TALENT 2 - Projectbundel 1 - Wist je dat?

Page 1

2

Projectbundel

Wist je dat

Cindy Laureyssens Iris Spruyt

Naam: ............................................................................................... Klas: .........................................

Talent2 Projectbundel 1.indd 1

Nr.: ..............................................

30/01/18 10:29


Inhoud ACTIVITEIT 1

Rara, wat is het?. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

4

ACTIVITEIT 2

Raar, maar waar! . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

14

ACTIVITEIT 3

Iedereen gewonnen! . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

19

ACTIVITEIT 4

Een proefje hier, een proefje daar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

24

ACTIVITEIT 5

Opgeruimd staat netjes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

38

Talent2 Projectbundel 1.indd 2

30/01/18 10:29


Naam:

Datum:

Hallo speurneuzen, Dit boekje helpt jullie op weg tijdens jullie

onderzoek!

ijven of Je kunt er nieuwe ontdekkingen in opschr . tekenen, zodat je ze goed kunt onthouden Veel plezier ermee! Groetjes, De Lumineuzen

Projectbundel Wist je dat?

Talent2 Projectbundel 1.indd 3

3

30/01/18 10:29


activiteit 1

Rara, wat is het? Ik kan vertellen hoe en waarvoor ik een voorwerp gebruik.

Zoek jouw voorwerp. Los de vragen op die bij jouw voorwerp horen.

Voorwerp 1 1

Rara, wat ben ik?

2

Los de rebus op.

– oen

–m +

4

k=p +

=

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 1

Talent2 Projectbundel 1.indd 4

30/01/18 10:29


3

Lees de tekst. Beantwoord de vragen. Met een fruitpers kun je sap uit vruchten persen.

5

Meestal gebruik je sinaasappelen. Limoenen, citroenen en sinaasappelen noem je citrusvruchten. Daarom wordt dit rare ding ook een citruspers genoemd. Sap persen uit ander fruit, zoals appels, lukt met deze pers niet. Zo gebruik je een citruspers: Leg een halve citroen op de pers. Draai de citroen met je hand rond. Zo komt het sap uit de vrucht. 10

Het sap komt er langs onder uit. Je zet dus best een beker onder de pers. Dan kun je het sap opdrinken. Smakelijk!

a Vul in. Het voorwerp is een Je gebruikt het om

b Zet een kruisje. Het voorwerp is ... handig. nuttig. niet echt nodig. gevaarlijk.

Ik kan vertellen hoe mijn voorwerp heet. wat je met een citruspers doet. hoe je het sap uit een citroen perst.

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 1

Talent2 Projectbundel 1.indd 5

5

30/01/18 10:29


Voorwerp 2 1

Rara, wat ben ik?

2

Los de rebus op.

t=p

r = st +

6

=

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 1

Talent2 Projectbundel 1.indd 6

30/01/18 10:29


3

Lees de tekst. Beantwoord de vragen.

5

10

Waar hang jij je jas? Aan de kapstok! Waar hang jij je tas? Aan de kapstok! Je jas droogt sneller en je struikelt nergens over. Deze kapstok heeft haakjes. Je hebt een lusje nodig om je jas op te hangen. Dat lusje zit vaak binnenin de jas. Deze kapstok is gemaakt van plastic. Het is een grappige kapstok. Het lijkt of de dieren door de muur zijn gelopen. Alleen hun achterkant steekt er nog uit.

a Vul in. Het voorwerp is een Je gebruikt het om

b Zet een kruisje. Het voorwerp is ... handig. nuttig. niet echt nodig. gevaarlijk.

Ik kan vertellen hoe mijn voorwerp heet. hoe ik mijn jas aan de kapstok hang. wat grappige kapstokken zijn. waarom het goed is om een kapstok te gebruiken.

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 1

Talent2 Projectbundel 1.indd 7

7

30/01/18 10:29


Voorwerp 3 1

Rara, wat ben ik?

2

Los de rebus op.

k=s

– aa +

8

–b

st = l +

+

=

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 1

Talent2 Projectbundel 1.indd 8

30/01/18 10:29


3

Lees de tekst. Beantwoord de vragen. Je gebruikt een soeplepel om soep uit te scheppen. Het is een grote lepel met een lange steel. Zo kun je gemakkelijk soep uit een grote pot halen. Met een soeplepel kun je netjes en snel soep verdelen. 5

10

De soeplepel is meestal gemaakt van staal of plastic. Vroeger waren soeplepels van steen of hout. Deze soeplepel lijkt op een zwaan. Hij blijft drijven in de soepkom. Net of de zwaan echt zwemt. Leuk, hè!

a Vul in. Het voorwerp is een Je gebruikt het om

b Zet een kruisje. Het voorwerp is ... handig. nuttig. niet echt nodig. gevaarlijk.

Ik kan vertellen hoe mijn voorwerp heet. waarom een soeplepel handig is. wat er speciaal is aan deze soeplepel.

