Automation Magazine nr 201 (NL)

Page 1

driemaandelijks tijdschrift over industriële automatisering en aandrijftechniek

september 2015 NR 201

DOSSIER ROBOTICA

Driemaandelijks tijdschrift van FIMOP & Belgitrans - 45e jaargang September - oktober - november 2015, Afgiftekantoor Turnhout - P309959

‘KMO’s moeten kiezen voor robotisering’

p27 - Hogescholen enthousiast over Industrial Automation Academy (IAA) p33 - Newson wil wereldleverancier spiegelactuatoren worden p39 - Festo en Laborex reinigen treinen


De ErP-richtlijn – noodzakelijk kwaad of business opportunity? Eaton biedt een ruim assortiment van producten om energie-efficiënte motoren voor allerlei toepassingen te starten, schakelen en beveiligen.

Motorstarter MSC

“De ErP-richtlijn is een noodzakelijk kwaad.” “De ErP-richtlijn opent een wereld van kansen.” PowerXL DE1 Variabele Speed starter

PowerXL DA1 frequentieregelaars

Welke bewering is juist? Beide? Met Eaton’s uitgebreide assortiment ErP-ready oplossingen kunt u de regelgeving naleven en profiteren van de kansen die deze richtlijn biedt voor het verbeteren van de energieefficiëntie en het verlagen van de kosten. U kunt de wet-en regelgeving op een eenvoudige wijze naleven met ons assortiment van betrouwbare motorstarters en variabele frequentieregelaars van wereldklasse. Voor variabele-snelheidtoepassingen hebben we met de PowerXL DE1 een nieuwe productcategorie geïntroduceerd – de eenvoudigste manier om uw IE2- en IE3-motoren te regelen en uw bedrijfsactiviteiten voor te bereiden op de toekomst. Ga naar onze website om te ontdekken hoe u aan de ErPrichtlijn kunt voldoen. Op onze website vindt u bovendien handige selectietools. Het zou een belangrijke stap kunnen zijn naar een meer energie en kosten-efficiënte toekomst. Voor meer informatie ga naar eaton.be/moem-ee

Kies vandaag voor energie-efficiëntie. Open morgen een wereld van kansen.


edito door Yves Meulenijzer voorzitter fimop

Stilstand is achteruitgang Zoals beloofd ligt voor u vandaag het Automation Magazine nieuwe stijl. Naast een nieuwe look & feel, inclusief opgefrist logo, zijn we trots op de nieuwe redactionele aanpak onder impuls van de nieuwe realisator Magenta Uitgeverij. Automation Magazine 201 is het orgelpunt van een lange zoektocht om ons vertrouwde magazine klaar te stomen voor het veranderende mediaklimaat en voor de vele uitdagingen die de komende jaren ongetwijfeld zullen tekenen. De samenwerking met Magenta Uitgeverij lag daarbij voor de hand als één van de weinige spelers die zowel hun sporen hebben verdiend met print en online media. Vanaf heden staan zij in voor zowel de driemaandelijkse uitgave van Automation Magazine als ons nieuwe online portaal www.automation-magazine.be. Ik wil daarom Jean-Charles en zijn team feliciteren met de eerste resultaten van hun gedreven inzet.

‘Voor het eerst bereiken we het minimum dat elk jaar nodig is om de knelpuntvacatures in te vullen bij onze technologiebedrijven en in de maakindustrie.’

Ook op het inhoudelijk vlak is er gesleuteld aan Automation Magazine, naast een aantal nieuwe rubrieken willen we de mens achter de technologie meer naar de voorgrond halen. We laten specialisten en ervaringsdeskundigen aan het woord rond een specifiek thema. Laat het nu net in deze editie rond robotisering draaien, voor de ene het paard van Troje, voor de andere de enige uitweg om Europa opnieuw competitief te maken. Het zal u niet verwonderen dat wij tot het kamp van de believers behoren. Niet alleen de inzet van robots, maar automatisering in het algemeen is onze beste garantie om onze alom geprezen welvaartsstaat in stand te houden.

Om al die robots & automatiseringprojecten op te zetten en draaiend te houden hebben we nood aan gedreven technici en ingenieurs. Het doet me dan ook plezier te vernemen dat voor het tweede jaar op rij er een sterke stijging is van het aantal ingeschreven studenten voor master en professionele bachelor ICT, professionele bachelor Technologie, master Industriële Wetenschappen & Technologie en ingenieurswetenschappen. Met ruim 4.000 inschrijvingen is dit een stijging van maar liefst 18 procent ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. Volgens Wilson De Pril, directeur-generaal van Agoria Vlaanderen, zullen wanneer deze trend zich doorzet, minstens 9.000 studenten kiezen voor een opleiding technologie. Daarmee bereiken we voor het eerst het minimum dat elk jaar nodig is om de knelpuntvacatures in te vullen bij onze technologiebedrijven en in de maakindustrie. Een kentering die we alleen maar kunnen toejuichen! En het zou nog beter kunnen indien we meer leden van het vrouwelijke geslacht konden warm krijgen voor een toekomst in de technologiesector. Wat in de wereld van ICT kan, moet ook mogelijk zijn voor de industriële automatisering. Misschien ligt daar een uitdaging voor het lager onderwijs om reeds in een vroeg stadium meisjes en jongens spelenderwijs kennis te laten maken met technologie via praktische toepassingen. Enkele jaren geleden experimenteerden we bij FIMOP met een technologiebox waarmee we naar de lagere scholen trokken. Het zou mooi zijn indien hier een vervolg op kwam … automation magazine september 2015

3


colofon

FIMOP Belgische vereniging van fabrikanten, invoerders en verdelers van materiaal voor industriële hydraulica, pneumatica, automatisatie en aanverwante technieken. Lid van het Europees comité CETOP.

BELGITRANS Belgische beroepsvereniging voor industriële aandrijftechnieken: mechanisch, elektrisch, mechatronisch en hydrodynamisch.

vzw FIMOP Louizalaan 500 – 1050 Brussel tel. +32 471 20 96 73 info@fimop.be www.fimop.be

vzw BELGITRANS Villalaan 83 – 1190 Brussel tel. +32 2 534 15 15 info@belgitrans.be www.belgitrans.be

RAAD VAN BESTUUR Yves Meulenijzer: Voorzitter Jo Verstraeten: Ondervoorzitter Marcel De Winter: Secretaris Jeroen Dieusaert: Penningmeester Hugues Maes: Bestuurder Paul Vermeiren: Bestuurder Jean-Pierre Vanderkelen: Bestuurder

RAAD VAN BESTUUR Geert Heyvaert (MGH) Ludo De Groef (Esco Drives) Luc Van Hoylandt (Act in Time) Luc Roelandt (GKN Stromag Benelux) Bart Vanhaverbeke (Voith Turbo) Dick Ter Welle (Hansen Industrial Transmissions)

TOEZICHTHOUDERS Adriaan De Potter (Protec) Maciej Szygowski (Doedijns Fluidap)

TOEZICHTHOUDERS Marc Goos (Transmo)

LEDEN 2015 Abflex Group – Asco Numatics Benelux – Atlas Copco Compressors – Boge Compressors – Bosch Rexroth – Brevini Fluid Power – Burkert Contromatic – Clippard Europe – CQS Technologies – Compair Geveke – Decleer-Gaelens & Partners – Doedijns Fluidap – Donaldson Ultrafilter – EFC – Eriks – Euregio Hydraulics – Festo Belgium – Fluidtech – Gates Europe – Hansa-Flex – Hydac – Hydraulic Assistance – Hydraumec International – Hydrauvision – Hydro Tools – Ingersoll Rand Benelux – IPAR Industrial Partners – K-Flex – Manuli Fluiconnecto – Motrac Hydraulics – Norgren – Pall Belgium – Parker Hannifin – Pirtek Benelux – Poclain Hydraulics – Protec – Rem-B – Service Hydro – SDT International – SMC Pneumatics – Stäubli – Testo – Van De Calseyde – VB Parts Hydraulic – Vameco – Vansichen – Vermeire Motion – WTS Hydraulics

LEDEN 2015 ABB (Asea Brown Boveri) – Act in Time – ATB Automation – AVD Belgium – AZ Hollink Belgium – Bauer Gear Motor – Bege Aandrijftechniek – Brammer – Brevini Benelux – CET Motoren – Defawes – Eriks – Esco Drives – Gearcraft – GKN Stromag Benelux – Habasit Belgium – Hansen Industrial Transmissions – KTR Benelux – MGH – Motoren Francoys – Optibelt – RB Solutions – Renold PLC – Rotero Belgium – SEW-Eurodrive Belux – Siemens – SKF Belgium – Tas L & Co – Transmo – Van Houcke – Vialec – Voith Turbo – WEG Benelux – Yaskawa Europe

3

20

9

AUTOMATION MAGAZINE Automation Magazine is een driemaandelijkse uitgave van de beroepsverenigingen FIMOP en Belgitrans. Het verschijnt in maart, juni, september en december. REDACTIE redactie@automation-magazine.be www.automation-magazine.be ADVERTEREN Jean-Charles Verwaest, tel. +32 475 44 57 91 adverteren@automation-magazine.be

26

VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Yves Meulenijzer vzw FIMOP Louizalaan 500 – 1050 Brussel info@fimop.be www.fimop.be REDACTIECOMITE Ing. René Decleer, Ludo De Groef, Hugues Maes, Yves Meulenijzer (Voorzitter), Ing. Roger Stas SECRETARIAAT Gerda Van Keer, tel. +32 471 20 96 73 gerda.vankeer@fimop.be info@automation-magazine.be REALISATIE Magenta Uitgeverij Designcenter De Winkelhaak Lange Winkelhaakstraat 26 – 2060 Antwerpen info@magenta-uitgeverij.be LAY-OUT Ruth Vanvelthoven OPLAGE 8.000 ex. NL + 3.000 ex. FR De advertenties en artikelen in Automation Magazine worden ter goedkeuring voorgelegd aan het redactiecomité. Alle advertenties die betrekking hebben op technieken en producten voor industriële automatisering komen in aanmerking voor publicatie. Alle artikelen en nieuwsberichten zijn door de redactie geselecteerd. Zij verschijnen gratis en bevatten geen publiciteit. De auteurs zijn verantwoordelijk voor hun teksten. Automation Magazine paraît aussi en français. FIMOP 2015

©

4

31

43


inhoud

3

‘Automatisering is de beste garantie om onze alom geprezen welvaartsstaat in stand te houden.’

9

‘Ook in China start een robotisatiewedloop, want arbeid wordt er duurder.’

P3 EDITO: ‘Stilstand is achteruitgang.’ P4 INHOUD P7 Een nieuw tijdperk voor Automation Magazine P9 DOSSIER ROBOTICA: De robot als co-arbeider

20

‘Er is nood aan een nieuwe en betere testcapaciteit van de transformatoren voor windturbines.’

P13 Hoe slim mag een robot worden? P14 Zora, Mario, Pepper en de anderen … P15 Zes regels voor goed robotgebruik P17 Scaldis van Sneyders vaste waarde in vulmachines

26

‘De Vlaamse hogescholen zijn enthousiast over de Industrial Automation Academy (IAA), een initiatief van Beckhoff, SMC Pneumatics en SICK.’

31

‘Een scherpe prijs én een superieur product zijn cruciaal om in de wereld van machinebouwers voet aan de grond te krijgen.’

43

‘De student van de toekomst heeft voor het vergaren van kennis geen aula meer nodig, maar wel een internetaansluiting.’

automation magazine september 2015

P18 Lineaire elektrische aandrijvingen: opportuniteit of bedreiging? P20 Een nieuwe vermoeidheidstest voor transformatoren P23 V1S Unit redt seizoen van vissersboot P25 OPLEIDING: ‘Dit is voor studenten hun eerste contact met de industrie.’ P31 INTERVIEW: Newson maakt laserafbuigsystemen P37 Festo en Laborex reinigen NMBS-treinen P39 PRODUCTEN P43 Automation-Magazine.be bouwt aan Techniek ‘Community’ P45 TECHTELEX P46 OPINIE: ‘Opleiding, kiezen voor interesse of voor job?’

