Amc magazine nr 4 mei 2016

Page 9

Wetenschap kort

Inenten tegen hondsdolheid Vaccinatie tegen hondsdolheid moet sowieso aangeraden worden aan mensen die naar Zuidoost-Azië reizen, ongeacht hoe lang ze van plan zijn om daar te blijven. Dat blijkt uit onderzoek van Rosanne Wieten, die op 24 mei haar proefschrift verdedigt. Wieten voerde een studie uit naar ziekten die je op reis kunt oplopen en keek naar de adviezen en klanten van een Nederlandse reiskliniek. Eén van de opvallende uitkomsten had te maken met het advies dat gegeven wordt over het vaccineren tegen hondsdolheid. Dat is sowieso nodig voor reizigers naar Zuidoost-Azië. Hondsdolheid is een dodelijk verlopende infectieziekte van de hersenen en wordt veroorzaakt door het rabiësvirus. Het komt voor in het speeksel van geïnfecteerde dieren en wordt overgebracht door bijten. In Azië, Afrika en Latijns Amerika komt 90 procent van rabiës voor bij honden, en worden vrijwel alle gevallen van hondsdolheid bij de mens veroorzaakt door een hondebeet. Toch zijn reizigers naar deze landen opvallend vaak niet gevaccineerd. Volgens Wieten zou het kunnen helpen om het injecteren in de spier te vervangen door een verkort vaccinatieschema waarbij het vaccin in de huid wordt gespoten. Daarnaast constateert de promovenda dat om de tien jaar inenten tegen gele koorts niet nodig is. Tot veertig jaar na vaccinatie waren er nog antistoffen aanwezig tegen de ernstige infectieziekte die overgebracht wordt via een muggebeet. Geheugencellen bleven lang aanwezig en kunnen zich goed vermenigvuldigen bij een nieuwe infectie met het gele-koortsvirus.

Foto: Ries van Wendel de Joode/Hollandse Hoogte

Beeldvorming blinde darm loont Bij verdenking op een blindedarmontsteking is het zinvol om standaard een echo of scan te maken voordat er tot opereren wordt overgegaan. Dat voorkomt een groot aantal onterechte chirurgische ingrepen. Door het toepassen van beeldvormende technieken wordt bij slechts drie procent van de patiënten een verkeerde diagnose gesteld. Dat blijkt uit het proefschrift van Charles van Rossem, die 27 mei hoopt te promoveren. Het aantal verkeerde diagnoses (er wordt gedacht aan een blindedarmontsteking terwijl dat niet het geval blijkt) was een aantal jaren geleden veel hoger in Nederland, toen er nog maar weinig beeldvorming werd toegepast bij het vermoeden van een appendicitis. In de landen om ons heen, waar minder vaak scans of echo’s worden gemaakt, is dat nog steeds het geval. De promovendus baseert zijn conclusies op een grote, landelijke studie in 62 ziekenhuizen. Deze is opgezet volgens een nieuwe ‘snapshot’-methode waarbij in zeer korte tijd (2 maanden) bijna 2000 patiënten werden geïncludeerd. Daaruit bleek ook dat een antibioticakuur die na een operatie wordt gegeven als de blinde darm geperforeerd is, meestal kan worden ingekort van vijf naar drie dagen. De patiënt ligt daardoor minder lang in het ziekenhuis. Ook constateert Van Rossem dat na een kijkoperatie, waarbij de blinde darm via kleine snedes wordt verwijderd, minder wondinfecties ontstaan dan na een ingreep via de open methode waarbij de buik meer wordt opengemaakt.

Foto: Sabine Joosten Fotografie / Hollandse Hoogte

Hiv-resistentie Afrika bedreigt succes Gemiddeld vijf procent van de volwassenen en tien tot zestien procent van de kinderen in Afrika heeft al resistente hiv bij zich nog voordat de eerstelijnsbehandeling is gestart. Door gebrekkige therapietrouw en beperkte monitoring door het laboratorium kan het falen van de behandeling vervolgens lang onopgemerkt blijven. Daardoor ontstaat complexe resistentie. Dat blijkt uit onderzoek van Sonia Boender, die op 20 mei hoopt te promoveren. De toegankelijkheid van hiv-behandelingen in Afrika heeft het afgelopen decennium miljoenen levens gered. Resistentie tegen de gangbare medicijnen dreigt echter roet in het eten te gooien. Het aantal mensen bij wie de behandeling van eerste keus niet aanslaat, is toegenomen. Daardoor switchen steeds meer hivpatiënten naar tweedelijnstherapie. Eén op de vijf patiënten heeft zelfs derdelijnsbehandeling nodig, maar die is mometeel niet beschikbaar en niet betaalbaar in de publieke sector in Afrika. Vooral kinderen vormen een extra kwetsbare groep wat resistentie betreft: ze zijn afhankelijk van hun ouders of verzorgers voor toegang tot zorg en goede therapietrouw. Resistente hiv en het falen van de behandeling komen bij hen veel meer voor dan bij volwassenen. Boender deed research in Afrikaanse landen ten zuiden van de Sahara. Zij wilde weten welke factoren kunnen bijdragen aan een goede kwaliteit van hiv-zorg voor volwassenen en kinderen. Hiervoor gebruikte zij het PASER-cohort (PharmAccess/PanAfrican Studies to Evaluate Resistance), dat in 2006 is opgezet. PASER volgt 3000 hiv-positieve volwassenen op eerste- en tweedelijns combinatietherapie in 13 klinieken in Kenia, Nigeria, Zuid-Afrika, Oeganda, Zambia en Zimbabwe. In de afgelopen jaren zijn soortgelijke studies opgezet in Oeganda en Nigeria, waarbij 400 kinderen worden gevolgd. Boender concludeert dat extra aandacht nodig is voor Afrikaanse kinderen met hiv. Deze zeer kwetsbare groep heeft een hoge kans op hiv-resistentie nog voordat de eerstelijnsbehandeling is ingezet en falen van de therapie. Het in de gaten houden van de resistentie is essentieel om de optimale combinatietherapie te bepalen en indien nodig aan te passen. Ook toegang tot tweede- en derdelijns combinatiebehandelingen zijn in Afrika cruciaal voor langdurige onderdrukking van het virus bij hiv-besmette patiënten.

Corbis

9

AMC magazine


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.