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 1

Talent2 Projectbundel 1.indd 9

9

30/01/18 10:29


Voorwerp 4 1

Rara, wat ben ik?

2

Los de rebus op.

h=n

b=v +

10

=

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 1

Talent2 Projectbundel 1.indd 10

30/01/18 10:29


3

Lees de tekst. Beantwoord de vragen.

5

Een nagelvijl gebruik je om je nagels netjes te houden. Een vijl heeft twee delen. Het gladde deel hou je vast in je hand. Op het andere deel staan ribbeltjes. Met dat deel wrijf je heen en weer over je nagels. Zo maak je jouw nagels korter. Een nagelvijl heeft vaak een scherpe punt. Daarmee kun je het vuil onder je nagels wegdoen.

10

15

Er bestaan vijlen van metaal en karton. Er worden ook vijlen gemaakt van glas. Glazen en metalen vijlen zijn duurder, maar je kunt ze jaren gebruiken. Glas kan wel stukvallen. Kartonnen vijlen zijn goedkoop en gaan snel stuk. Soms moet je dan een nieuwe kopen.

a Vul in. Het voorwerp is een Je gebruikt het om

b Zet een kruisje. Het voorwerp is ... handig. nuttig. niet echt nodig. gevaarlijk.

Ik kan vertellen hoe mijn voorwerp heet. waarvoor ik een nagelvijl gebruik. welke voordelen een glazen nagelvijl heeft. welke voordelen een kartonnen nagelvijl heeft.

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 1

Talent2 Projectbundel 1.indd 11

11

30/01/18 10:29


Voorwerp 5 1

Rara, wat ben ik?

2

Los de rebus op.

e=o

–d +

12

–s

r = kr –m +

+

=

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 1

Talent2 Projectbundel 1.indd 12

30/01/18 10:29


3

Lees de tekst. Beantwoord de vragen.

5

10

Met een notenkraker kun je ... een noot kraken! Een noot zit in een hard huisje. Als je een noot eet, moet eerst de buitenkant stuk. Dat doe je met een notenkraker. Het gaat niet met je schoen en best ook niet met je tanden. Zo gebruik je een notenkraker: Doe de twee benen open. Leg de noot ertussen. Sluit de twee benen. Duw heel hard tot de noot kraakt. Haal de harde stukjes van de noot weg. Eet de noot lekker op. Smakelijk!

a Vul in. Het voorwerp is een Je gebruikt het om

b Zet een kruisje. Het voorwerp is ... handig. nuttig. niet echt nodig. gevaarlijk. Ik kan vertellen hoe mijn voorwerp heet. waarvoor ik een notenkraker gebruik. hoe ik een notenkraker gebruik.

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 1

Talent2 Projectbundel 1.indd 13

13

30/01/18 10:29


activiteit 2

Raar, maar waar! Ik kan een oplossing voor een probleem bedenken.

1

Word zelf uitvinder! a Dit zijn de problemen van de Lumineuzen. Lees ze met je partner.

Ik mors vaak als ik spaghetti eet. Dan worden mijn ouders boos. Vind iets uit waardoor ik spaghetti kan eten zonder te morsen.

Ik ga graag op reis. Maar ik slaap ook graag in mijn eigen bed. Vind iets uit waardoor ik op reis kan gaa n en toch in mijn eigen bed kan slapen.

Ik heb een klein huisdier. Een cavia, een parkiet, een slak ... Ik neem het graag overal mee naartoe. Bedenk iets waardoor ik mijn diertje overal en altijd kan meenemen.

Ik eet graag ijs. Maar als het warm is, smelt het zo sne l. Dan mors ik. Zoek iets waardoor ik mijn ijsje kan opeten zonder dat het smelt.

Soms is het warm, dan weer koud. Of droog en dan weer nat. Bedenk een jas die je tijdens alle seizoenen draagt. Die je droog houdt bij regenweer. Die je beschermt en koel houdt op een hete zomerdag. En misschien kan de jas nog wel meer? 14

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 2

Talent2 Projectbundel 1.indd 14

30/01/18 10:29


b Volg het stappenplan. STAP 1: Kies een probleem dat je hebt gekozen. Kleur: het bolletje bij het probleem dat je kiest. STAP 2:

Lees de tekst over het probleem dat je hebt gekozen. Kleur: in de tekst de zin die zegt wat je moet uitvinden. de vakjes waar de uitvinding bij hoort. huis

spel

eten

tuin

kleding

drinken

sport STAP 3:

Begin aan de uitvinding. Zoek met je partner een antwoord op de vragen. Zet een kruisje als jullie de vraag hebben besproken.

Hoe vinden we uit? Welk probleem lossen we op? Wat vinden we uit? Hoe werkt de uitvinding? Hoe gebruiken we ze? Wanneer hebben we de uitvinding nodig? Waarom is de uitvinding nuttig?