5


Integrated drive systems partner

Servomotoren & Drives

Uit voorraad

VERMEIRE TRANSMISSIONS + 32 (0)87 32 23 60 info@vermeire.com www.vermeire.com

VERMEIRE ANDRIJVINGEN + 32 (0)9 222 57 61 gent@vermeire.com www.vermeire.com

VERMEIRE SARL + (352) 26 52 13 01 info@vermeire.com www.vermeire.com

SERAX TRANSMISSIONS 0 825 827 124 serax@vermeire.com www.serax.fr


fimop/belgitranS

EEN NIEUW TIJDPERK VOOR AUTOMATION MAGAZINE ‘We zullen verdrinken in informatie en hunkeren naar kennis’, schreef John Naisbitt in zijn boek Megatrends uit 1982. FIMOP en Belgitrans willen u inspireren met de juiste, relevante informatie. De inmiddels 86-jarige Naisbitt voorspelde haarscherp de huidige informatiemaatschappij met alle negatieve ‘infobesitas’-uitwassen, want we worden dagelijks overspoeld met nutteloze informatie. Automation Magazine wil zowel in print als digitaal de Belgische marktleider zijn voor relevant nieuws over industriële automatisering en aandrijftechniek. Het is de ambitie van Automation Magazine om u telkens met dit nieuws te inspireren. Voor het volgende nummer 202 dat in december verschijnt, willen we dit doen rond het thema ‘Veiligheid’, en dit in alle deelgebieden waarin de leden van FIMOP en Belgitrans actief zijn.

frissere stijl en het nieuwe ‘Anvers’-lettertype maakt het magazine toegankelijker. Inhoudelijk willen we altijd de mens centraal stellen en aan de lezers vooral concrete technische toepassingen tonen’, aldus JeanCharles Verwaest die met Magenta Uitgeverij de nieuwe realisator is. Tot slot past hier namens FIMOP/Belgitrans een hulde aan de leden van de redactieraad van Automation Magazine: voorzitter Yves Meulenijzer, Ing. Roger Stas – jarenlang de verantwoordelijke uitgever van Automation Magazine – Ing. René Decleer – oudvoorzitter van FIMOP – Ludo De Groef van Belgitrans en verantwoordelijk coördinator Hugues Maes. Zij ondersteunen de verandering en met hun expertise en professionaliteit waarborgen ze de continuïteit en kwaliteit van het magazine. In de toekomst wil FIMOP/ Belgitrans de redactieraad verder uitbouwen met nog andere experts. DRIEMAANDELIJKS TIJDSCH RIFT OVER INDUSTRIËLE AUTOMATISERING EN AANDRIJFTECHNIEK

SEPTEMBER 2015

NR 201

‘Het nieuwe logo behoudt de rijke geschiedenis van Automation Magazine, maar maakt het magazine frisser, trotser en krachtiger.’ Automation Magazine startte in mei 1970 onder de naam Hydropneuma. Pas in 2002 duikt ‘Automation’ in de titel op – om FIMOP en Belgitrans samen te brengen – en tot het vorige feestnummer 200 prijkte er nog een kleine boventitel met ‘Hydropneuma’ op de cover. Dat is nu niet meer het geval want een nieuw tijdperk voor Automation Magazine is aangebroken.

‘De vette hoofdletters maken de titel krachtiger en hedendaagser. Zonder echt radicaal te breken met het verleden – daar is de opgebouwde reputatie van Automation Magazine te kostbaar voor – krijg je een

automation magazine september 2015

‘KMO’s moeten voor robotiseringki’ezen Driemaandelijks tijdschrift van FIMOP e Afgiftekantoor Turnhout - P309959 & Belgitrans - 45 jaargang

De nieuwe richting wordt ook in de verf gezet door de subtiele verandering van het logo van Automation Magazine. De contrastkleuren blauw en rood blijven in de titel aanwezig en verhogen de herkenbaarheid, maar de titel wordt strakker en opvallender.

DOSSIER ROBOTIC A

p27 - Hogescholen entho usiast over Industrial Automation Academy (IAA) p33 - Newson wil were ldleverancier actuatoren worden p39 - Festo en Laborex

reinigen treinen

www.magenta-uitgeverij.be

7


Vanessa Vankerckhoven, CEO & co-founder Novosanis

8 Professor Bram Vanderborght


Dossier WOORD Alfons Calders | BEELD Wim Daneels

Worden intuïtief inzetbare robots dé toekomst van onze KMO’s?

DE ROBOT ALS CO-ARBEIDER België is – volgens de statistieken – reeds jaren een land met een hoge robotpopulatie. Dat komt omdat we verschillende autoassemblagefabrieken hadden. Nu is de volgende generatie robots op komst en deze mechanische helpers zullen dienst doen als collega bij de KMO om de hoek. In de Belgische ‘robot’-statistieken staan de geleverde units genoteerd vanaf 1960, waarbij aan robots een ‘werkende’ lifetime van 12 tot 15 jaar wordt toegekend. Dit heeft niets met de tewerkstelling van robots in KMO’s te maken. Deze is momenteel vrij beperkt. Toch is de KMO volgens alle recente economische studies dé toekomstige robotgroeimarkt. De industriële robot zoals wij die nu kennen, is hier echter voor ongeschikt. De nieuwe generatie ‘intuïtief inzetbare’ robots komt er aan. Over deze toekomstvisie een gesprek met prof. dr. ir. Bram Vanderborght, Robotics & Multibody Mechanics Research Group van de Vrije Universiteit Brussel. automation magazine september 2015

Waarom zijn de KMO’s de belangrijke groeimarkt van de toekomst? Bram Vanderborght: ‘Volgens Eurostat 25/04/2009 vormen de KMO’s en microbedrijven 99,8 procent van de 20,2 miljoen EU niet-financiële bedrijven. KMO’s bieden ook 67 procent van alle niet-financiële jobs aan en 58 procent van de totale added value. En hun tewerkstelling groeit: in de periode 2004 tot 2006 met 5 procent, terwijl in de grote bedrijven het personeel in dezelfde periode daalde met 3 procent. Microbedrijven (18,5 miljoen stuks) stellen minder dan 10 personen te werk, maar zijn niet onbelangrijk, want dankzij de inzet van technologie en automatisering verzetten ze dikwijls toch heel wat productie.’ 9


‘Ook in de kleine bedrijven staat en valt alles met de productiviteit van de arbeid. De productiviteit in productie zou – volgens Eurostat – in de grote bedrijven 50 procent hoger liggen dan in KMO’s. Dus in de KMO moet ze omhoog. Wel met de moeilijkheidsgraad dat doorgedreven automatisering niet evident is, gezien flexibiliteit hun specialiteit en overleving is. Programma’s zoals ‘Make different’ van Sirris en Agoria trachten KMO’s bewust te maken dat ze aan de integratie van automatisering – onder meer door robotica – in hun flexibele werkplaatsen moéten werken.’ Wat houdt dan KMO’s tegen om robots te plaatsen? ‘In massaproductielijnen – zoals in de autoassemblage – geven robots de flexibiliteit om aan klantwensen aangepaste versies te realiseren. Voor de productie van kleine aantallen en ‘unieke’ onderdelen – de niche van de KMO’s – wordt de robot echter nog steeds als te inflexibel en te duur ervaren. Behalve voor specifieke niches zoals lassen of paletiseren. Ook hebben de configureerbare robotoplossingen van RoboJob voor het beladen van CNC-draaibanken gezorgd voor honderden robots in metaalverwerkende KMO’s.’

‘Al zullen KMO’s pas robottoepassing zien zitten vanaf het ogenblik dat men deze intuïtief taken kan aanleren, vanaf dat ze een smart-gedrag ‘in real time’ vertonen. Vanaf dat ze veilig kunnen samenwerken met mensen en zich flexibel ‘aanpassen’ aan deze menselijke co-worker. Dan kunnen ze – door het ergonomischer maken van de werkpost – een drastische efficiëntieverhoging van elke productiemedewerker realiseren. ‘Smart collaborative robots’ zal een boost geven aan de robotmarkt. Men spreekt over een markt tegen 2020 van 1 miljard dollar.’ ‘De robotindustrie speelt in op deze ‘potentiële’ markt. Ze is – via enorme researchinspanningen – aan een volledige transitie begonnen. De push komt in de EU vanuit de SPARC-projecten. Waar de vroegere EUprogramma’s vooral ‘excellent science’ nastreefden is in Horizon 2020 de focus verschoven naar het ontwikkelen van oplossingen voor de Europese industrieelmaatschappelijke vraagstukken. Hierbij gelooft men sterk in de toekomstige impact van robotica en in het onuitgebaat potentieel dat zit in het laten samenwerken van mens en robot waarbij beide sterktes worden gecombineerd.’

‘Technische medewerkers zijn duur en moeilijk te vinden. KMO’s moéten de richting van robotisering in.’

‘Het blijven echter uitzonderingen. Ook al is de robot – de mechanische arm met zijn aandrijvingen en de sturing – betaalbaar geworden. Maar elke robotapplicatie vergt het schrijven van complexe software. Elke verandering aan het werkstuk – zelfs details – vergt tijdrovende programmatie. Programmatie waarvoor KMO’s de mensen niet in huis hebben. En dan zit men met ‘rigide’ lijnen waarbij de locatie van het werkstuk steeds exact dezelfde moet zijn, waarbij de inklemming van elk werkstuk maatwerk is, ... waarbij rond de robot een veiligheidshekwerk moet staan ... Er zijn wel evoluties – zoals het off-line programmeren – die tegemoet komen aan de verzuchting van minder productiestilstanden bij éénstukproductie. Maar voor de KMO blijft de drempel hoog: robotautomatisering vergt een specialisme en investeringen die ze vandaag niet aandurven.’ Is het dan wishfull thinking dat de robotisering in KMO’s er snel komt of gaat men ze betalen met jobverlies? ‘Integendeel. KMO’s voelen de druk op de kosten. Ze weten ook dat lagere tewerkstelling quasi niet meer mogelijk is. Hun structuur is dikwijls niet bij machte om zomaar elders te gaan produceren. En technische medewerkers zijn duur en moeilijk te vinden. Ze moéten de richting van robotisering in.’ 10

‘En er is China, wat alle robotconstructeurs, ook deze uit het Oosten, over de streep heeft getrokken. Daar start een robotisatiewedloop want arbeid wordt er duurder. De bevolking wordt ouder en eist meer ergonomie. Zij zijn dé toekomstmarkt, voor de huidige, maar ook voor de automatische co-arbeiders die een ‘smart transition’ van manuele naar automatische productie zou toelaten.’ Wat wordt dan de toekomstige smart robot? ‘In de nieuwe roboteisen is prioritair: goedkope automatisering die ongestructureerd jobs aankan. De handigheid – de ‘intelligente sensoring’ – mag van de mens blijven komen, maar de robot moet de onergonomische en repetitieve taken overnemen. We spreken dus over veilige hybride mens-robot werkplaatsen. Maar ook ‘betaalbare’ werkplaatsen zonder dure afschermingen, beveiligingen, beveiliginssoftware. Goedkoop betekent ook dat de programmeerkost per werkstuk (bijna) zero moet zijn. En een installatie moet ‘mobiel’ zijn: ze moet niet rondwandelen, maar gemakkelijk te verplaatsen, te installeren en op te starten zijn.’ ‘Vandaag is de industriële robot een ‘vrij programmeerbare mechanische arm’ waarbij de ‘intelligentie’ dient om de ‘gewenste’ posities (vooral


