1
Vul de namen in op de kaart. Gebruik de letters die er achter staan. Groningen (provincie) (Gr) Middelburg (Mi) Noord-Brabant (NB) Haarlem (Ha) Zwolle (Zw)
2
Zoek de nummers op de kaart. Welke plaatsen of provincies zijn het? 1
4
2
5
3 3
Kleur op de kaart de grens van de provincies. Gelderland: geel Zuid-Holland: paars Friesland: groen Drenthe: rood
4
Vul de namen van de wateren in op de kaart. Oosterschelde (Os), IJsselmeer (IJsm), Maas (Ms) Zoek de letters op de kaart. Welke wateren zijn het? a b c
5
Teken het volgende op de kaart: Op de Waal een binnenvaartschip. Op de IJssel een kano. Op de Afsluitdijk een auto. In de Biesbosch een vogel. Op de Vaalserberg een vlag.
11