STAP 4:

Teken de uitvinding. Gebruik de tips.

Tips Ik gebruik het volledige blad. Ik teken groot. Ik teken met potlood. Ik overtrek met zwarte stift of kleur in.

STAP 5:

Bedenk een goede naam voor de uitvinding. De uitvinding heet Projectbundel Wist je dat? - activiteit 2

Talent2 Projectbundel 1.indd 15

15

30/01/18 10:29


STAP 6: Vertel over de uitvinding. Neem je tekening erbij en oefen. Gebruik de tips. Zet een kruisje bij elke tip die je oefende.

Hoe vertel ik alles over de uitvinding? Ik vertel de naam van de uitvinding. Ik vertel wat de uitvinding kan. Ik vertel waarvoor ik de uitvinding gebruik. Ik vertel waarom de uitvinding de beste uitvinding ter wereld is.

STAP 7: Vertel over de uitvinding terwijl je wordt gefilmd.

16

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 2

Talent2 Projectbundel 1.indd 16

30/01/18 10:29


2

Lees de raadsels. Zoek het woord en vul het in. Elk vakje krijgt ĂŠĂŠn letter. Welk woord verschijnt er? 1

3

5

2

Ik ben lang zoals een slang. Ik woon in de tuin. Zet me aan en ik spuit water. Wat ben ik? Ik ben zacht en warm. Als het koud is, zet je me op jouw hoofd. Wat ben ik? Ik ben een extra paar ogen. Door mij zie je alles scherp. Wat ben ik? 7

Van stof of van papier, geef die vuile neuzen hier! Wat ben ik?

4

Ik breng je overal heen. Snel of traag, rijden doe ik graag! Met twee wielen en een stuur, ben je zo bij jouw buur. Wat ben ik? Je eet met me. Ik heb vier tandjes en ik prik. Wat ben ik? 6

Alles wat schrijft en kleurt hou ik bij. Je stopt het in dat buikje van mij. Met een rits open en toe, ben ik nog lang niet moe! Wat ben ik? 8

In jouw schoen, daar woon ik. Gaatje in, gaatje uit, maak met mij een goede strik. Wat ben ik?

1 2 3

9

4 5 6 7 8

Opstaan! Wakker worden! Goeiemorgen! Ik ring, ik bel of ik zing. Ik ben welk ding?

R

9

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 2

Talent2 Projectbundel 1.indd 17

17

30/01/18 10:29


3

Wie zoekt die vindt! a Kleur de uitvindingen: die je in de keuken vindt. die gevaarlijk zijn. die je elke dag gebruikt. die je beschermen. Let op: er zijn uitvindingen die twee kleuren krijgen.

b Teken bij elke kleur een uitvinding. Schrijf de naam erbij.

18

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 2

Talent2 Projectbundel 1.indd 18

30/01/18 10:29


activiteit 3

Iedereen gewonnen! Ik kan weetjes verwerken in een lied.

1

Los de raadsels op. Vul de naam van het dier in. Verbind de tekst met de juiste foto. Ik ben een zacht en harig huisdier. Ik heb vier poten en een lange staart. Ik heb scherpe tanden en klauwen. Ik kan kijken in het donker. Ik jaag graag op muizen. Wat ben ik? Ik ben een

.

Mijn huid is groen en glibberig. Ik heb vier poten en platte voeten. Ik eet insecten met mijn lange tong. Ik kan onder water zwemmen en springen op het land. Wat ben ik? Ik ben een

.

Mijn eerste letter zit in roos, maar niet in doos. Mijn tweede letter zit in wat, maar niet in wit. Mijn derde letter zit in dit, maar niet in dik. Rara, wat ben ik? Ik ben een

.

Mijn eerste letter is de eerste letter van vis. Mijn tweede letter is de tweede letter van bol. Mijn derde letter is de laatste letter van kaas. Rara, wat ben ik? Ik ben een

. Projectbundel Wist je dat? - activiteit 3

Talent2 Projectbundel 1.indd 19

19

30/01/18 10:29


2

a Teken de dieren. 1 de olifant

1

2

3

4

5

6

2 de pinguĂŻn

20

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 3

Talent2 Projectbundel 1.indd 20

30/01/18 10:29


3 de slang

1

2

3

4

5

6

b Kies zelf een dier dat je goed kunt tekenen. Teken het en vertel aan je groep hoe je het doet.

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 3

Talent2 Projectbundel 1.indd 21

21

30/01/18 10:29


3

Zing het natuurlied. a Vul de strofe aan die past bij jouw onderzoekkaart. b Vul dan de andere strofes aan. c Zing maar mee! Vrolijke, vrolijke, vrienden ... Vrolijke vrienden, dat zijn wij. Vrolijk, ja vrolijk genieten van de natuur op de wereldbol. 1 Een olifant grijpt zijn eten

.

niet met zijn poot, maar met zijn Een vogelneus noem je en kijk eens wat de

aap durft.