repetitief ) correct te bereiken. De nieuwe generatie – vandaag reeds het schuchtere aanbod van alle grote robotfabrikanten – moet veel meer ‘intelligentie’ (dus basisintelligentie) bevatten. De robotcontroller zal zeer intelligent moeten worden en er komt een markt voor ‘apps’ op de robotsturing om bedrijven en KMO’s te helpen bij het realiseren van ‘hun’ specifieke hybride ‘robot-mens’ productielijn.’ Is dat niet onrealistisch en onbetaalbaar voor robots? ‘Men is zich er misschien weinig van bewust, maar we zitten in een wereld waar gigantisch veel software wordt gerealiseerd. De eigenschappen (en de prijs) van een apparaat wordt niet meer bepaald door de mechanische opbouw, maar is in functie van de ingebedde ‘intelligentie’-software.’ ‘Software is de booming business voor de jongeren. En dus moeten ICT en ‘leren programmeren’ dominante eindtermen in de jongerenopleidingen worden. We moeten naar een hype van hippe ICT-hobbyclubs, een uitbouw van initiatieven zoals Coderdojo, RoboCup Junior, FabLabs ... Mensen van niveau moeten – zoals nu met de muziek- en balletschool – het gevoel krijgen dat hun kinderen daar niet kunnen wegblijven. We moeten naar ICT/robot-competities met dezelfde media-impact als vandaag de voetbalcompetitie. Want

automation magazine september 2015

anders verliezen we de volledige industriële markt aan de ‘ICT-sterke landen’ zoals China, het Verre Oosten, Oost-Europa ...’ ‘Men mag aannemen dat de industriële robot eenzelfde evolutie zal kennen zoals deze die er is geweest voor de computer. De computers van de jaren 1960-’70 hadden wat rekencapaciteit en het ganse programma waren ponskaarten, het resultaat een listing. Programmeren vergde specialisten en veel tijd. De PC met zijn basisprogrammatuur (tekstverwerker, rekenpakketten, CAD, ...) verhoogde de efficiëntie van de ‘administratieve’ taken zonder dat de gebruiker iets moest kennen van programmeren. Voor sommige toepassingen was er nog heel wat kennis of ‘configureren’ nodig. Vandaag hebben we internet, iPhone met apps die ons de weg wijzen, voor bankverrichtingen, die ons in een virtuele wereld brengen ... We kunnen ze intuïtief gebruiken zonder enige programmeerkennis, zonder zelfs het handboek te raadplegen. Een woordje uitleg en we zijn gestart.’ ‘Dat realiseren vergde jarenlange ICT-ontwikkeling in enorm intelligente toestellen en jaren programmeerwerk. Maar de verkochte aantallen maken dat dit titanenwerk een bijna te verwaarlozen deel is van de kostprijs van zulke toestellen. Meer nog: in de rand is

11


er een activiteitenbooming geweest en is men nog bezig om allerhande apps te ontwikkelen. Elke dag komen er duizenden bij. Vandaag zien we de ‘geboorte’ van de nieuwe industriële co-operatieve robot.’

‘Vandaag zien we de geboorte van de industriële co-operatieve robot.’

Is er wel een rol voor België en haar KMO’s in deze nieuwe industriële wedloop? ‘Ik denk dat robotisering de enige mogelijkheid is om maatschappelijke uitdagingen zoals de verouderende bevolking, het behoud van maakindustrie in Belgie, het verhogen van de productiviteit ... te counteren. De robottechnologie is de enige manier voor de Belgische KMO’s om Factories of the Future te worden.’ ‘Maar Belgische KMO’s zouden robots en hun addon’s (sensoren, specifieke toepassingsdomeinen via integratorspecialismen of apps) zelf ook als Products of the Future moeten zien. We hebben reeds technologieleveranciers zoals Softkinetic en Melexis voor sensoren of robotintegratoren zoals Robosoft voor het beladen van CNC-machines in KMO’s. En

hopelijk springen er KMO’s op ons onderzoekswerk rond exoskeletons en ander researchwerk die vandaag horizonten verleggen. De markt van de robots in 2025 wordt door McKinsey geschat tussen 1,7 en 4,5 triljoen dollar. Dat is te groot om daar niet een stuk van mee te nemen, zowel in hardware als software.’ ‘Maar we staan nog maar aan het begin van deze evolutie: de eerste nieuwe ‘coworker-robots’ worden door de robotfabrikanten gelanceerd. Maar het is nog onduidelijk wat de exacte applicaties van morgen gaan zijn. Er is daarom nog heel wat risico aan implementaties verbonden en dat moet met toepassingsgericht onderzoek worden overwonnen.’ ‘Daarom is de triple helix tussen industrie, overheid en universiteiten belangrijk. Dat is wat we in ons IWT/ Innoviris Claxon project – een toepassing bij Audi Brussel – doen: tools ontwikkelen voor een mens-robot samenwerking. Dergelijke projecten – die ook in de budgetmogelijkheden van KMO’s liggen – bijten de spits af richting smart production. En wie als eerste expertise heeft, heeft kansen in de markt van de robotapps, van nieuwe sensoren ... Dus ook KMO’s moeten wakker liggen van deze evolutie en geld vrij maken voor experimenten, voor softwareontwikkeling.’ www.vub.ac.be

BIO Bram Vanderborght - 35 jaar - ingenieur Werktuigbouwkunde (Vrije Universiteit Brussel, doctoraat in 2007) - in 2006 onderzoek bij Japans/Frans RoboticsLaboratory (JRL) in AIST, Tsukuba (Japan) op de humanoïdenrobot HRP-2 - 2007 tot 2010 post-doc onderzoeker aan het Institute of Technology in Genua (Italië) - sinds 2009 professor aan de VUB waar hij Mechatronics en Robotica doceert - sinds 2011 projectleider bij Universitatea BabesBolyai, departement Klinische Psychologie en Psychotherapie voor het ontwikkelen van een robot die assisteert in de therapie van ASS-kinderen - lid van Jonge Academie van de Koninklijke Vlaamse Academie van België voor Wetenschappen en Kunsten - specialiteit: cognitieve en fysische mens-robotinteracties op basis van nieuwe actuatoren

12


Dossier

Elon Musk

HOE SLIM MAG EEN ROBOT WORDEN? ‘Dit zijn de kalasjnikovs van morgen’, zeggen ongeruste wetenschappers over artificiële intelligentie (AI). Tesla-baas en SpaceX-oprichter Elon Musk, de Britse topfysicus Stephen Hawking en vele andere onderzoekers waarschuwen in een open brief voor autonome militaire robots. ‘De wapenwedloop van artificiële intelligentie kan het einde van de mensheid betekenen’, aldus de onderzoekers. Ook Demis Hassabis, de CEO van Google’s AI-lab Deepmind, zegt dat men nu moet ingrijpen vooraleer autonome wapens binnen enkele jaren realiteit zijn. Autonome wapens selecteren in de strijd zelf hun doelen. Er is dus geen enkele menselijke interventie, zoals bij drones. DARPA

Het Defense Advanced Research Projects Agency (DARPA), een onderdeel van het Amerikaanse ministerie van Defensie dat verantwoordelijk is voor de automation magazine september 2015

ontwikkeling van militaire technologie, werkte aan Atlas (van Boston Dynamics), een autonome robot die ingezet kan worden bij reddingsmissies. Volgens een aantal experts is de stap naar vechtrobots erg klein. Het Atlas-project – dat sinds 2011 al 100 miljoen dollar kostte – begon na de ramp in de kerncentrale van Fukushima. Werknemers van de vernielde centrale konden door de hoge stralingen niet ingrijpen. DARPA is ook bekend van de jaarlijkse Robotics Challenge met een prijzenpot van 3,5 miljoen dollar. WERELDWIJD VERBOD

In mei organiseerde de Verenigde Naties een internationale bijeenkomst over dodelijke autonome wapensystemen. Volgens de onderzoekers moet er een wereldwijd verbod komen op offensieve autonome wapens. Elon Musk investeert alvast 7 miljoen dollar in The Future of Life Institute, dat onderzoek zal doen

naar de gevaren van kunstmatige intelligentie. SCHRIK OVERDREVEN

Volgens professor Bram Vanderborght is de schrik voor artificiële intelligentie overdreven. ‘Ik betwijfel sterk dat deze doemscenario’s werkelijkheid kunnen worden. In zaken zoals schaken zijn computers inderdaad al bijna niet meer te kloppen, maar andere dingen zijn nog veel te moeilijk. Wel zorgt AI ervoor dat robots zich bewust worden van hun omgeving.’ ‘Oudere machines worden afgeschermd met een kooi om arbeiders te beschermen, nu hebben ze betere software en meer sensoren. Dat maakt intelligente fabrieksarmen mogelijk zoals Baxter van RethinkRobotics of de LBR iiwa van KUKA.’ www.darpa.mil www.kuka.com www.rethinkrobotics.com 13


ZORA, MARIO, PEPPER EN DE ANDEREN … Het grote publiek raakt er via de media stilaan mee vertrouwd: Zora, Mario, Yumi, Pepper … Het zijn namen van robots die ons leven makkelijker moeten maken. Ook in de industrie raken ‘humanoids’ ingeburgerd. In 2014 werden er wereldwijd 179.000 industrierobots verkocht. Masayoshi Son – de tweede rijkste Japanner – van technologieholding Softbank stelde recent Pepper voor, een robot voor kantoorwerk. ‘Pepper is de eerste robot die emoties van mensen kan interpreteren. Hij kan eenvoudige taken van administratief personeel of het onthaal van receptionisten overnemen’, vertelde Son aan de pers. Gasten van het Ghent Marriott Hotel worden voortaan verwelkomd door de mensachtige robot Mario. Hij is het broertje van Zora, de zorgrobot die reeds wordt ingezet in woonzorgcentra en ziekenhuizen. Hotelrobot Mario spreekt 19 talen en werkt aan de balie. Mario en Zora zijn producten van de robotmakers QBMT uit Oostende. Dat bedrijf is ook lid van de dit jaar opgerichte Belgische Federatie voor Robotica. De woordvoerster van deze vzw is voormalig VTM-gezicht en exnieuwsanker Lynn Wesenbeek. In het Nederlandse Eindhoven levert de start-up Smart Robotics robots als uitzendkracht. ‘We ontwikkelen robot-onafhankelijke software en interfaces waarmee 14

robots slim kunnen worden ingezet in de productie of logistiek’, aldus mede-oprichter Mark Menting. Smart Robotics koopt of least de robothardware bij robotmakers, stopt er zelfontwikkelde software in en verhuurt de robots vervolgens aan klanten. Mensen en werkpaarden

‘In het jaar 1900 telde Amerika 21 miljoen paarden. In 1960 waren er nog amper drie miljoen paarden over want door de uitvinding van de verbrandingsmotor waren werkpaarden overbodig geworden. Mensen gaan nog niet de werkpaarden achterna, maar ze moeten zich wel voorbereiden’, voorspellen Erik Brynjolfsson en Andrew McAfee in hun bestseller ‘The Second Machine Age.’ Het ziet ernaar uit dat in fabrieken mens en machine als ‘co-collega’s’ gaan samenwerken. De robot Yumi van het Zwitserse industrieconcern ABB – één van de grondleggers van de mondiale industriële robotica – was dé grote ster op de Hannover Messe dit jaar. Heel wat grote spelers investeren in deze toekomstmarkt: van Güdel en Stäubli in Zwitserland, tot Kawasaki, Mitsubishi FANUC en Epson in Japan, Comau in Italië en KUKA in Duitsland. De Keulse kunststofspecialist igus heeft een robolink D bouwdoos met een rechtstreeks aangedreven

scharnierarm van kunststof en aluminium. Hiermee kunnen klanten zelf vierassige robots bouwen voor amper 1.500 euro. Vansichen Lineairtechniek uit Hasselt zet alvast volop in op de bouw van robottracks, voor een perfecte beweging van robots tussen verschillende werkstations. Eerste robot met ‘gevoel’

De Belgische tak van KUKA in Houthalen is inmiddels uitgegroeid tot het grootste robotcentrum in de Benelux. Hier is men bijzonder trots op de LBR iiwa, die een nieuw hoofdstuk inluidt van de industriële robotica. LBR staat voor LeichtBauRoboter en iiwa voor ‘intelligent industrial work assistant.’ De LBR is de eerste seriematig geproduceerde krachtgestuurde robot die ingezet mag worden in Human Robot Collaborativetoepassingen (HRC). Deze flexibele robot kan op ‘gevoel’ monteren. Door de vele sensoren zal de robot alles in zijn omgeving detecteren en daarop inspelen. De LBR is dan ook uitstekend geschikt om breekbare en gevoelige materialen te monteren zonder deze te beschadigen. www.softbank.jp www.smartrobotics.nl www.qbmt.be www.igus.com www.fanuc.eu www.vansichen.be www.kuka.be


researcher Wim Lemkens (l.) en professor Peter Slaets (r.).

