AvdR Webinars

Page 88

tekortkoming en de RSI-klachten van Van de Wege. In elk geval bieden de bevindingen van de deskundige daarvoor geen steun. 5.45.3. Hoe dit zij, met de beste wil van de wereld kan in de het middel geen op het voorafgaande toegespitste klacht worden gevonden. Dat brengt onvermijdelijk mee de beoordeling van de klachten als het ware in het luchtledige moet plaatsvinden. Cassatie is nu eenmaal een bijzondere bezigheid. 5.46.1. Ook een tweede vooropstelling lijkt nuttig. In rov. 2.13 vermeldt het Hof welke omstandigheden SVB naar voren heeft geschoven als “predispositie” van Van de Wege. In rov. 2.14 komt het Hof tot de slotsom dat deze omstandigheden – waar het Hof niet veel geloof aan hecht blijkens zijn “wat daarvan zij” – niet aan Van de Wege’s RSI hebben bijgedragen. 5.46.2. Het Hof had er beter aan gedaan het daarbij te laten. Maar dat doet het niet. Hetgeen volgt is in twee opzichten onbegrijpelijk: a. eenmaal aangenomen dat de door SVB gestelde omstandigheden geen RSI kunnen veroorzaken (althans dat SVB daaromtrent te weinig heeft gesteld), [noot:116] is niet goed duidelijk wat de relevantie is van de vervolg-stelling dat een eventuele predispositie niet voor rekening van Van de Wege moet komen; b. nog minder valt te begrijpen waarom een niet-relevante predispositie “hooguit” nog een rol zou kunnen spelen in het kader van de schadestaatprocedure. 5.46.3. Op deze onvolkomenheden in het bestreden arrest toegesneden klachten trof ik evenmin aan. Dat brengt mee – nu ook een incidentele klacht ontbreekt – dat in de schadestaatprocedure “hooguit” de onder 5.46.2 sub b bedoelde kwestie nog kan worden behandeld. Ik kan de verwijzingsrechter in dat verband slechts wijsheid toewensen. 5.47. Bij deze stand van zaken moet worden beoordeeld hoe ’s Hofs oordeel moet worden verstaan. Alvorens daarop in te gaan, moeten we een stapje terug doen in de tijd, waarbij ik me veroorloof een beetje op de feitelijke toer te gaan. 5.48.1. In zijn eerste – uitvoerige – rapport schrijft Barnas onder meer (paginanummering door mij virtueel toegevoegd): a. Van de Wege komt reëel over (p. 6); b. de ontwikkelde klachten zijn “medisch en objectief (consistent-plausibel) (...) vastgesteld” (p. 9). Barnas brengt daarmee, naar ik begrijp, tot uitdrukking dat het “objectieve” naar zijn inzicht daarin is gelegen dat het verhaal van Van de Wege consistent is en dat het kan passen in hetgeen hem, deskundige, bekend is over RSI; c. er is “geen onderliggend, reeds bestaand neurologisch of reumatologisch ziektebeeld (...) aangetoond” (p. 13). 5.48.2. In zijn op verzoek van het Hof opgemaakte nadere rapport schrijft Barnas onder meer van oordeel te zijn “dat de vastgestelde arbeidsomstandigheden als waarschijnlijke oorzaak kunnen worden aangemerkt voor de bij van [de] Wege vastgestelde klachten. Op de vraag van het Gerechtshof om de nu door mij gebruikte term waarschijnlijk te concretiseren acht ik een percentage van 75% als hanteerbaar. Voor het overige heb ik geen opmerkingen die voor deze zaak van belang zijn.” 5.49. SVB heeft bij memorie van 1 februari 2011 op Barnas’ nadere rapport gereageerd. [noot:117] Zij merkt op dat het percentage van 75% uit de lucht komt vallen (onder 2.5). Voor het overige staat de memorie bol van op zich interessante maar voor de beoordeling van de bestreden rechtsoverwegingen niet relevante uiteenzettingen. Met name heeft SVB niets concreets aangevoerd over andere oorzaken. 5.50.1. Tegen de achtergrond van het voorafgaande zal ’s Hofs oordeel m.i. zo moeten worden begrepen dat: a. door SVB niets (concreets) is aangevoerd met betrekking tot andere in de sfeer van Van de Wege gelegen oorzaken waardoor haar RSI-klachten en -aandoeningen zouden kunnen worden verklaard; b. Barnas weliswaar spreekt van een percentage van 75%, maar dat hij niet aangeeft dat, laat staan waarom, sprake zou kunnen zijn van alternatieve oorzaken als bedoeld onder a; c. bij die stand van zaken redelijkerwijs geen ander oordeel mogelijk is dan dat de klachten van Van de Wege geheel moeten worden toegeschreven aan de door het Hof

88


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.