Vrolijke, vrolijke, vrienden ... Vrolijke vrienden, dat zijn wij. Vrolijk, ja vrolijk genieten van de natuur op de wereldbol. kleuren.

2 Een vogelkakje heeft

fijn.

Een drol dat vindt de

kakt soms in het water,

Het omdat hij graag de baas wil zijn.

Vrolijke, vrolijke, vrienden ... Vrolijke vrienden, dat zijn wij. Vrolijk, ja vrolijk genieten van de natuur op de wereldbol. 3 Papa

Een

draagt de eitjes. die zwemt meteen.

Goed verstopt in mama’s buidel groeit de

22

als geen één.

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 3

Talent2 Projectbundel 1.indd 22

30/01/18 10:29


Vrolijke, vrolijke, vrienden ... Vrolijke vrienden, dat zijn wij. Vrolijk, ja vrolijk genieten van de natuur op de wereldbol. kan heel snel lopen,

4 De

geen vogel die het beter doet. is klein maar fijn.

De

zijn.

De langste slang zal de

Vrolijke, vrolijke, vrienden ... Vrolijke vrienden, dat zijn wij. Vrolijk, ja vrolijk genieten van de natuur op de wereldbol. drinkt water heel erg vlug,

5 De

hij heeft twee bulten op zijn rug. is ontzettend traag.

De

graag.

Rennen doet de

Vrolijke, vrolijke, vrienden ... Vrolijke vrienden, dat zijn wij. Vrolijk, ja vrolijk genieten van de natuur op de wereldbol. 6 De

toont trots zijn mooie veren. zonder zon verkleurt.

Een De

houdt van vele strepen,

zwart en wit, elk om de beurt. Vrolijke, vrolijke, vrienden ... Vrolijke vrienden, dat zijn wij. Vrolijk, ja vrolijk genieten van de natuur op de wereldbol.

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 3

Talent2 Projectbundel 1.indd 23

23

30/01/18 10:29


activiteit 4

Een proefje hier, een proefje daar Ik kan vertellen waarvoor ik mijn zintuigen gebruik.

HOEK 1: Ik zie, ik kijk ... met mijn ogen!

Je hebt je ogen nodig om te kijken. Het zintuig dat bij je ogen hoort is het zicht of zien.

PROEF A 1

Lees de vraag van dokter Lumineus. Ik zag blinde mensen een boek lezen. Hoe doen ze dat?

2

Lees de tekst. Kleur: het antwoord voor dokter Lumineus.

Hoe lezen blinde mensen een boek? Niet iedereen kan goed zien. Er zijn ook mensen die niets zien. Zij zijn blind. Blinden gebruiken hun handen om te lezen. De letters die ze met hun handen lezen, noem je braille. Het zijn puntjes op een blad. Sommige puntjes voelen als bergjes. Elke letter heeft zijn eigen vorm. Blinden lezen dus door te voelen.

24

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 4

Talent2 Projectbundel 1.indd 24

30/01/18 10:29


3

Probeer het uit! Lees de stapjes en doe de proef.

Dit heb je n odig: – een wit p apier – een potlo od – een prikn aald en een m

atje

Zo doe je het: 1 Maak een leuke tekening op het blad papier: teken een bloem, een huis, een boot ... 2 Toon de tekening niet aan de anderen. 3 Leg het matje onder je blad. Prik met de priknaald gaatjes op de lijnen van jouw tekening. 4 Draai het blad om. 5 Ga per twee zitten. 6 Sluit je ogen. Voel aan de tekening van je partner. Kun je raden wat erop staat?

4

a Praat met je groep. Vonden jullie het proefje leuk of niet? b Kleur: Ik geef het proefje: c Klaar? Ga naar het zintuig het gehoor of horen.

PROEF B 5

Lees de vraag van dokter Lumineus. Soms is een pupil groot, dan weer klein. Is dat bij jou ook zo? Hoe komt dat?

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 4

Talent2 Projectbundel 1.indd 25

25

30/01/18 10:29


6

Probeer het uit! a Lees de stapjes en doe de proef. Zo doe je het: 1 Ga per twee tegenover elkaar zitten. 2 Je partner knijpt de ogen twintig tellen lang stevig dicht. 3 Je partner doet de ogen langzaam open. 4 Kijk goed naar de ogen van je partner. b Wat zie je? Zet een kruisje. Het zwarte bolletje wordt groter. Het zwarte bolletje wordt kleiner. Er gebeurt niets. c Wissel van rol.

7

Lees de tekst. a Kleur: het antwoord voor dokter Lumineus.