ZES REGELS VOOR GOED ROBOTGEBRUIK Docent Peter Slaets van Groep T Hogeschool gaf tijdens de beurs Vision & Robotics in het Nederlandse Veldhoven tips voor een efficiënt energieverbruik van machines. Groep T Hogeschool (KU Leuven - UC Leuven-Limburg) was aanwezig op de jaarlijkse Vision & Robotics vakbeurs in Eindhoven en presenteerde daar het Optimusproject. Groep T ontwikkelde een softwareprogramma waarmee KMO’s kunnen onderzoeken of robotgebruik voor hen interessant is. Zo krijgt de ondernemer een zicht op de investeringkost, de terugverdientijd en het prijskaartje van het onderhoud.

4. Targets niet in de uiterste In een derde deel onderzocht grenzen van het bereik plaatsen Groep T de juiste ‘bin picking’ (tot 50 procent besparing). programmatie, zodat bedrijven 5. Probeer grote rotaties van de ook hier via software en simulaties eerdere assen (1 en 2) te beperken. kunnen controleren wat voor hen 6. Vermijd inefficiënte configuraties, de voordeligste investering is in dit is typisch zichtbaar als een automatisatie. grote rotatie van één of meerdere www.groept.be assen die resulteert in slechts een kleineB(NL)-1071-BRG verplaatsing van het tcp. 90x130M_B(NL)-1071-BRG 90x130M 03.09.15 16:44 Seite

Smeringsvrije lagers makkelijk gemaakt

Een tweede onderdeel van het Optimus-project is het onderzoek naar energie-efficiënter robotgebruik. Onderzoeker Peter Slaets en zijn team stelden hier zes vuistregels voor op: 1. Joint bewegingen in plaats van lineaire bewegingen (10-15 procent besparing). 2. TCP (Transmission Control Protocol) snelheden tussen 100 mm/S en 1000-2000 mm/s (tot 75 procent besparing). 3. Beperk de nauwkeurigheid van de beweging waar deze minder belangrijk is (tot 40 procent besparing).

automation magazine september 2015

Draaien, zwenken, oscilleren, lineair verschuiven en bewegen met smeringsvrije kunststof glijlageroplossingen van igus . Smeringsvrij, lange levensduur en kosteneffectief voor een brede waaier aan toepassingsgebieden. igus.be/dry-techLager ®

Bezoek ons: Aquarama Trade Fair 2015 Leuven-Haasrode – Hal 34 Tel. 016-31 44 31 Fax 016-31 44 39

plastics for longer life

®

15


Simatic HMI: het venster op uw productieproces Eenvoudig overstappen naar de nieuwe Basic of Comfort Panels

SIMATIC HMI Panels zijn overal aanwezig in de meest verschillende toepassingen. Zij hebben niet enkel een uitmuntend innovatief design en uitstekende performantie, maar bieden u ook de garantie om uw installatie toekomstgericht en kostengunstig te automatiseren dankzij het vernieuwende engineeringsplatform TIA Portal. (Totally Integrated Automation Portal). De nieuwe SIMATIC HMI Comfort panels en Basic Panels zijn de opvolgers van de zeer succesvolle x77-panels en Multipanels. De x77 panels zijn op 1/10/2012 in uitloopfase gegaan en zullen vanaf 1/10/2014 niet meer verkrijgbaar zijn. Reserveonderdelen blijven weliswaar leverbaar tot 2022. Er zijn talrijke argumenten om snel over te stappen – uitgebreid aanbod aan schermgroottes, identieke cut-out voor meerdere modellen, intuïtieve configuratie, glashelder display. Geniet snel en eenvoudig van de technologische vooruitgang. Samen met u bekijken wij uw persoonlijke situatie en ondersteunen wij u bij al uw vragen bij uw overstap naar de SIMATIC HMI-panels binnen een TIA Portal-project. Alle nuttige informatie ivm de migratie zoals overstaprichtlijnen, welk panel is de juiste opvolger, inbouwmaten en andere nuttige tips vindt u op onze website www.siemens.com/panels.

Graag helpen wij u persoonlijk. Neem contact op met ons (luk.steemans@siemens.com) om uw concrete situatie te bespreken.

U kunt ons ook bereiken via telefoon: +32 253-63526

Guido Gezellestraat 123 - 1654 Beersel (Huizingen)

Simatic HMI : une vue claire sur votre processus de production Facilitez votre passage vers les nouveaux Basic ou Comfort Panels

Les SIMATIC HMI Panels sont omniprésents dans les applications les plus divers. Ils disposent non seulement d’un design ultra innovant et d’une performance excellente, mais vous garantissent en plus une automatisation économique. La programmation sur la plate-forme innovante TIA Portal (Totally Integrated Automation Portal) prépare votre installation pour répondre à tous les besoins futurs.

WE MOVE 4 YOU

Lineaire systemen

Robottracks

Les SIMATIC HMI Comfort Panels et Basic NEW! Panels sont les dignes successeurs des Panels et Multi Panels de la série x77. Nous assurons la disponibilité des panneaux de la série x77 jusqu’au 30 septembre 2014 . Les pièces de rechange seront livrables juqu’à 2022. Les arguments en faveur d’une migration rapide ne manquent pas – gamme étendue de tailles tailles d’écran, coupe identique pour différents modèles, configuration intuitive, displays très clairs. Bénéficiez rapidement et facilement de ce progrès technologique. Nous sommes van heureux de regarder ensemble votre installation et répondront à toutes vos questions zorgen lors devoor votre de De projectafdeling Vansichen Lineairtechniek ontwerpt en bouwt het Robottracks van Vansichen Lineairtechniek eentrajet perfecte lineaire gedeelte uw machinepanneaux of installatie, voor deTIA Portal. bewegingPour van uw Ze worden migration vers van les nouveaux HMI meestal et vos projets en robots savoirtussen plus, verschillende notammentwerkstations. sur les directives de machinebouwers en systeemintegratoren. Gaande van een simpele steeds volledig geïntegreerd in uw productiesysteem. Voor Fanuc Robots migration et d’autres astuces et conseils utiles, consultez notre site www.siemens.com/panels. beweging in één richting tot volledige meerassige systemen met hoge ontwikkelde Vansichen Lineairtechniek een standaard assortiment herhaalnauwkeurigheid. Vansichen Lineairtechniek heeft al systemen tot 80 meter gebouwd. U kunt rekenen op een team van ingenieurs dat, met expertise en out-of-the box denken, tot de perfecte oplossing komt.

tracks. Voor uw specifieke noden, maakt Vansichen Lineairtechniek ook tracks op maat.

N’hésitez pas de demander un rendez-vous personnalisé avec notre spécialiste (luk.steemans@siemens.com) afin d’analyser votre situation concrète.

Herkenrodesingel 4 bus 3 • B-3500 Hasselt • T +32(0)11 37 79 63 • F +32(0)11 37 54 34Gezellestraat • info@vansichen.be www.vansichen.be Guido 123 - 1654• Beersel (Huizingen)

Vous pouvez nous joindre par téléphone au n°+32 253-63526


case study

SCALDIS VAN SNEYDERS VASTE WAARDE IN VULMACHINES De SCALDIS-vulmachine voor vloeistoffen van Sneyders was een van dé blikvangers van Interpack 2014. Het gestroomlijnd design heeft sindsdien niets aan actualiteit ingeboet. Binnenin kreeg de machine echter een volledige make-over met Siemenscomponenten. Daardoor komt ze meer dan ooit tegemoet aan de vereisten van bedrijven die huishoud-, verzorgings-, en chemische producten afvullen. Bij de redesign van SCALDIS werd rekening gehouden met specifieke vragen van klanten over gebruiksvriendelijkheid, onderhoudsgemak en flexibiliteit. ‘Om dat te kunnen realiseren, gingen we op zoek naar een partner die een totaaloplossing kon bieden voor zowel de spieren, het zenuwstelsel als de hersenen van onze machine’, aldus Peter Sneyders, Product Manager bij Sneyders. ‘Siemens had de nodige knowhow en technologie in huis, en kon bovendien zowel toekomstige leveringen van reserveonderdelen als een vlotte, wereldwijde service garanderen.’ Bewogen aanpak De originele pneumatische en hydraulische aandrijvingen in de vorige Sneyders machines werden in de SCALDISvuller zoveel mogelijk vervangen door elektrische. Dit resulteert in minder onderhoud, snellere en nauwkeurigere bewegingen die bovendien kunnen worden opgeslagen in het geheugen. Voor het ‘brein’ werd gekozen voor de gerenommeerde SIMATIC S71200-controllers. De bewegingen zelf worden uitgevoerd door SINAMICS S120-aandrijvingen en SIMOTICS S 1FK7-servomotoren. Dankzij Siemens Integrated Drive Systems zijn deze elementen van de aandrijftrein perfect op elkaar afgesteld in een multi-asconfiguratie. Het gevolg is dat de vulnaalden zeer snel en precies in en uit de nauwe flessenhalzen bewegen. Het resultaat? Minimale verspilling en een maximale efficiëntie bij het vullen. Flexibiliteit troef Om ervoor te zorgen dat het omschakelen tussen verschillende flesformaten en producten zo vlot mogelijk verloopt, werd dit proces zoveel mogelijk geautomatiseerd. Zo kunnen de verschillende

automation magazine september 2015

flesformaten opgeladen worden via het SIMATIC HMI Comfort Panel. Omschakelen gebeurt door middel van een geïntegreerd programma dat de machine voorbereidt op de volgende batch. Invulling en integratie Nieuw in de recentste versies van SCALDIS is ook dat de PLC en HMI geïntegreerd zijn in het Siemens TIA-platform. Zo zijn variabelen gedefinieerd in de ene component meteen van toepassing in de andere. Dat vermindert de kans op fouten, en laat bovendien toe om in het geval van incidenten snel diagnoses te stellen. ‘Bij de ontwikkeling van nieuwe machines is support van levensbelang om snel problemen op te lossen’, legt Peter Coppens, Automation Engineer bij Sneyders Machineconstructie uit. ‘Maar dankzij Siemens hoeven we ons daarover geen zorgen te maken. Hun opvolging en aanpak stemt ons bijzonder tevreden.’ www.siemens.com www.sneyders.com

17


LINEAIRE ELEKTRISCHE AANDRIJVINGEN: OPPORTUNITEIT OF BEDREIGING? In deze continue veranderende industriële tijden komen technologieën als lineaire elektrische aandrijvingen sterker op de voorgrond. De vraag is of de pneumatische en hydraulische markten stand houden tegen deze opkomende markt. FIMOP liet daarom het marktaandeel en klantenbehoeften van lineaire elektrische aandrijvingen onderzoeken. De opmars van lineaire elektrische aandrijvingen in de pneumatische en hydraulische industrie wint aan belang. Dit zorgt voor kansen zorgt maar vormt mogelijk ook een bedreiging. De vereniging van fabrikanten en invoerders van materiaal voor industriële hydraulica, pneumatica en automatisering, FIMOP vzw, vond het opportuun om de markt van de lineaire elektrische aandrijvingen in kaart te brengen en hierover haar leden te informeren.

neer op een totale omzet van 7,6 miljoen euro. Wanneer dit cijfer vergeleken wordt met het marktaandeel van de pneumatische en hydraulische markt geeft dit een indicatie van het belang van deze technologie. Zo geeft de vergelijking weer dat de hydraulische markt amper concurrentie kent van de lineaire elektrische aandrijvingen. (Verhouding: 0,25 procent van de hydraulische omzet.) Vooral de pneumatische markt moet rekening houden met de opkomst van de lineaire elektrische aandrijvingen. Dit komt hoofdzakelijk doordat de omzet van de lineaire elektrische aandrijvingen al meer dan tien procent van de omzet van de pneumatische markt bedraagt. Ook kent deze markt een stevigere groei in 2014 tegenover het jaar voordien: +4,8 procent tegenover -3,2 procent voor de pneumatische markt. Dit

