Rotterdam topsport magazine zomer

Page 51

TALENT AAN HET WOORD

“BIJ SQUASH HEB JE ALLES NODIG, VAN TECHNIEK EN SNELHEID TOT GOED NADENKEN” Het Nederlandse squash speelt straks een rol op mondiaal topniveau. Realiteit of utopie? Of Fleur Maas inderdaad wereldkampioene gaat worden, valt niet te voorspellen. Bij de jeugd tot de besten van de wereld behoren, is één. Bij de senioren begint een talent – hoe groot ook – meestal weer onder aan de ladder. Duidelijk is echter wel dat het financiële aspect een belangrijke rol speelt in het verhaal van een mogelijke wereldtitel. Van de minder draagkrachtige Squash Bond Nederland valt ondanks alle goede wil wat dat betreft weinig steun te verwachten. Maas’ bondstrainingen worden betaald maar daarmee is de portemonnee al zo goed als leeg. Grote buitenlandse toernooien komen daarom vooral voor rekening van haar ouders. Rackets en toebehoren komen van haar sponsors Prince en Squashwebwinkel. Niet toevallig werd onlangs in huize Maas de zoektocht naar nieuwe sponsors geopend.

Internationaal succes In het welslagen van haar missie om Nederland als squashland op de kaart te zetten, vertolkt Fleur Maas zelf één van de hoofdrollen. Een vaderlandse squashcultuur is mede afhankelijk van háár resultaten. Heeft een (kleine) sport geen spelers tegen wie wordt opgekeken dan is dat in veel gevallen dodelijk. Internationale successen van de leerlinge van Thorbecke Topsport zullen squash in Nederland ongetwijfeld een boost geven. Toegegeven: op een 38ste plaats van de wereldranglijst hebben ‘We’ Milou van der Heijden. En op 58 zien ‘We’ – na de zwangerschap van haar tweede kind – inmiddels ook weer Natalie Grinham. Maar daar doet nuchter Nederland het niet voor. Nuchter Nederland wil winnaars! Fleur Maas zou dat straks zo maar kunnen zijn. “Ik wil de vrouwelijke Epke Zonderland worden,” laat ze niets aan haar ambities te raden over.

“Hij combineert topsport en studie. Hij is wereldkampioen en studeert medicijnen. Dat wil ik ook. Ik wil kinderarts worden.”

Simpel De mentaliteit en de nuchterheid om beide doelen te bereiken, heeft ze dus. De kern van topsport (en studie) is willen winnen en willen slagen en die eigenschappen – zo bewees ze sinds ze op haar zevende voor het eerst met een racket tegen squashballetje sloeg – zijn in ruim voldoende mate aanwezig. “De enige plek waar je goed staat op de baan is de plek vanwaar je de bal kan terugslaan, zegt mijn vader altijd. Daar ben ik het wel mee eens. Want zo simpel ligt het eigenlijk,” stelt de speelster van het Rotterdamse Victoria zakelijk.

Regisseur Om haar sportieve doelen te bereiken, traint Fleur Maas 12 tot 14 uur per week. Daarbij heeft ze de onvoorwaardelijke steun van bondscoach Ronny Vlassaks, daarin bijgestaan door haar clubtrainer Stephen Cooke. Met Vlassaks als regisseur van haar carrière en als performance trainer en Cooke als de verantwoordelijke voor techniek en racket skills wordt Maas – ook al gezien haar nog jonge leeftijd – een uitgebalanceerd programma geboden.

Explosiever “Het gaat goed,” zegt ze. “Over de lengte van mijn slagen en mijn service ben ik tevreden maar ik moet wel explosiever worden. Mijn startsnelheid moet omhoog en ik moet leren om aanvallender te spelen,” kent ze haar verbeterpunten. “Bij squash heb je alles nodig, van techniek en snelheid tot goed nadenken. Want squash is ook een denksport. Het is een combinatie van denken en doen. Je kunt denken en niet doen, je kunt doen en niet denken. Daarin moet je het juiste evenwicht zien te vinden.” (Rob Weeda)

magazine

51


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.