Waarom is een pupil soms groot en dan weer klein? Je ogen hebben een iris. Die heeft een kleur. Je hebt ook een pupil. Die is zwart. Door de pupil kun je kijken. Om te zien heb je licht nodig. Is er te weinig licht? Dan wordt de pupil groter. Is er te veel licht? Dan wordt de pupil kleiner. pupil

iris

b Klaar? Ga naar het zintuig het gehoor of horen.

26

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 4

Talent2 Projectbundel 1.indd 26

30/01/18 10:29


HOEK 2: Ik luister, ik hoor ... met mijn oren!

Aan je hoofd heb je twee oren. Het zintuig dat bij je oren hoort is het gehoor of horen.

PROEF A 1

Lees de vraag van dokter Lumineus. Hoe kunnen twee mensen die niets meer kunnen horen, toch met elkaar praten?

2

Lees de tekst. Kleur: het antwoord voor dokter Lumineus.

Hoe praten dove mensen met elkaar? Als we praten, dan maken we geluid. Dieren praten ook. Ze gebruiken geen woorden maar geluiden. Als je geen geluiden meer kunt horen, ben je doof. Dan moet je praten met je handen. Dat heet gebarentaal.

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 4

Talent2 Projectbundel 1.indd 27

27

30/01/18 10:30


3

Probeer het uit! Lees de stapjes en doe de proef.

Dit heb je n odig: – het papie r met gebar enta

al

Zo doe je het: 1 Kijk naar het papier met gebarentaal. 2 Denk even na. Welk woord wil je maken? Vis, sok, teen ... 3 Kijk op het papier hoe je dat moet doen. 4 Klaar? Toon jouw woord aan de rest van de groep. Kunnen ze raden wat je wilt zeggen? 5 Wissel af.

4

a Praat met je groep. Vonden jullie het proefje leuk of niet? b Kleur: Ik geef het proefje: c Klaar? Ga naar het zintuig de reukzin of ruiken.

28

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 4

Talent2 Projectbundel 1.indd 28

30/01/18 10:30


PROEF B 5

Lees de vraag van dokter Lumineus.

Onze oren kun je zien. Bij vogels is dat niet zo. Het zijn twee gaatjes in hun kop. Slangen hebben helemaal geen oren. Ze merken geluid op omdat ze trillingen voelen. Kunnen wij geluid ook voelen?

6

Probeer het uit!

Dit heb je n odig: – een ballo n

a Lees de stapjes en doe de proef. Zo doe je het: 1 Ga per twee zitten. 2 Blaas de ballon op. 3 Knoop de ballon dicht. Vraag hulp aan de juf of meester als het niet lukt. 4 Leg jullie handen zachtjes tegen de ballon. 5 Laat je partner met zijn lippen tegen de ballon praten. Voel je iets? b Wat voel je? Zet een kruisje. Ik kan geen geluid voelen, enkel horen met mijn oren. Ik kan geluid voelen met mijn oren. Ik kan ook geluid voelen met mijn handen. Het zijn trillingen. c Wissel om. d Klaar? Ga naar het zintuig de reukzin of ruiken. Projectbundel Wist je dat? - activiteit 4

Talent2 Projectbundel 1.indd 29

29

30/01/18 10:30


HOEK 3: Ik snuif, ik ruik ... met mijn neus!

Je ruikt een hele dag door. Vaak zonder dat je het weet. Je ruikt de natuur, mensen, auto’s ... Soms ruik je iets lekkers, soms iets vies. Het zintuig dat bij je neus hoort is de reukzin of ruiken.

PROEF A 1

Lees de vraag van dokter Lumineus. Dieren kunnen goed ruiken om eten te vinden. Ze vinden eten dat onder de grond is verstopt of volgen het spoor van een ander dier. Kunnen wij ook zo goed ruiken?

2

Probeer het uit! a Lees de stapjes en doe de proef.

Dit heb je n odig: – 4 geurpo tjes – 2 blindd oeken

Zo doe je het: 1 Kies een geurpotje. Doe een blinddoek aan. Maak het deksel los. Let op: niemand mag zien wat er in het potje zit! 2 Zet drie stappen achteruit. Kun je ruiken wat erin zit? Schrijf onder elk potje wat er volgens jou in zit. 3 Ruik nu van dichterbij. Ga dicht bij het potje staan. Kun je nu ruiken wat erin zit? Schrijf opnieuw onder elk potje wat er volgens jou in zit. 4 Kijk in de potjes. Schrijf onder elk potje wat erin zit.

30

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 4

Talent2 Projectbundel 1.indd 30

30/01/18 10:30


Ik sta 3 meter ver en ik ruik ...

Ik sta heel dichtbij en ik ruik ...

Ik kijk in het potje en het is ...

b Wat ging beter? Ik rook beter van veraf. Ik rook beter van dichtbij.

3

Zet een kruisje bij het juiste antwoord. Ik kan even goed ruiken als sommige dieren. Sommige dieren kunnen beter ruiken dan ik. Ik kan beter ruiken dan sommige dieren.