‘De aanbieders van pneumatische aandrijvingen moeten rekening houden met een stijgende populariteit van de elektrische aandrijvingen zeker indien de kostprijs van deze laatste verder daalt.’ Voor een student Elektromechanica TechnischCommercieel Adviseur (TCA) aan de Artesis Plantijn Hogeschool te Antwerpen werd dit een ideaal onderwerp voor een bachelorproef. Zo kreeg Sven Cornu de kans om zijn commerciële vaardigheden en technische kennis verder te ontwikkelen. Er werd gestart met de productscope vast te leggen. Dit marktonderzoek is gebaseerd op vier segmenten. De linear actuators, de linear tables, de rod-style actuator met een duty cycle groter dan 70 procent en de rodstyle actuator met een duty cycle kleiner dan 70 procent. Voor deze actuatoren geldt dat enkel het mechanische gedeelte in aanmerking kwam voor het onderzoek. Motoren en drives werden dus niet opgenomen in de studie. Hydraulische markt kent amper concurrentie Dankzij de medewerking van 13 gerenommeerde bedrijven waaronder vier FIMOP-leden en twee Belgitrans-leden verkregen we een totaalbeeld van de Belux markt. Dit komt 18

komt hoofdzakelijk door de substitutie van pneumatische aandrijvingen door lineaire elektrische aandrijvingen. Verder spelen ook andere factoren zoals vooren nadelen en keuzecriteria in aankoop, een belangrijke rol in deze marktverandering. Deze factoren werden aan de hand van een kwalitatief onderzoek gecontroleerd. Door middel van een steekproef enquête bij endusers en machinebouwers die gebruik maken van pneumatiek, hydrauliek en/of elektrische aandrijvingen. Wat is voor de gebruiker belangrijk (in de keuze van product, leverancier, dienst ...)? En waarom? Pneumatiek heeft grote bedrijfszekerheid Door de resultaten te vergelijken met het kwantitatief onderzoek kan Sven Cornu de oorzaak van de rangschikking weergeven. Deze relaties geven aan waarom de hydraulische markt op nummer 1 staat, gevolgd door respectievelijk de pneumatiek en de lineaire elektrische aandrijvingen. De reden waarom de hydraulica de markt


ONDERZOEK WOORD Sven Cornu

overheerst, is te wijten aan de grootte van de afzetmarkt, die duidelijk veel hoger ligt dan voor lineaire elektrische aandrijvingen en/of de pneumatische markt. Wat te verklaren valt door het wijdere toepassingsgebied voor hydrauliek dan voor lineaire elektrische aandrijvingen. Ook heeft hydrauliek het voordeel veel grotere krachten aan te kunnen terwijl ze hun nauwkeurigheid blijven behouden. Pneumatiek daarentegen heeft als voornaamste voordeel dat de componenten eenvoudig en goedkoop zijn. Met een eenvoudige installatie en een medium dat eenvoudig te verkrijgen en te transporteren valt, biedt dit een grote bedrijfszekerheid. Zo bereikt pneumatiek de tweede plaats met zijn marktaandeel. De groeitrend bij lineaire elektrische aandrijvingen valt te duiden doordat er meerdere en nauwkeurigere positioneringen mogelijk zijn en het rendement hoger

automation magazine september 2015

ligt. Deze twee voordelen worden almaar belangrijker in de industrie die rekening houdt met precisie, besparing en milieu. Toch ligt de aankoop van lineaire elektrische aandrijvingen zo’n tien keer hoger dan bij pneumatiek, waartegenover staat dat het onderhoud goedkoper is. Voor het onderhoud van lineaire elektrische aandrijvingen is technische expertise vereist. Elektrische aandrijvingen zijn complementair met pneumatische aandrijvingen zeker voor langere slaglengtes, nauwkeurige positionering en dynamische toepassingen, maar de concurrentie tussen beide wordt alsmaar groter. De aanbieders van pneumatische aandrijvingen moeten rekening houden met een stijgende populariteit van de elektrische aandrijvingen zeker indien de kostprijs van deze laatste verder daalt. Auteur: Sven Cornu, student Elektromechanica AP Hogeschool Antwerpen.

19


REM-B HYDRAULICS EN CG POWER SYSTEMS ONTWIKKELEN VERMOEIDHEIDSTEST VOOR TRANSFORMATOREN Initiatieven zoals het Europese 2020 pact om tegen 2020 zo’n 20 procent van de energie uit hernieuwbare bronnen te halen en een algemeen groeiend milieubewustzijn zorgen voor een steeds grotere vraag naar hernieuwbare energie. In Europa wordt deze energie voor een groot deel opgewekt met windturbines. Hier is nood aan een nieuwe en betere testcapaciteit van de transformatoren. De wind die deze turbines aandrijft is veel constanter en krachtiger in open gebieden zoals op de zeeën net voor de Europese kusten. Daarom worden nieuwe windturbines voornamelijk op zandbanken in zee gebouwd. Door de hogere beschikbare windkracht is het vermogen van deze offshore turbines de laatste jaren enorm gegroeid en er wordt verwacht dat dit vermogen nog een tijdje zal blijven groeien. De transformatoren die in deze offshore turbines geïnstalleerd worden zijn blootgesteld aan sterk wisselende belastingen en zeer variabele temperaturen in de transformator ruimte. De combinatie van deze twee effecten zorgt ervoor dat de elektrisch isolerende koelvloeistof in dit type van vloeistof gevulde transformatoren cyclisch sterk gaat opwarmen en afkoelen. Door de temperatuurverschillen gaat deze vloeistof afwisselend uitzetten en weer samentrekken, waardoor de kuip van deze transformatoren belast wordt door een sterke mechanische vermoeidheidsbelasting. Om problemen met deze vermoeidheidsbelasting in een offshore turbine te voorkomen worden dergelijke transformatoren en hun kuipen uitgebreid onderworpen aan type testen voor ze worden geïnstalleerd. Flexibiliteitscurve Bestaande testinstallaties waren niet flexibel genoeg meer om de zware omstandigheden die optreden in transformatoren in multi-megawatt offshore turbines grondig te kunnen testen. Om te kunnen garanderen dat de transformatoren gebouwd door CG Power Systems Belgium deze zware omstandigheden aankunnen was er nood aan nieuwe en betere testcapaciteit. Daarom hebben Rem-B Hydraulics uit Beerse en CG Power Systems Belgium uit Mechelen de handen in elkaar geslagen en samen een vermoeidheidstest unit ontwikkeld en gebouwd voor het testen van transformatoren die krachtig en flexibel genoeg is om deze volgende generaties windturbine transformatoren mechanisch het vuur aan de schenen te leggen. De teststand gaat het vloeistofvolume en bijhorende druk in de transformatorkuip regelen. Dit gebeurt door vloeistof in en uit de transformator kuip te pompen. Door 20

de pompen intelligent aan te sturen kunnen daarmee de mechanische vermoeidheid die de transformatorkuip ziet tijdens zijn levensduur versneld worden nagebootst in een destructieve levensduurtest. Dit soort testen wordt typisch gedaan op prototypes. Daarnaast moet de teststand voorzien in een aantal niet destructieve testprogramma’s die toelaten om de kwaliteit van kuipen voor transformatoren te testen die gebruikt worden in de windturbines. Deze testen waarin zowel het volume, als de druk in het systeem fungeren als variabele parameter laten ook toe een flexibiliteitscurve op te stellen. Deze curve geeft aan hoe de transformator reageert op verschillende omstandigheden. Aan de hand van deze curve kan men zien of de geteste transformator kuip al dan niet voldoet aan de vereisten. Via een flexibiliteitscurve is het ook mogelijk de maximaal toegelaten druk in de kuip te bepalen. Bij deze test wordt de druk in stappen opgevoerd tot de transformatorkuip juist plastisch begint te vervormen. Dat punt bepaalt de maximaal toegelaten druk voor normale werking van de transformator. Deze test wordt uitgevoerd zonder resulterende significante schade aan de kuip en kan gebruikt worden om de kwaliteit van kuipen te controleren vooraleer deze gevuld worden met de kern, wikkelingen en diëlektrische vloeistof. De testinstallatie bestaat uit vier belangrijke elementen: de aandrijving, bestaande uit 3 pomp-motorsystemen, het oliemanagement-systeem, een netwerk van verschillende intelligente sensoren en een controlecentrum van waaruit de installatie wordt aangestuurd. Extreme weersomstandigheden Het vloeistofvolume en de druk worden geregeld door drie frequentiegestuurde pomp-motor-systemen. Er werd geopteerd voor hydraulische tandwielpompen met een vast debiet. Deze pompen zijn uitgerust met speciale dichtingen en zijn bestand tegen eventueel agressieve isolerende koelvloeistof die doorheen het systeem gepompt wordt. Het variabele debiet van de testinstallatie heeft een enorm bereik van 60l/uur tot 600l/uur. Dit enorme bereik laat toe om de testen uit te voeren op het hele productiegamma van CG, gaande van kleine distributietransformatoren naast de openbare weg tot grote vermogenstransformatoren aan elektriciteitscentrales. Het systeem is gemaakt voor gebruik met vier verschillende soorten vloeistof die typisch zijn voor gebruik als transformator medium. De variabele druk wordt geregeld door een intelligente sturing van de


TOEPASSING

motorfrequentie en de elektrische gestuurde bolkranen. De druk op dekselniveau in de transformator gaat tijdens het testen typisch van -300 millibar (onderdruk) tot +500 millibar (overdruk) variĂŤren. Deze drukverschillen komen overeen met de drukverschillen door verschil in temperatuur en belasting die een transformator kan ondergaan en moet doorstaan bij gebruik in extreme weersomstandigheden.

en in het oliereservoir worden gecontroleerd door temperatuursensoren. Ook zijn er 2 niveaumetingssensoren in het systeem geĂŻmplementeerd die enerzijds het niveau van de vloeistof meten in het reservoir en anderzijds in de transformator. Zo kan voorkomen worden dat de hydraulische pompen lucht aanzuigen. Daarnaast laat deze setup ook toe om lekken te ontdekken in de transformator.

De testinstallatie en de nieuwe of reeds gebruikte transformatoren die getest worden mogen niet beschadigd worden tijdens het testen. Daarom moeten de testen uitgevoerd worden met een zeer zuivere vloeistof. Om slijtage of beschadiging door het gebruik van vervuilde olie te voorkomen wordt beroep gedaan op een hoog kwalitatief filtersysteem met Bypass Retour-en Luchtfiltratie. Het filtersysteem bevat een speciale filter die in staat is om de contaminatiedeeltjes uit de gebruikte vloeistof te filteren. Bovendien bevat het filtersysteem een ontwateringsinstallatie. Water is hier niet alleen te mijden omdat roest in een hydraulische systeem voor ernstige schade kan zorgen, maar ook omwille van de geleidende eigenschappen van water. Het is dus overbodig te vermelden dat water niet thuishoort in een transformator.

De gehele test unit wordt aangestuurd en gecontroleerd door een elektrische stuurkast voorzien van een touchscreen van waarop de parameters eenvoudig instelbaar zijn.

Netwerk van sensoren Een netwerk van verschillende ingebouwde sensoren is verantwoordelijk voor de controle en de veiligheid. De druk wordt bewaakt door een aantal druksensoren. De temperaturen van de vloeistof in de transformator automation magazine september 2015

Bij het ontwerp van deze installatie werd belang gehecht aan flexibiliteit en uitbreidbaarheid van de installatie. Zo moest het testvolume dat de installatie kan verpompen in de toekomst uitbreidbaar zijn. Transformatoren in offshore toepassingen worden steeds groter, en dezelfde testen uitvoeren op transformatoren voor offshore onderstations en boorplatformen is vandaag al een realiteit. Daarnaast moesten zowel de voorziene ingangskanalen voor sensoren als de programmatie van de sturing van de installatie kunnen aangepast worden aan eventuele toekomstige noden. Deze installatie werd in juli 2015 opgeleverd door Rem-B en is na het zomerverlof operationeel in de Mechelse vestiging van CG Power Systems Belgium. www.rem-b.com www.cgglobal.com/be 21


25% efficiënter energieverbruik? Een complete aandrijvings- en automatiseringsoplossing van ABB heeft de grootste aluminiumraffinaderij van Europa geholpen zijn energieverbruik 25% efficiënter te maken en tegelijk de productiviteit een boost gegeven. We werken voortdurend aan nieuwe manieren om energie en geld te besparen voor elke industrie. Wilt u uw energieverbruik ook reduceren? www.abb.com

Vast en zeker.

