dit bedrag uitvoeren? Dit zijn dus de taken naast Bondscompetitie, beker en toernooi.nl-licentie voor verenigingen beschikbaar maken. Nog voor de duidelijkheid, subsidiestromen neem ik niet mee: mij gaat het alleen om een principiële keuze wat te doen met de totale opbrengst van de basiscontributie, zodat ook aan de leden uitgelegd kan worden waar de basiscontributie naar toe gaat. Later in dit stuk zal ik verder ingaan op wat te doen met subsidies.
Dynamisch budget Uiteindelijk wil ik een dynamisch budget vaststellen: met procenten wordt aangegeven hoeveel geld van de totale basiscontributie aan een bepaalde taak wordt besteed (deels activity based costing, doelstelling 5). Aan deze richtlijn moet Badminton Nederland zich in de aankomende jaren gaan houden, ongeacht andere inkomsten/tegenvallers, zoals subsidies die mee of tegen kunnen vallen. Mijn idee is om het dynamisch budget voor te stellen aan de Bondsvergadering, wat dan betekent dat alleen bij meerderheid van de Bondsvergadering de percentages mogen worden veranderd.
Nieuwe structuur met nieuwe afdelingen We gebruiken grotendeels het lijstje met zichtbare taken, zonder de taken bondscompetitie, beker en toernooi.nl-licentie, en ondersteunende taken/overhead om te bepalen welke taken Badminton Nederland moet gaan uitvoeren. Bondscompetitie, beker en toernooi.nl-licentie neem ik niet mee, omdat dit taken zijn die – denk ik – iedereen belangrijk vind en deze worden ook via eigen bijdragen gefinancierd. De zichtbare taken heb ik onder nieuw te vormen afdelingen geplaatst: PR, Topsport, Ondersteuning verenigingen en Toernooien. De overhead bestaat ook deels uit nieuwe afdelingen: financiële zaken, facilitaire zaken en directie. Een principiële keuze ga ik hier al maken: niet meer dan 40% van de totale basiscontributie mag besteed worden aan overhead (doelstelling 12). Dit omdat Badminton Nederland niet alleen opgericht is om zijn eigen voortbestaan te financieren, maar om daadwerkelijk producten/zichtbare taken aan de leden te leveren; promotie maken voor het badminton. Achter een afdeling en achter
Harm van Schaik | Afgevaardigde Regio Oost | December 2012
Pagina 17
Het alternatieve Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 voor Badminton Nederland
sommige significante taken geef ik tussen haakjes aan welk percentage van de totale basiscontributie er aan besteed moet worden. Onder een afdeling geef ik meer uitleg over welke taken ik zou uitvoeren en welke niet. Zichtbare taken (60% van totaal basiscontributie -> €600.000,-)
PR (10%-> €100.000,-)
Badminton.nl bijhouden
Facebook-pagina beheren
Clear
Persberichten voor andere media schrijven
Taken bedacht door het bondsbestuur, zoals een ‘Week van het badminton’
PR is belangrijk, omdat de leden en de buitenwereld worden geïnformeerd over de activiteiten die in badmintonend Nederland plaatsvinden. Dit is ook een taak die het dichts bij het doel van Badminton Nederland komt: het promoten van badminton. Dus 10%, omgerekend €100.000,-, waar 2 FTE voor ingehuurd kunnen worden vind ik zeer redelijk om de huidige taken die genoemd zijn uit te voeren. Wel vraag ik mij af wat de ‘Week van het badminton’ heeft gekost en wat het heeft opgeleverd? Moet hier mee worden doorgegaan?
Topsport (25% -> €250.000,-)
Training, coaching en sportmedische begeleiding talenten (15% -> €150.000,-)
Training, coaching en sportmedische begeleiding topbadmintonners (10% -> €100.000,-)
In doelstelling 3 is genoemd dat badmintonners ouder dan 24 jaar niet meer worden ondersteund. Dit omdat als zij wereldtop zijn, zij zelf sponsoren kunnen vinden en met dat geld zichzelf kunnen onderhouden. Hierdoor kan er op de seniorenselectie bespaard worden, waardoor er meer geld naar de begeleiding van de talenten gaat. Zij moet je een goede begeleiding geven, zodat ze mogelijk door kunnen doorstromen naar de wereldtop. Wat ook mogelijk moet gaan worden is dat als er een supertalent in de juniorenselectie zit,
Harm van Schaik | Afgevaardigde Regio Oost | December 2012
Pagina 18
Het alternatieve Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 voor Badminton Nederland
deze op jonge leeftijd een opleiding aangeboden krijgt in het buitenland. Zie ook doelstelling 4.