4

a Praat met je groep. Vonden jullie het proefje leuk of niet? b Kleur: Ik geef het proefje: c Klaar? Ga naar het zintuig de tastzin of voelen.

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 4

Talent2 Projectbundel 1.indd 31

31

30/01/18 10:30


PROEF B 5

a Los het kruiswoordraadsel op. 1 2 3 4 5 6

1

2

Ik ben een speurhond. Ik ga mee op zoek met de politie. Ik volg het ... met mijn neus.

s Nachts prik ik mensen die naar zweet ruiken.

3

4

Ik ruik heel goed bloed onder water.

Als er gevaar is, bescherm ik mezelf met een stinkende geur.

5

6

Ik gebruik mijn neus om mijn eten op te sporen. Ik ruik het al van ver.

Ik fladder van bloem naar bloem. Ik ruik niet met mijn neus, wel met mijn voelsprieten.

b Welk woord verschijnt?

c Klaar? Ga naar het zintuig de tastzin of voelen.

32

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 4

Talent2 Projectbundel 1.indd 32

30/01/18 10:30


HOEK 4: Ik voel, ik voel ... met mijn handen!

Je kunt voelen met je huid. Is het hard of zacht, warm of koud, droog of nat? Je voelt ook pijn of kriebels met je huid. Het zintuig dat daarbij hoort is de tastzin of voelen.

PROEF A 1

Lees de vraag van dokter Lumineus. Mensen die blind zijn kunnen heel goed voelen. Kunnen mensen die niet blind zijn dat ook zo goed?

2

Lees de tekst. Kleur: het antwoord voor dokter Lumineus.

Kunnen mensen die niet blind zijn ook goed voelen? Mensen die blind zijn, hebben veel geoefend om goed te voelen. Ze voelen waar ze zijn. Ze voelen hoeveel geld ze in hun handen hebben. Als je wel kunt zien, dan ben je het niet gewend om te voelen. Je kunt het niet zo goed als iemand die blind is.

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 4

Talent2 Projectbundel 1.indd 33

33

30/01/18 10:30


3

Probeer het uit!

Dit heb je no – een do dig: ek – tien v oorwerpen

a Lees de stapjes en doe de proef.

Zo doe je het: 1 Er liggen tien voorwerpen onder een doek. Je mag niet kijken. 2 Voel, zonder te kijken, met je handen onder het doek. 3 Probeer om de beurt een voorwerp te raden. 4 Weet je wat het is? Schrijf het op. Werk in één bundel. Raden jullie alle voorwerpen juist? b Deze voorwerpen konden wij raden.

4

1

6

2

7

3

8

4

9

5

10

a Praat met je groep. Vonden jullie het proefje leuk of niet? b Kleur: Ik geef het proefje: c Klaar? Ga naar het zintuig de smaakzin of proeven.

PROEF B 5

Maak een voelmuur! a Lees de stapjes en ga aan de slag. Zo doe je het: 1 Kies welk stukje van de muur je wilt maken: zacht, ruw, mals, hard of glad. 2 Zoek in de doos wat je nodig hebt. Kleef het op je stukje karton. 3 Hang jouw stukje omhoog.

Dit heb je n odig: – doos met allerlei mat erialen – lijm – een stuk karton

b Klaar? Ga naar het zintuig de smaakzin of proeven. 34

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 4

Talent2 Projectbundel 1.indd 34

30/01/18 10:30


HOEK 5: Ik smaak, ik proef ... met mijn mond!

Je kunt proeven met je tong. Als je eten in je mond stopt, vertelt je tong hoe het smaakt. Proef je zoet of zuur? Zout of bitter? Het zintuig dat bij de mond hoort is de smaakzin of proeven.

PROEF A 1

Lees de vraag van dokter Lumineus. Hoe komt het dat we met één tong toch veel smaken proeven? Welke smaken ken je?

2

Lees de tekst. Kleur: het antwoord voor dokter Lumineus.

Hoe kun je met één tong veel smaken proeven? Onze tong bestaat uit kleine papillen. Steek je tong uit voor de spiegel en je kunt de papillen zien. Het zijn net heel veel kleine puntjes bij elkaar. Daarmee kun je proeven.

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 4

Talent2 Projectbundel 1.indd 35

35

30/01/18 10:30


3

Probeer het uit! a Lees de stapjes en doe de proef.

Dit heb je n odig: – 4 rietjes – 4 bekertje s met vloeis tof (die krijg je van je juf of me ester) – 2 blindd oeken

Zo doe je het: 1 Ga per twee zitten. 2 Blinddoek je partner. 3 Laat je partner proeven van een beker. Doe het zo: – Neem een rietje met een beetje vloeistof uit de eerste beker. Dat doe je door het rietje in de beker te stoppen en met je vinger de opening van het rietje te bedekken. – Laat wat vloeistof op de tong van je partner vallen. 4 Wat proeft je partner? Is het zoet, zuur, zout of bitter? 5 Doe dit voor elke beker. 6 Draai de rollen om. b Maak een top vier van smaken. Vul de nummers van de bekers in. Deze smaak vond ik heel lekker. Deze smaak vond ik een beetje lekker. Deze smaak vond ik erg vies. Deze smaak vond ik een beetje vies.