ABB adv Energy Efficiency 130x185 NL&FR.indd 1

03-09-15 11:10

Minimale downtime door modulaire flexibiliteit. Het G3 ventieleiland met plug & play technologie van ASCO Numatics. Het G3 ventieleiland is een volledig modulair systeem. Met het geïntegreerde isolatiesysteem kan onderhoud worden gepleegd zonder onderbreking van het proces. De grafische display biedt gemakkelijke inbedrijfstelling, statusweergave en diagnostiek met duidelijke tekstberichten zodat gebruikers eenvoudig fouten kunnen identificeren in de I/O’s, het netwerk of de proceskleppen. De G3 is de interface tussen ASCO Numatics ventielen en communicatienetwerken zoals Profibus-DP, Ethernet/IP, Foundation Fieldbus of Profinet. Een ATEX certificering en een Ex ia NAMUR ingangsmodule maken het G3 aanbod compleet. Voor nadere informatie bel +32 (0)2 333 02 50, e-mail info@asconumatics.be of bezoek onze website www.asconumatics.be

Het Emerson logo is een handels- en servicemerk van Emerson Electric Co. Het ASCO logo is een geregistreerd handelsmerk van ASCO Valve Inc. © 2015 ASCO. Alle rechten voorbehouden.


case study

V1S UNIT REDT SEIZOEN VAN VISSERSBOOT

Wanneer op volle zee een dichting op een hydrauliek-lier het begeeft, lopen de kosten en het verlies aan productiviteit vlug op.

eigenaar van de vissersboot op zoek naar een oplossing om te kunnen blijven vissen zonder het risico op bijkomende storingen.

In dit concreet geval vond zeewater zijn weg naar de hydrauliek olietoevoer op een 75m vissersschip waardoor de hydrauliek-lier niet meer werkte.

OLIE-ANALYSE Uit een olie-analyse bleek dat het hydrauliekreservoir van 1.000 liter (ISO VG32) meer dan 2,8 procent water bevatte. Doel was dit waterpercentage terug te brengen onder de 200ppm. Het doel van efc was het watergehalte in de olie naar Âą 150 ppm te brengen en te beperken. Een V1S compact vacuĂźm purifier werd op het reservoir aangesloten. De V1S bleef in dienst voor tien dagen en er werden regelmatig olie-analyse uitgevoerd.

Geconfronteerd met veelvuldige oliewissels (voor meer dan 8.500 euro), hoge afvalkosten en een aanzienlijk winstverlies omdat de productie moet stoppen, ging de

Met de V1S in dienst werd het watergehalte in het hydrauliekreservoir verlaagd tot een niveau waar de hydrauliek van de lier mee kon functioneren en dit zelfs nog voor het target van 150ppm werd bereikt. De resultaten waren schitterend: de V1S unit haalde tot > 26 liter water uit het systeem. De vissersboot zette dankzij de V1S unit zorgeloos de viscampagne verder en de eigenaar kon onnodige oliewissels (en de zware kost daarvan) vermijden. www.hyprofiltration.com

automation magazine september 2015

23


Vlnr: Geert Van Grieken, Chris Vandesande en Nick Verboven.

24


OPLEIDING WOORD Jean-Charles Verwaest | BEELD AP Hogeschool

Techniekdocenten blij met gastcolleges Beckhoff, SMC en SICK via Industrial Automation Academy (IAA)

‘DIT IS VOOR STUDENTEN HUN EERSTE CONTACT MET DE INDUSTRIE’ De Vlaamse hogescholen zijn enthousiast over de Industrial Automation Academy (IAA), een initiatief van Beckhoff, SMC Pneumatics en SICK om studenten op het gebied van industriële automatisering meer praktijkervaring bij te brengen. ‘Dit is supernuttig, want voor onze studenten is dit hun eerste contact met de industrie’, klinkt het bij de docenten van de AP Hogeschool.

Drie vooraanstaande bedrijven in de wereld van de industriële automatisering voelden de nood om bachelor/master studenten van technische richtingen aan Vlaamse hogescholen op te leiden in de meest essentiële thema’s van de industriële automatisering. Het concept van deze gratis opleidingen is eenvoudig. De drie partners komen in de hogeschool gastcolleges geven over drie verschillende thema’s die de hogeschool kan kiezen uit een aantal voorstellen. De hogeschool stelt dus à la carte een namiddag samen van drie gastcolleges van telkens 50 minuten. Voor het nieuwe academiejaar 2015-2016 starten deze colleges vanaf eind oktober. automation magazine september 2015

Bij de AP Hogeschool in Antwerpen is het docententeam enthousiast over het initiatief van Beckhoff, SMC en SICK. Het gaat om een jonge ploeg docenten: Chris Vandesande, Geert Van Grieken en Nick Verboven. Alledrie komen ze uit het bedrijfsleven. Ze weten hoe belangrijk een goede band is tussen scholing en industrie. Chris Vandesande werkte voor Promatic en Siemens, Geert Van Grieken was in dienst bij Egemin en Dymotec, en Nick Verboven werkte bij Philips. We treffen ze op hun eerste werkdag, midden augustus, druk bezig met het uitpakken en installeren van de twee automatisatielabo’s van de gloednieuwe Wetenschap en Techniekcampus aan het Spoor Noord in Antwerpen. 25


krachtige beweging planetaire aandrijving, hydrauliek en lieren

scan de interactieve content

Brevini Group Benelux brengt u verder Wij bieden een compleet product- en kennisportfolio op het gebied van aandrijving en hydraulica. Door voortdurende innovatie garanderen wij duurzame en betrouwbare producten die voldoen aan de hoogste kwaliteitseisen. Zo zorgt Brevini Group Benelux dat u krachtig in beweging blijft.

www.smcpneumatics.be

benelux@brevini.com / +31 172 47 64 64 / www.brevini.nl

Worldwide leading experts in pneumatics

Machinestoring door statische elektriciteit? SMC Ionizers bouwen statische elektriciteit snel af • Verminderen assemblagefouten, assemblageverstoring en kwaliteitsafwijkingen door statische elektriciteit • Verhogen de veiligheid voor assemblagemedewerkers • Zijn snel te installeren en eenvoudig in gebruik


De provincie Antwerpen financierde de bouw voor de gefuseerde Artesis Plantijn Hogeschool (AP). De zes opleidingen van het departement Wetenschap en Techniek verhuisden van Boom, Mechelen en Antwerpen naar de nieuwe campus. Ecodaken en binnentuin Het is voor de drie docenten een hele overgang: van de voormalige PIDPA-gebouwen in Boom – die nu door de Provinciale Technische School PTS Boom zullen worden gebruikt – naar de nieuwe fusielocatie. De bacheloropleiding Elektromechanica is op de nieuwe campus met drie studiejaren de grootste met in totaal zo’n 500 studenten. ‘De studenten die tweede zit hebben, zijn de eersten die nu gebruik maken van de nieuwe leslokalen’, vertelt Chris Vandesande tijdens een rondleiding. Bij de start van het nieuwe academiejaar zullen hier zo’n 1.500 studenten les volgen.

‘Denkmethodes zijn belangrijk, dat ervaren ze als we later gaan automatiseren.’ Het moderne gebouw – met ecodaken en een binnentuin – is helemaal afgestemd op de noden van de wetenschaps- en techniekopleidingen. Chris Vandesande: ‘We hebben hier voor automatisering twee lokalen, vroeger in Boom was dat er maar één. Er is aanzienlijk meer ruimte en dat hebben we ook nodig voor ons didactisch materiaal.’ In het labo staat promiment een SMC FMS-200 klaar om te worden opgesteld. ‘We zetten dit multidisciplinair in’, legt Geert Van Grieken uit. ‘We maken ook in eigen beheer proefopstellingen waar onze studenten mee kunnen werken.’ Het drietal toont een schakelbord waarop de studenten kunnen oefenen. ‘Dat is ons eerste objectief: niet zuiver theoretisch werken’, klinkt het samen. ‘Automatisering is veel software,’, weet Chris Vandesande, ‘maar voor onze studenten in het eerste jaar willen we dat ook koppelen aan hardware. We willen dit meer visueel invullen zodat ze zien wat de resultaten zijn. Anders zien ze de koppeling met de machine niet.’ Nick knikt: ‘Ze leren individueel een schema lezen, gebruiken een labo paneel waar ze schakelingen op moeten maken. Je kan dat mooi didactisch voorstellen, vroeger was dit heel theoretisch. Nu zien ze hoe iets werkt. We leggen hen bijvoorbeeld uit dat ze geen noodstop mogen programmeren. Op zo’n schakelbord ervaren ze wat er gebeurt als je dat toch doet.’ In het nieuwe labo is alles mobiel want alles staat op wieltjes. Zo kunnen er makkelijk configuraties worden gemaakt en kan lesmateriaal snel naar andere lokalen worden verplaatst. ‘Automatisatie is niet louter PLC automation magazine september 2015

programmatie, maar is veel meer. Ons tweede grote doel is werken met een object georiënteerde programmatie. Het S88-verhaal, een norm hoe je een analyse moet maken en uitwerken. We hebben een eigen software bibliotheek met controle modules en veel gebruikte procedures’, legt Geert Van Grieken uit. ‘Dat is een afgebakend gedeelte’, vult Nick Verboven aan. ‘Je leert de studenten met die bouwstenen programmeren. Dat is onze hogeschool-norm, een standaard methode.’ Je mag niet freewhelen ‘En ze leren dat ze niet mogen freewhelen. Ik zeg niet dat onze norm heiligmakend is, elk groot bedrijf heeft eigen standaarden, maar we leren onze studenten een conceptuele manier aan van denken en werken’, vindt Chris. Nick beaamt: ‘Onze standaard is realistisch en laat zien hoe iets werkt. Je kan niet zelf zomaar alles maken. Onze studenten in het eerste jaar zijn achttien, komen uit technische richtingen, en velen onder hen willen op hun eigen manier een PLC programmeren. Wij laten hen onze standaard volgen.’ ‘We hebben hier bij stages en eindwerken voor projecten in de industrie, goede ervaringen mee. We krijgen van bedrijven positieve feedback. De meeste bedrijven hebben zelf eigen ontwikkelde software, bij kleine bedrijven mogen onze studenten onze standaard introduceren.’ Geert: ‘Want denkmethodes zijn belangrijk, dat ervaren ze als we gaan automatiseren.’ ‘In het secundair moeten ze kunnen experimenteren, maar hier zorgen we voor structuren, zodat een machine snel kan worden omgebouwd’, aldus Chris Vandesande. Het derde werkpunt van het drietal is dat ze hun studenten willen ‘triggeren.’ ‘Daarom werken we met machines die we opbouwen. Zo’n productielijn van SMC is imposant, dat trekt hen aan’, weet Geert. ‘Er beweegt vanalles, dat motiveert hen om aan zo’n proefopstelling te werken en resultaten te zien. Ze zien hoe in de industrie een product wordt klaargemaakt’, vertelt Nick Verboven. 27


Specialist in aandrijftechniek

Enclosures from the smallest to the largest on www.rittal.be.

