Getuigenissen In de behandeling werd er ook een chemotherapie voorgeschreven, dat was wel een zware dobber. Ik werd daarvoor opgehaald en teruggebracht door een vervoerdienst, lieve mensen dat wel, maar zij onderschatten wel de impact ervan. Je bent doodmoe en niet elk vervoermiddel is even comfortabel, dus hoe korter de rit en hoe zwijgzamer de chauffeur hoe beter. Ook het bij elkaar zitten was niet altijd even prettig, niet alle verhalen waren opbeurend, niet elke stiekeme vergelijking met lotgenoten moedgevend. Ik had er wel de voorkeur aan gegeven om deze kuur in rust en stilte te beleven want je werd er doodmoe van met akelige hartkloppingen en warmte opstoten. Doch al bij al ben ik de huidige wetenschap en haar b eoefenaars meer dan dankbaar om mij nog (hopelijk) veel levensjaren te schenken. Het feit dat ik wel geplaagd wordt door een frequent en soms dringend toiletbezoek is een tol die ik hiervoor graag betaal. Een opmerking moet mij toch nog van het hart: de reactie van veel goedmenende evennaasten als zij horen dat je in behandeling voor of beter tegen kanker bent, is de uitspraak “Vechten hé, laat u niet doen, volhouden!” Een vriendelijke maar rare opmerking, hoe moet je nu vechten tegen zo’n ziekte? Doen wat de geneeskunde je voorschrijft, dat wel, maar verder? Het klinkt precies alsof het aan jezelf ligt als het ongunstig evolueert, wat natuurlijk pure onzin is maar in zo’n kwetsbare toestand klinken bemoedigende woorden beter anders. Dat u dit alles kon lezen hebt u op de eerste plaats te danken (of te wijten?) aan de dokters die voor mijn genezing zorgden. Zonder hun professionele bekwaamheid en begripsvolle omgang met de patiënt stond hier een totaal ander verhaal en niet door mij geschreven.
80