4

a Praat met je groep. Ging het goed? Is jullie top vier van smaken dezelfde? Vonden jullie het proefje leuk of niet? b Kleur: Ik geef het proefje: c Klaar? Ga naar het zintuig het zicht of zien.

36

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 4

Talent2 Projectbundel 1.indd 36

30/01/18 10:30


PROEF B 5

Lees de vraag van dokter Lumineus. Proef je nog even goed als je je neus toeknijpt?

6

Probeer het uit! a Lees de stapjes en doe de proef.

Dit heb je n odig: – een stuk je citroen – een blaad je witloof – een choco laatje met m unt – zoute chip s – 2 blindd oeken

Zo doe je het: 1 Blinddoek twee leden van je groep. Zij knijpen hun neus toe. 2 Geef hen iets om te proeven. Kunnen ze raden wat ze proeven? Welke smaak hebben ze in hun mond? Verklap nog niets. 3 Laat ze opnieuw hetzelfde proeven. Nu knijpen ze hun neus niet toe. Proeven ze de smaak beter of slechter? 4 Draai de rollen om en doe de proef opnieuw. Neem een andere smaak. b Wanneer proef jij beter? Zet een kruisje. Ik kon beter proeven wanneer ik mijn neus toekneep. Ik kon beter proeven wanneer ik mijn neus niet toekneep. 7

Lees de tekst. a Kleur: het antwoord voor dokter Lumineus. Proef je ook met je neus? Onze neus helpt ons beter te proeven. Door te ruiken en te proeven herken je de smaak beter. Denk maar aan het chocolaatje uit de proef. Zonder neus lijkt het enkel chocolade, maar met neus proef je ook de munt. Of beter gezegd: je ruikt de munt. b Klaar? Ga naar het zintuig het zicht of zien. Projectbundel Wist je dat? - activiteit 4

Talent2 Projectbundel 1.indd 37

37

30/01/18 10:30


activiteit 5

Opgeruimd staat netjes Ik kan met de hulp van een stappenplan een bereiding maken.

Recept 1: Regenbooglolly’s Het recept om regenbooglolly’s te maken is verdwenen ... Gelukkig vonden we nog een foto en een lijstje met wat je nodig hebt!

1

Voer het stappenplan uit.

Dit heb je n odig: – ijsspikke ls – 2 sneetje s peperkoek – een mes – een snijp lankje – een potje roomkaas – ijsstokjes

STAP 1: Schrap de zinnen die niet bij het recept horen.

#regenbooglolly

STAP 2: Zet de stappen in de juiste volgorde. STAP 3: Schrijf het recept op zodat je het zelf kunt maken. Zo doe je het: Strooi als laatste ijsspikkels op de roomkaas. Doe de eieren, suiker en bloem bij elkaar. Roer goed. Neem een sneetje peperkoek. Snijd het in twee stukken. Snijd twee appels in schijfjes. Smeer daarna de roomkaas op de peperkoek: op de bovenkant, op de onderkant en op de zijkanten. Steek dan elk stukje peperkoek op een stokje. Doe het deeg in een vorm. Versier de taart met de stukjes appel.

38

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 5

Talent2 Projectbundel 1.indd 38

30/01/18 10:30


Regenbooglolly’s

Dit heb je nodig: – – – – – –

ijsspikkels 2 sneetjes peperkoek een mes een snijplankje een potje roomkaas ijsstokjes

Zo doe je het: 1

2 Smeer daarna de roomkaas op de peperkoek: op de bovenkant, op de onderkant en op de zijkanten. 3

4 Strooi als laatste ijsspikkels op de roomkaas.

2

Bij welk recept horen de zinnen die je schrapte? De geschrapte zinnen horen bij een recept voor

. Projectbundel Wist je dat? - activiteit 5

Talent2 Projectbundel 1.indd 39

39

30/01/18 10:30


Recept 2: Eetbare verf Onze eetbare verf is op! We vonden wel het lijstje met wat je nodig hebt.

1

Voer het stappenplan uit.

Dit heb je n odig: – 4 lege po tjes om de v erf in te doe – 4 pensele n n – 4 beschu iten – 4 lepels – voor de v erf: • 1 eetlepel suiker • een beetje warm water • 3 druppe ls kleurstof (kies een kle ur)

STAP 1: Zet de stappen in de juiste volgorde. STAP 2: Plaats daarna het nummer bij de juiste tekening. STAP 3: Schrijf het recept op zodat je het zelf kunt maken. Schilder met verf op de beschuit. Voeg een lepel suiker en drie druppels rode kleur toe. Doe eerst een beetje warm water in een potje. Maak drie andere kleuren op dezelfde manier. Roer goed.