• Revisie en onderhoud • Herstellingen • Verkoop • Maatwerk MGH is dé partner die de industrie draaiende houdt dankzij haar merkonafhankelijke totaaloplossingen voor zware elektromechanische aandrijfgroepen

Hersteldienst 24h/24h

Rittal nv/sa Industrieterrein E17/3206 Stokkelaar 8 - 9160 Lokeren T 09 353 91 11 - F 09 353 68 62 info@rittal.be - www.rittal.be

Servicecenter Machelen: Rittwegerlaan 2B • B-1830 Machelen Servicecenter Antwerp: Luithagen Haven 2 Unit K • B-2030 Antwerpen Tel 24/24: +32 (0)2 753 00 40 Fax: +32 (0)2 753 00 49 • Mail: info@MGH.be

mgh_adv_94x136_0214.indd 1

17/02/14 15:25

schottenpompen variabel debiet

Grote voorraad beschikbaar

Meer info? Verdeler voor België en Luxemburg

Bluetooth + testo Cooling App

Nieuw gamma digitale manifolds, nu met gratis Cooling App testo NV • Industrielaan 19 • 1740 Ternat • Tel. 02/582 03 62 • info@testo.be • www.testo.be

manifolds.indd 1

5/18/2015 11:05:14 AM

Hagbenden 39 A - B-4731 EYNATTEN Tel. 32 (0) 87 858 858 - Fax 32 (0) 87 858 859 info@euregiohydraulics.be www.euregiohydraulics.be - www.eh-business.be


Het eerste jaar Elektromechanica trekt bij de AP Hogeschool zo’n 200 studenten aan. Die instroom komt voor 5 procent van het ASO en voor 95 procent van TSO. ‘We zien nog geen verhoogde interesse voor techniek. Voor het effect van de nieuwe STEM-richting in het secundair is het nog te vroeg. Elektromechanica is ook de meest mannelijke studierichting in Vlaanderen. Er zijn slechts tien meisjes!’ Na het eerste jaar dat voor alle studenten hetzelfde is, kunnen de studenten in het tweede jaar een afstudeerrichting binnen Elektromechanica kiezen. De twee richtingen die aansluiten bij automatisatie zijn zeer populair, meer dan de helft van de studenten kiest hiervoor. ‘Dit jaar is dat ongeveer 28 procent voor de afstudeerrichting Automatisering, en 28 procent voor Procesautomatisering, de rest volgt Onderhoudstechnologie, Klimatisering en TechnischCommercieel Adviseur (TCA)’, zeggen de drie docenten. Geert Van Grieken: ‘In dat eerste jaar geven we de algemene basis: elektriciteit, elektrische machines, mechanica, technologie, elektriciteit & mechanica … We willen alle studenten op één lijn krijgen. De laatste nieuwe evoluties dat is voor de volgende jaren, want we stellen telkens vast dat we nog 18-jarigen hebben die niet binair kunnen tellen. Studenten van nu kunnen dus niet meer dan de student van tien jaar geleden. Een goede basis leggen is belangrijk. De studenten worden uitgedaagd en moeten hun vaardigheden bundelen in een project.’ Gastcollege SMC over grijpertechniek ‘Het tweede jaar is teamwerk, onder meer groepswerk aan de SMC opstelling. Hier maken we gebruik van het initiatief van de Industrial Automation Academy. Zo moesten de studenten een productie-eenheid maken voor de automobielindustrie en later de grijpers ervoor vertalen naar het gebruik voor vrachtwagens. Een expert van SMC, marktleider in pneumatica, kwam een gastcollege geven over grijpertechniek. Voor onze studenten is dat leerstof. Het hoort bij hun examenpakket, dit is niet vrijblijvend. Ze moeten het onderwerp kennen en kunnen gebruiken.’ ‘Ook het gastcollege van SICK over normen en machinerichtlijnen was verplichte leerstof. Idem met Beckhoff rond het thema EtherCAT. Siemens is in dit segment marktleider, maar onze studenten automatisering moeten ook andere systemen kennen zoals Beckhoff en Schneider.’ Het derde jaar Elektromechanica is bijna volledig projectwerk, met een stage en een eindwerk. ‘Dat sluit aan bij pedagogische concept van de hogeschool: de zelfsturing van de student’, legt Geert Van Grieken uit. ‘Onze studenten moeten uit eigen kracht zaken aanleren, dit op basis van cursusmateriaal, en handleidingen die ze vooral online vinden. Ook met de software kunnen ze thuis op hun eigen laptop oefenen.’ automation magazine september 2015

De gastcolleges van de Industrial Automation Academy zijn volgens de docenten van de AP Hogeschool een schot in de roos. ‘Echt supernuttig. Toen vorig jaar de e-mail binnenkwam met het aanbod, hebben we vrijwel onmiddellijk gereageerd’, vertelt Chris Vandesande. Ook voor het nieuwe academiejaar willen ze nu inschrijven. 30 procent besparen op werkingsbudget Chris: ‘Wij zijn goede lectoren, maar als iemand uit een bedrijf een gastcollege komt geven, dan is dat voor onze studenten een eerste contact met de bedrijfswereld en hoe het in de praktijk allemaal echt loopt. De uitstraling van een professional is positief. Onze context is anders. Het tempo van zo’n gastcollege ligt ook veel hoger. De studenten ervaren dan meteen hoe in ondernemingen wordt gewerkt. Als wij zo snel zouden lesgeven, halen veel studenten hun diploma niet.’ (lacht)

‘Elektromechanica is een knelpuntenberoep.’ Het contact met de industrie kan ook kortingen opleveren bij de aankoop van didactisch materiaal en zorgt ervoor dat de juiste keuzes worden gemaakt. Dat komt van pas nu de Vlaamse regering heeft beslist dat alle Vlaams hogescholen 30 procent moeten besparen op hun werkingsbudget. ‘Ook de samenwerking met SICK en Beckhoff was ideaal en we overwegen om hun didactische veiligheidskoffer aan te kopen.’ En er zijn nog andere opportuniteiten. ‘SMC is een Japanse multinational en ze hebben een belangrijk European Technical Centre in het Engelse Milton Keynes. Eén van onze studenten heeft daar vijf maanden stage gelopen’, vertelt Chris. ‘Elektromechanica is een knelpuntenberoep. Een stageplaats zoeken is voor onze studenten niet zo moeilijk, maar een stageplaats in het buitenland is toch iets heel speciaal. SMC heeft dat mogelijk gemaakt en de betrokken student heeft met zijn eindwerk een prijs gewonnen. Hij werd begeleid door Alain Thijs, onze vierde collega die niet bij dit gesprek aanwezig kon zijn.’ Voor de AP Hogeschool wordt het door de nieuwe locatie alvast een interessant academiejaar. Naast het gebouw van Wetenschap & Techniek staat er nog een campusgebouw voor de departementen Onderwijs en Training, en Gezondheid en Welzijn. In totaal zullen uiteindelijk 5.000 studenten uit maar liefst 14 bacheloropleidingen voortaan les volgen in de twee nieuwe campusgebouwen van de AP Hogeschool. www.ap.be www.sick.com www.beckhoff.com www.smcpneumatics.be https://iaaweb.azurewebsites.net 29


Ir. Katrien Delaey toont een dwarsdoorsnede van de rhothor.

30


interview WOORD Jean-Charles Verwaest | BEELD Newson

Newson wil met nieuwe Cyclops wereldleverancier spiegelactuatoren worden

‘CRISIS IS DE BRANDSTOF VOOR ONZE GROEI’ ‘Mijn ambitie was rekenaar worden’, vertelt burgerlijk ingenieur Katrien Delaey. Zij is de stille kracht achter Newson, een Vlaamse bedrijf gespecialiseerd in laserafbuigsystemen. Overal waar ze werkte was Katrien Delaey de eerste vrouw in een ingenieursfunctie. ‘Aan de telefoon kreeg ik dan ook altijd de vraag om door te verbinden met meneer Delaey’, glimlacht ze. Het gaat hard bij Newson NV. Het bedrijf uit Overmere ontwikkelt en produceert laserafbuigsystemen. Zo moeten bijvoorbeeld printplaten in de elektronica steeds fijnere en nauwkeurig gepositioneerde gaatjes krijgen. Dat bereik je niet met mechanisch boren, wel met een laserstraal. Door twee spiegeltjes in een hoog tempo te laten bewegen, kan je een laserstraal tot op de micrometer precies richten. Het gepatenteerde afbuigsysteem van Newson werkt sneller en nauwkeuriger dan de afbuigsystemen van de concurrentie. Newson levert zijn technologie aan machinebouwers over heel de wereld, die ze gebruiken automation magazine september 2015

in industriële laserprinters, graveermachines en 3D-printers, in machines om microscopische gaatjes te boren, figuurtjes uit te snijden of autocarrosserieën te puntlassen. In 2007 haalde Newson amper 80.000 euro omzet, maar vorig jaar was dat al 3,75 miljoen euro. Niet slecht voor een bedrijfje met 8 personeelsleden. Newson verkoopt jaarlijks een duizendtal sturingskoppen, waarvan 98 procent in het buitenland. Het bedrijf heeft klanten in Israël, Rusland, Australië, China, Japan en de VS. De voornaamste afzetmarkt is Duitsland.

31


‘We zijn echt een exportbedrijf’, zegt Katrien Delaey. Ze is net terug van de Laser Photonics Messe in München. Katrien Delaey is operationeel directeur bij Newson en die titel dekt een zeer breed takenpakket. Katrien is tweetalig NL/DE opgegroeid, wat veel voordelen biedt bij de contacten met Duitse klanten. ‘Mijn ambitie was rekenaar worden. Dat wist ik al van jongsaf want ik hou van wiskunde’, vertelt ze. ‘Maar naarmate ik ouder werd, besefte ik dat zo’n beroep niet bestaat. Je kan dan bijvoorbeeld leerkracht Wiskunde worden, maar ik werk graag aan concrete projecten.’ Na haar studies Latijn-Wiskunde op een meisjesinstituut ging het naar de KU Leuven voor de richting burgerlijk ingenieur, waar ze uiteindelijk koos voor de specialisatie Metaalkunde en Toegepaste Materiaalkunde (MTM). ‘Ik heb tijdens mijn studies een stage gedaan bij Siemens in Munchen en toen ik afstudeerde kon ik starten bij Siemens in Oostkamp. Ik deed er als researcher onderzoek naar de extractie van metalen uit afvalwater door elektrolysecellen en filtertechnieken.’ Bij Siemens leerde ze Marc Van Biesen kennen, haar latere partner en de stichter van Newson Engineering.

‘Een scherpe prijs én een superieur product zijn cruciaal.’

Start met muziekversterker Newson is een samentrekking van New Sound 110, de naam van een muziekversterker die Marc Van Biesen op 18-jarige leeftijd bouwde. Hij startte in 1988 – na zijn studies industrieel ingenieur – met zijn bedrijf Newson en haalde tussendoor nog een licentiaat Informatica en het diploma van burgerlijk ingenieur Elektronica. Newson werkte voor Siemens en leverde er lasersturingen. Tot Siemens in 2005 plots met alle laseractiviteiten stopte. De periode van 2005 tot 2007 was dan ook cruciaal voor Newson. ‘We werkten toen aan onze rhothorTM-afbuigtechnologie en elke dag kostte handenvol geld, maar uiteindelijk slaagden we erin alles op punt te stellen en rhothorTM succesvol te commercialiseren. Inmiddels zijn er al zo’n elfduizend stuks van verkocht.’ Katrien laat een glazen buis zien, met daarin een rhothorTM-motor die dwars is doorgesneden. De printplaat voor de aansturing – in feite een rotationele servo – is in de motor geïntegreerd: de plaat zit tegen de achterzijde van de motor en dus zijn er geen externe kabels nodig. Spanning en data lopen via een coax naar de DSP bij de motor. 32

