Impact Natuurkunde proefhoofdstuk

Page 39

0.0 1.3

Weerstand Titel paragraaf

Berekenen Onderdeel

62 Een boormachine werkt op een spanning van 230 V. Rekenvoorbeeld 2 Een monteur laat per ongeluk een ringsleutel op de polen van de accu vallen. Zo’n sleutel is kort en dik en heeft dus een heel lage weerstand: ongeveer 0,01 Ω. Er gaat nu een heel grote stroom lopen: U=I×R 12 V = I × 0,001 Ω 12 V I= = 1 200 A 0,001 Ω

De stroomsterkte door de boormachine is 2,3 A. a Bereken de weerstand van de boormachine. Een computer is aangesloten op een spanning van 230 V. De stroomsterkte is dan 4,0 A. b Bereken de weerstand van de computer. Een luidspreker is aangesloten op een versterker. De stroomsterkte is 4,0 A. De luidspreker heeft een weerstand van 4,0 Ω. c Bereken de spanning over de luidspreker. d Bereken de stroomsterkte die door de luidspreker gaat als de spanning 10 V wordt.

Het vermogen is dan: P = U × I = 12 V ×1 200 A = 14 400 W = 14,4 kW Dat is voldoende om een flinke brand te veroorzaken!

De weerstand van een apparaat is niet altijd hetzelfde. Een föhn heeft verschillende standen. In de stand waarin hij het grootste vermogen levert, is de weerstand het laagst. De weerstand van een gloeidraad in een broodrooster neemt toe naarmate de draad warmer wordt.

Opgaven bij berekenen 61 Geef van elk van de volgende beweringen aan of deze waar of niet waar is. Als de bewering niet waar is, verbeter je deze zodat een bewering ontstaat die wel waar is. a Voor de eenheden geldt: ohm = volt × ampère. b Bij een constante weerstand is de stroomsterkte evenredig met de spanning. c 0,252 kΩ is hetzelfde als 252 Ω. d Als je een weerstand van 24 Ω aansluit op een spanningsbron van 12 V, gaat er een stroomsterkte van 2 A lopen. U e De formule U = I × R is hetzelfde als R = I

H1

Licht Elektrische en kleur apparaten

FIG 53

63 Een stofzuiger heeft een vermogen van 1,8 kW. Hij werkt op het lichtnet (230 V). a Bereken de stroomsterkte door de stofzuiger. b Bereken de weerstand van de stofzuiger.

64 a Bereken de stroomsterkte door een gloeilamp van 230 V, 40 W.

b Doe hetzelfde voor een lamp van 230 V, 100 W. c Laat met een berekening zien welk van beide lampen de grootste weerstand heeft.

65 Twee gloeilampen hebben beide een vermogen van 55 W. De ene gloeilamp is voor in huis, de andere is een koplamp van een auto en werkt op 12 V. a Leg in je eigen woorden uit welke lamp de grootste weerstand heeft. b Bereken voor beide lampen de weerstand.

43


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.