Ondersteuning verenigingen (15% -> €150.000,-)
Opleidingen en bijscholingen trainers (10% -> €100.000,-)
Bestuurdersaanprakelijkheidverzekering
Draaiboeken/informatie voor verenigingen
Taken bedacht door het bondsbestuur
Opleiding en bijscholing is denk ik een van de belangrijkste taken van Badminton Nederland. Want zonder goede trainers, wordt er slecht training gegeven bij een club, waardoor leden van een club stoppen met het spelen van badminton, wat geen promotie van het badminton is. Daarom vind ik dat er een significant bedrag moet gaan naar opleiding en bijscholing; €100.000,-, zodat doelstelling 8 kan worden bereikt: elk jaar in elke regio een SL2- en een SL3-opleiding een twee SL4-opleidingen in Nederland. Daarnaast lijkt het mij een verstandig dat er 1 FTE is voor het opstellen van documenten ter ondersteuning van regioteams en verenigingsbestuurders. Een document kan bijvoorbeeld zijn: ‘Hoe moet een beleidsplan worden opgesteld’? Zo’n document plaats je dan in het documentencentrum op de website van Badminton Nederland.
Toernooien (10% -> €100.000,-)
Nederlandse Kampioenschappen
Nederlandse Jeugd Kampioenschappen
Nederlandse Veteranen Kampioenschappen
Nederlandse Kampioenschappen Veteranen
Yonex Dutch Open of Yonex Dutch International
Yonex Dutch Junior
Badminton Nederland stopt met het mede-organiseren van de Yonex Dutch Open of de Yonex Dutch International. Het is namelijk een overkill om twee internationale kleine seniorenbadminton toernooien mede te financieren als het weinig promotie oplevert . Ook vind ik dat de badminton populatie in Nederland te klein om twee van dit type toernooien te organiseren. Wat wel duidelijk moet worden is dat het budget voor het mede-
Harm van Schaik | Afgevaardigde Regio Oost | December 2012
Pagina 19
Het alternatieve Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 voor Badminton Nederland
organiseren van toernooien drastisch daalt ten opzichte van de huidige situatie. In de huidige situatie wordt er aan de NK’s netto €93.406 besteed en aan de YDO, YDJ en YDI netto €86.903,-. Dus er zal dan rond de €80.000,- moeten worden bespaard. Deels lukt dit met het stoppen van een van de internationale badminton senioren toernooien.
Overhead (40% van totaal basiscontributie) Directie (7,5% -> €75.000,-)
Communicatie met bestuur
Communicatie verenigingen
Beleid uitvoeren wat wordt opgesteld door het bondsbestuur en vastgesteld is door de afgevaardigden
Bondsvergadering voorbereiden
Dopingcontrole
Leidinggeven aan de organisatie
Voor €75.000,- is er een algemeen directeur (1 FTE) die de genoemde taken kan uitvoeren.
Financiële zaken (10% -> 100.000,-)
Boekhouding
Controlling
Subsidieaanvragen
Twee FTE lijkt mij nodig om de boekhouding van Badminton Nederland bij te houden, het controleren van de uitgaven over de gehele linie en het doen van subsidieaanvragen bij het Rijk, de Provincie en de Gemeente.
Facilitaire zaken (22,5% -> 225.000,-)
Huisvesting (7,5% -> €75.000,-)
Automatisering en ICT (15% -> €150.000,-)
Huisvesting bestaat uit het huren van het pand waar Badminton Nederland in zit, gas, water en stroom, schoonmaak, koffie en thee, meubilair en reisdeclaraties bondsbestuur.
Harm van Schaik | Afgevaardigde Regio Oost | December 2012
Pagina 20
Het alternatieve Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 voor Badminton Nederland
De huidige huisvesting kosten zijn netto €235.563,-. Dat vind ik heel veel voor zo’n kleine organisatie. Dus daar moet zeer zwaar bezuinigd worden. Dit kan deels door het volbrengen van doelstellingen 9, 10 en 11: deze doelstellingen zijn gericht op het kleiner maken van de organisatie, waardoor een kleinere en goedkopere locatie kan worden gevonden. Automatisering en ICT gaat over de hardware en de software die gebruikt wordt. Twee FTE lijkt mij hier voor nodig + budget om systemen te huren/kopen. Zo vind ik zelf dat de website van Badminton.nl wel weer een facelift kan gebruiken. Of dat het format van de online leden administratie kan worden aangepast. Misschien dat de e-mail (@badminton.nl) ook kan worden verbeterd. Nu heb je beperkte opslagruimte, waardoor de inbox vrij snel vol raakt waardoor geen e-mails meer binnenkomen.