40

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 5

Talent2 Projectbundel 1.indd 40

30/01/18 10:30


Eetbare verf Dit heb je nodig: – 4 lege potjes om de verf in te doen – 4 penselen – 4 beschuiten – 4 lepels – voor de verf: • 1 eetlepel suiker • een beetje warm water

#eetbareverf

• 3 druppels kleurstof (kies een kleur)

Zo doe je het: 1 2 3 4 5

Smakelijk!

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 5

Talent2 Projectbundel 1.indd 41

41

30/01/18 10:30


Recept 3: Priklimonade Op een feestje hoort limonade, maar hoe maken we dat nu weer? We hebben het lijstje met wat je nodig hebt.

1

Dit heb je n odig: – water – 1 theelep el zuivering szout – 10 theele pels bloems uiker – een maa tbeker – een glas – een lepel

Voer het stappenplan uit. STAP 1: Zet alle stappen in de juiste volgorde. STAP 2: Schrijf het recept op zodat je het zelf kunt maken.

42

Roer goed.

Doe citroensap bij het water.

Proef de limonade.

Doe 1 theelepel zuiveringszout bij het suikerwater.

Doe 10 theelepels suiker bij het citroenwater.

1

Doe water in de maatbeker tot hij halfvol is.

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 5

Talent2 Projectbundel 1.indd 42

30/01/18 10:30


Priklimonade Dit heb je nodig: – – – – – –

water 1 theelepel zuiveringszout 10 theelepels bloemsuiker een maatbeker een glas een lepel

Zo doe je het: 1 Doe water in de maatbeker tot hij halfvol is. 2 3

4

5 6

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 5

Talent2 Projectbundel 1.indd 43

43

30/01/18 10:30


Recept 4: Popcorn Maak je eigen popcorn. Heerlijk smullen! 1

Maak een tekening bij elke stap.

Dit heb je nodig:

– – – – – –

een zakje maïskorrels olie een pan met deksel zout of suiker een kookvuur ovenwanten

Popcorn

Zo doe je het: 1 Doe olie in de pan en strooi er maïskorrels in. Zorg ervoor dat de bodem bedekt is.

44

2 Doe het deksel dicht en schud met de pot. Zo zijn alle korrels bedekt met olie.

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 5

Talent2 Projectbundel 1.indd 44

30/01/18 10:30


2

3 Zet de pan op het vuur tot je enkele seconden geen plof meer hoort.

4 De popcorn is klaar. Kijk, maar doe eerst ovenwanten aan!

5 Strooi er wat zout of suiker over.

6 Smakelijk!

Maak samen popcorn. Volg het recept.

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 5

Talent2 Projectbundel 1.indd 45

45

30/01/18 10:30


Recept 5: Eetbare scrub Verwen elkaar met zachte handen! Maak je eigen eetbare scrub.

1

W

de scrub Om je huid zachter te maken, gebruik je een scrub. Scrub is zoals zeep, maar dan met korreltjes erin. Die korreltjes schuren je huid zodat ze zachter wordt.

Maak eetbare scrub. Volg het recept.

Eetbare scrub Dit heb je nodig: – – – – – –

2 kopjes suiker een kopje olijfolie het sap van 2 citroenen een theelepel maanzaadjes een mengkom een citruspers

Probeer het uit:

Zo doe je het: 1 Doe 2 kopjes suiker in een mengkom. 2 Pers 2 citroenen met de citruspers. 3 Roer het citroensap door de suiker. 4 Giet er een kopje olijfolie bij. 5 Voeg een theelepel maanzaadjes toe. 6 Meng alles door elkaar.

1 Smeer het op je handen. Proef er maar eens van! 2 Spoel je handen af. 3 Droog je handen af. Voel je hoe zacht ze zijn?

46

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 5

Talent2 Projectbundel 1.indd 46

30/01/18 10:30


2

Omcirkel wat je nodig hebt om het recept te maken.

Projectbundel Wist je dat? - activiteit 5

Talent2 Projectbundel 1.indd 47

47

30/01/18 10:30


WIST JE DAT? Een volledig productoverzicht vind je op www.talentvoortaal.be

Cover en lay-outconcept: HarderBetterFasterStronger Opmaak: Crius Group Tekeningen: Tineke Meirink Eerste druk 2018 ISBN 978-90-306-8248-6 D/2018/0078/109 Art. 569662/01 NUR 191

De uitgever heeft ernaar gestreefd de relevante auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Wie desondanks meent zekere rechten te kunnen doen gelden, wordt verzocht zich tot de uitgever te wenden.

ISBN 978-90-306-8248-6 569662

vanin.be

9 789030 682486

Talent2 Projectbundel 1.indd 48

30/01/18 10:30


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.