Subsidiestromen Als één van de laatste punten wil ik de subsidiestromen bespreken. Een subsidie betekent dat voor het uitvoeren van een bepaalde taak, geld kan worden verkregen bij het Rijk, de Provincie of de Gemeente. Dit betekent dat het geld niet vrij beschikbaar is. Mijn mening over hoe om te gaan met subsidies is als volgt: wanneer het uitvoeren van een taak, die niet beschreven staat in de taken die Badminton Nederland moet uitvoeren (zie ook de taken die in de bovenstaande teksten zijn opgenomen), meer kost dan de terugkerende geldstroom (subsidie) moet je onmiddellijk stoppen met die taak/niet aan beginnen. Subsidies, die bijdragen aan de taken die Badminton Nederland moet uitvoeren, zijn zeer welkom en moet je zeker mee doorgaan. Alleen moet wel worden begrepen dat subsidiestromen een afhankelijk inkomen zijn: je weet nooit hoeveel je de aankomende jaren aan subsidie kan ontvangen. De consequentie die hier aan vast hangt is dat wanneer een bepaalde subsidiestroom minder wordt, er negatieve gevolgen zijn voor het uitvoeren van de taak die samenhangt met de subsidie. Anders gezegd, met de taak moet worden gestopt/minder worden uitgevoerd, wat weer betekent dat er mogelijk in FTE moet worden gesneden. Wat dan absoluut niet mag gebeuren is dat er wordt geschoven in het dynamisch budget; percentages aanpassen of geld op een rubriek boeken van een andere afdeling. Je moet namelijk het dynamisch budget als heilig verklaren. Alleen de
Harm van Schaik | Afgevaardigde Regio Oost | December 2012
Pagina 21
Het alternatieve Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 voor Badminton Nederland
Bondsvergadering kan bij meerderheid de percentages aanpassen. Op gesjoemel met de cijfers dient er een onafhankelijk orgaan controle te houden. Een bij uitstek geschikt orgaan is de FinanciĂŤle Commissie, die direct onder de Bondsvergadering valt en ook rapporteert aan de Bondsvergadering. Bij onregelmatigheden dienen er consequenties te zijn, zoals het ontslag van de algemeen directeur en of het bondsbestuur. Wanneer er wel subsidies zijn die vrij besteedbaar zijn, dienen deze over alle taken van Badminton Nederland te worden verspreid naar rato de percentages opgenomen in het dynamisch budget.
Harm van Schaik | Afgevaardigde Regio Oost | December 2012
Pagina 22
Het alternatieve Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 voor Badminton Nederland
De rol van het bondsbestuur Mijn laatste punt wat ik wil maken gaat over het bondsbestuur. Welke rol moet dit orgaan gaan vervullen? Concreter gezegd: welke taken moet het uitvoeren? Hier wil ik ook wel een antwoord op formuleren. Zo kan het gehele plaatje namelijk worden geschetst. Het is naar mijn idee vrij simpel wat het bondsbestuur moet doen: badmintonnend Nederland letterlijk en figuurlijk doorreizen, zodat met badmintonners gecommuniceerd kan worden, waardoor ideeën worden opgedaan die gebruikt worden om het jaarplan en meerjarenbeleidsplan te formuleren. Het jaarplan en meerjarenbeleidsplan wordt dan door het bondsbestuur eigenhandig, zonder hulp, maar wel met input van het bondsbureau, in elkaar gezet.
Voorstel inhoud meerjarenbeleidsplan Zo is de inhoud van het meerjarenbeleidsplan als volgt: doel, (sub)doelen, SMARTdoelstellingen en taken worden beschreven voor een periode van vier jaar. Dan wordt nog een niveau dieper gedoken (hier ben ik zelf niet aan toe gekomen): voor iedere taak een doel en SMART-doelstellingen formuleren, welke activiteiten nodig zijn om de doelstellingen te behalen en hoeveel geld het kost. In het jaarplan wordt dan neergezet welke activiteiten in een bepaald jaar worden ondernomen om een taak uit te voeren en hoeveel deze gaan kosten. Nu zijn we er nog niet. Het bondsbestuur krijgt er nog één taak bij en dat is het schrijven van de jaarverslagen, oftewel een evaluatie van alle taken die beschreven staan in het jaarplan en het meerjarenbeleidsplan. Per taak wordt antwoord gegeven of de doelstellingen zijn gehaald, of het behalen van de doelstellingen geleid heeft tot het doel, of de activiteiten zijn uitgevoerd die zouden moeten worden uitgevoerd, hoe de activiteiten zijn uitgevoerd, hoeveel deze activiteiten hebben gekost en wat er geleerd is.
Harm van Schaik | Afgevaardigde Regio Oost | December 2012
Pagina 23
Het alternatieve Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 voor Badminton Nederland
Weersbarstige praktijk De huidige praktijk is anders dan hoe ik het hiervoor heb geschetst. Het bondsbestuur weet nu zelf niet wat het moet doen, omdat de taken niet duidelijk omlijnd zijn; het bondsbestuur heeft niet eigen gedefinieerde taken waar zij verantwoordelijk voor kan worden gehouden. Hopelijk heb ik het mis, maar volgens mij gebeurt bijvoorbeeld het volgende met de belangrijkste taak die het bondsbestuur heeft - beleid maken (de jaarverslagen worden geheel door het bondsbureau zelf geschreven): het bondsbestuur geeft aan de algemeen directeur door welke activiteiten belangrijk worden geacht. De algemeen directeur geeft dit dan door aan het personeel wat beleid schrijft, die dan weer beleidsvoorstellen gaan schrijven. Deze gaan dan weer via de algemeen directeur naar het bondsbestuur. Het bondsbestuur leest dan weer de plannen, geeft opmerkingen door aan de algemeen directeur. Deze opmerkingen worden dan weer verwerkt in de plannen. En dan herhaalt de cyclus zich weer totdat iedereen zich kan vinden in de plannen. Dit gebeurt voor zowel het jaarplan als het meerjarenbeleidsplan. Nu vind ik zelf dat dit een uiterst omslachtig proces is, efficiëntie is ver te zoeken. Ook is met dit proces niet duidelijk wie tijdens de Bondsvergadering verantwoordelijk moet houden voor het format en de inhoud van het geschreven stuk: het bondsbestuur of de beroepskrachten die het stuk hebben geschreven. Daarom zou ik het volgende willen zien: het bondsbestuur schrijft zijn eigen stukken (beleidsplannen en jaarverslagen), zodat één orgaan verantwoordelijk kan worden gehouden. Daarnaast kost het ook niks meer, omdat duur betaalde krachten, zoals de algemeen directeur en beleidspersoneel, hier niet meer voor worden ingezet. Nu kan je als tegenargument gebruiken dat het beleid en de jaarverslagen niet meer door ‘professionals’ worden geschreven, waardoor de kwaliteit van de stukken drastisch afneemt. Nu denk ik niet dat dit gaat gebeuren, omdat dat wanneer je als persoon plaatsneemt in het bondsbestuur je bestuurlijke kwaliteiten hebt, anders ben je niet geschikt voor de job. En als er toch mensen in het bondsbestuur plaatsnemen die niet geschikt zijn, dan moet je dat de afgevaardigden kwalijk nemen (Ted van der Meer). Natuurlijk kan het bondsbestuur altijd om input vragen aan de beroepsorganisatie, zodat de inhoud feitelijk klopt en realistisch is.
Harm van Schaik | Afgevaardigde Regio Oost | December 2012
Pagina 24
Het alternatieve Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 voor Badminton Nederland
Naast de genoemde taken kan het bondsbestuur zelf actief helpen bij het uitvoeren van zichtbare taken/producten, zoals ‘De week van het badminton’. Zelf vind ik dit niet nodig. Mijn mening is namelijk dat zich puur en alleen moeten focussen op het formuleren en evalueren van beleid. Het gevolg van het uitgebreide takenpakket is wel dat het bondsbestuur actiever zal moeten zijn. Dus ieder bestuurslid is gemiddeld 16 uur per week (in sommige perioden meer, in andere minder) actief voor Badminton Nederland.
Harm van Schaik | Afgevaardigde Regio Oost | December 2012
Pagina 25
Het alternatieve Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 voor Badminton Nederland
Het bestuur is aan zet Ik heb verder inhoudelijks niks meer te zeggen. Nu wil ik je bedanken voor het lezen. Hopelijk geeft het je nieuwe ideeĂŤn waar Badminton Nederland zich naar moet bewegen. Wees er wel van bewust dat dit een persoonlijk stuk is en dat het in deze vorm als officieel stuk nooit door kan gaan. Reacties zijn welkom. Met vriendelijke groet, Harm van Schaik Afgevaardigde Regio Oost December 2012
Harm van Schaik | Afgevaardigde Regio Oost | December 2012
Pagina 26