Elke rhothorTM-motor (of deflector) weegt nauwelijks 300 gram en is energie-efficiënter dan de marktstandaard van motoren met bewegende magneten in een statisch magneetveld. Het patent van Newson heeft een bewegende ‘draad’ (‘moving wire’, met een zeer lage inductantie) in een sterk magneetveld dat aangestuurd wordt door een versterker. Daardoor wordt tien keer minder energie verbruikt dan voor dezelfde beweging door een klassiek afbuigsysteem. ‘Een marktstandaard afbuigkop verbruikt al gauw 100W energie, bij ons is dat slechts 2W. Daarom heeft de Newsons motor ook geen koeling nodig want het systeem warmt niet op’, verduidelijkt Katrien Delaey. ‘De aansturing van de motor is een 16 bit-systeem dat de Spiegel tot 12 micro rad nauwkeurig positioneert. Veel nauwkeuriger dan de marktstandaard en met 80 microseconden als tijdsconstante ook veel sneller. Zelfs na een half jaar is de herhaalbare nauwkeurigheid nog prima. Je moet maar één keer per jaar kalibreren. Bij de nieuwe generatie motoren die binnenkort verkrijgbaar zijn, bieden we zelfs een direct 24bit setpoint controle.’ Licentievrije software Nog een belangrijke troef: ‘Naast de stuurkaart produceren we ook de software. De machinebouwer kan ofwel rechtstreeks met de motoren communiceren of via DLL of SDK. Het protocol van onze motoren is open. Onze software is licentievrij. De klant is dus niet gebonden.’ Zeer recent zijn de ‘front-ends’ ontwikkeld. ‘Machinebouwers die onze motoren willen gebruiken, maar die tijd en geld geïnvesteerd hebben in stuurkaart en software, schakelen niet zo gemakkeijk om van motortechnologie. Onze front-end-modules, als het ware hybride IC’s, zorgen voor de vertaling van het stuursignaal van de machinebouwer naar ons rhothorTMmotorprotokol. Front-ends zijn ontwikkeld voor XY2100, UART, analoog, SPI. Ze zijn zeer prijsgunstig, en zijn zelfs in te bouwen in een kleine subD-behuizing.’ ‘Als een machinebouwer toch voor onze stuurkaart/ software kiest, heeft hij ook meerdere voordelen. Verschillende afbuigsystemen kunnen zeer eenvoudig in master/slave combinatie werken, of hij kan zeer eenvoudig marking-on-the-fly activeren. En dit met enkele simpele ‘clicks’ en zonder meerkost.’ ‘Zoals Marc altijd zegt, is de crisis en de druk op machinebouwers om goedkoper te werken de brandstof voor onze groei’, zegt Katrien Delaey. ‘Een scherpe prijs én een superieur product zijn cruciaal om in de wereld van machinebouwers voet aan de grond te krijgen, zeker in Duitsland.’ De dozen staan hoog gestapeld in de ontvangstruimte van Newson. Het bedrijf is gevestigd in het oude


cinemagebouw ‘Pax’ in Overmere, maar niet voor lang meer. Als u dit leest zal het bedrijf een nieuwe uitvalsbasis hebben in Dendermonde. Daar is plaats voor 20 mensen. Newson wil er het productievolume vervijfvoudigen. De oude cinema in Overmere wordt nog niet verkocht, maar zal vermoedelijk dienst doen als opslagplaats of assemblageruimte. ‘Ik heb in 1998 de stap gezet om zelfstandige te worden en ben bij Newson begonnen. Ik probeer zoveel mogelijk werk uit handen van Marc te halen, zodat hij zich kan focussen op de ontwikkeling van nieuwe producten. In 2013 heb ik de productieleiding overgenomen. Omdat we op dezelfde manier denken, loopt de samenwerking supergoed.’ Naast Marc zijn er nog andere vennoten. In 2013 zijn verschillende medewerkers mee ingetreden in het kapitaal. Steven Verbelen is in 2002 bij Newson gestart en is intussen senior software developper. Zwevende spiegel met magneten Newson lanceert nu een nieuw afbuigsysteem met één in plaats van twee spiegels. De nieuwe vinding kreeg de naam ‘Cyclops’, naar de éénogige reus uit de Griekse myhtologie. Na vijf jaar ontwikkelen is de Cyclops bijna klaar. De motor drijft een zwevende spiegel aan die de laserstraal zowel in X als in Y-richting kan sturen.

‘Een doorsnee afbuigsysteem werkt met twee heen en weer bewegende spiegels. Hoe groter de laserstraalaperture, hoe groter de spiegels’, legt Katrien Delaey uit. ‘Om alles compacter te maken hebben we de Cyclops ontwikkeld. Onze éénkopsoplossing met aperture tot 50 mm weegt 700 gram en is dus kleiner en lichter en daardoor ideaal om bijvoorbeeld in autoassemblage op een robotarm te worden bevestigd.’ De spiegel van de Cyclops hangt boven een ring van vaste magneten. Op de onderlinge printplaat zijn drie spoelen geëtst. In de drie aandrijfspoelen alterneren de spanningen die de spiegel roteren. De spoelen doen tegelijk de positiebepaling. Met deze Cyclops wil Newson de ‘wereldleverancier’ worden van spiegelactuatoren. Het prijskaartje bedraagt immers zo’n 6.000 euro en dat is vijf keer goedkoper dan een aperture 30 tweespiegelsysteem van de concurrentie. Dat Newson echt aan innovatie doet, bewijzen nog twee andere gepatenteerde ontwerpen van Newson: het kallibratiesysteem ‘Beacon’ en de z-as lens shifter ‘Elevathor’ die de dieptefocus van de laserstraal regelt.

Hoe maak je snel die leuke figuurtjes in een glasblok? Daarvoor gebruik je dit 2D-laserafbuigsysteem met twee gepatenteerde rhothorTM motoren, elk uitgerust met een spiegeltje, om de laserstraal zeer snel en precies te positioneren op het werkstuk. De laserstraal wordt gebruikt om te markeren, te boren, voor precisiemechanica, voor glasbewerking, voor het aanbrengen van logo’s …

automation magazine september 2015

33


NORGREN SAFETY VALVES CROSS MONITORES SAFETY VALVES to Easy retrofit on s ne hi ac m existing

YOU CAN SEE OUR THINkING

THE NORGREN SAFETY VALVES ARE XSZ PRESS VALVES MODIFIED FOR WIDER USE IN INDUSTRIAL AUTOMATION APPLICATION. THEY CONTAIN PROVEN TECHNOLOGY USED FOR 30 YEARS

ENGINEERING ADVANTAGE

ecNo additiional el g tronic monitorin

e Cat.4

E CAT. 4 (CERTIFIED bY DGUV) EXCELLENT b10 VALUES “CROSS-OVER” FUNCTION WITH THE PNEUMATIC PILOT SYSTEM 2 COILS AND 2 VALVE SEATS WITH A SINGLE PNEUMATIC OUTPUT

See more of our thinking and the advantages it delivers Call +32 (0) 2-333 44 11 or email belgium@imi-precision.com www.imi-precision.com

DE TECHNOLOGIE VAN MORGEN, HIER EN NU! Atlas Copco Belgium

De nieuwe schroeftechnologie van onze ZS-blowers is gemiddeld zo’n 30% energiezuiniger dan de bestaande lobbentechnologie. Door het energieverbruik van uw blowersysteem te verminderen, zal u niet alleen heel wat milieuvriendelijker werken, maar het biedt u tegelijk een oplossing voor de vraag naar duurzame productiviteit en lagere CO2-uitstoot. Wil u weten hoe u met Atlas Copco ZS-blowers uw energiekosten kan verlagen? Kijk op www.efficiencyblowers.com www.atlascopco.be


‘Ken je die glazen blokken met daarin een figuurtje?’ vraagt Katrien Delaey. ‘Wij kunnen dit glasbloktekenen aan 10.000 tot 15.000 gaten per seconde, terwijl de marktstandaard slechts 2.000 punten per seconde haalt. Dat maakt de productie van bijvoorbeeld ingewikkelde logo’s in glazen platen ideaal voor architectuurtoepassingen – iets wat vroeger minstens een hele week tijd vergde – nu veel goedkoper want met onze afbuigtechnologie doe je dat op één dag.’

‘De persoon die belde dacht dat ik de secretaresse was.’ Katrien Delaey is in haar vakgebied als vrouw een pionier, maar daar staat ze niet echt bij stil. ‘Ik was recent op een reünie van mijn studierichting en we hebben het er toen nog over gehad dat er zo weinig vrouwen voor burgerlijk ingenieur studeren. Slechts tien procent vertelde men mij, maar zelfs dat vind ik nog hoog geschat. Ik heb altijd het gevoel gehad dat we met veel minder waren.’ ‘Bij Siemens en daarna bij Seghers Engineering en Tele Atlas was ik telkens de eerste vrouwelijke ingenieur. Aan de telefoon kreeg ik altijd de vraag om door te verbinden met meneer Delaey. De persoon die belde dacht dat ik de

secretaresse was. In het begin van mijn carrière stoorde mij dat wel, maar ja zo zit de wereld in elkaar … Nu lig ik daar niet meer van wakker.’ ‘Ik heb overigens absoluut geen spijt van mijn studiekeuze, maar door mijn drukke job en een gezin met drie kinderen, is er wel erg weinig vrije tijd. Maar dat is absoluut geen negatieve keerzijde van dit boeiende avontuur bij Newson’, besluit Katrien Delaey. www.newson.be

BIO Katrien Delaey - 48 jaar - burgerlijk ingenieur Metaalkunde/Materiaalkunde (KULeuven), aangevuld met studies boekhouding en exportmanagement - werkervaring: Siemens, Seghers Engineering en Tele Atlas (nu TomTom) - COO bij Newson - drie kinderen

automation magazine september 2015

35


VG-reeks Geweldige technologie Geweldige prijs

U wil veelzijdige elektrische en pneumatische functies? U wil compacte ventielen met hoog debiet? Wij bieden een eenvoudige oplossing.

Veelzijdig - de VG-reeks! Klein, compact, hoog debiet en modulair. Van losse ventielen tot ventieleilanden met Fieldbus of IO-link. Quasi onbeperkte pneumatische en elektrische opties en verbluffend eenvoudige aansluiting of omschakeling van interfacemodule. 36

www.festo.be


case study

FESTO EN LABOREX REINIGEN SEPTISCHE TANKS IN TREINSTELLEN

Opbouw van het werkstation met zicht op het ondergronds gedeelte.

‘Geen gebruik kunnen maken van de toiletten tijdens de treinreis wordt door de NMBS als onaanvaardbaar beschouwd’, lezen we in het jaarrapport 2013 van de NMBS. Vandaar dat er hoge eisen worden gesteld aan de beschikbaarheid en betrouwbaarheid van installaties die instaan voor het ledigen en spoelen van septische tanks. Festo zorgt voor een oplossing. Enkele jaren geleden was de NMBS op zoek naar een betrouwbare oplossing om septische tanks van treinwagons te ledigen en schoon te maken. Laborex won het vertrouwen van NMBS voor het project dat bestaat uit maximaal 32 installaties, gespreid over tien jaar. Elk onderhoudsperron is anders, dus elke installatie is aangepast aan de plaatselijke noden. Maar voor elke installatie gelden dezelfde targets, wordt dezelfde graad van inzetbaarheid geëist en is een garantie van drie jaar verplicht. Laborex heeft een vaste ruiminstallatie ontworpen die ingebouwd wordt in onderhoudsperrons. Een centrale controle unit stuurt verschillende reinigingsstations aan waarnaast de trein parkeert. Wagon per wagon wordt de trein aan het systeem gekoppeld dat automatisch automation magazine september 2015

de septische tanks van 200 liter leegmaakt en vervolgens naspoelt met 80 liter water, dit op minder dan drie minuten. Later werden door Laborex een aantal verbeteringen geïntroduceerd: een stofzuiger (vacuümaansluiting), perslucht, stopcontacten en warm water worden nu ook ter plaatse beschikbaar gemaakt aan het onderhoudsperron. Zo hebben de schoonmaakploegen alles bij de hand om de wagons te poetsen. 37


logistieke proces, de aankoop en engineering. Dankzij het nieuwe VTUG-ventieleiland beschikte Festo ook over een compact, modulair en performant eiland dat perfect geschikt was voor installatie in de werkstations. Decentraal geplaatst moeten deze eilanden maar een beperkt aantal ventielen bevatten en betrouwbaar zijn. Isolatie en verwarming stuurkasten Het andere type van ventieleiland dat ingezet werd in de centrale sturing is het MPA-ventieleiland dat werd gekozen vanwege de betrouwbaarheid, modulariteit en het interne bussysteem. Communicatie loopt via Profibus en de maximale capaciteit van het MPA-eiland word volledig benut. Zo werden voor een installatie 52 x 5/2-ventielen en 24 x 3/2-ventielen op hetzelfde eiland geplaatst, zijnde het maximaal aantal van 64 ventielposities of 128 spoelen die een ventieleiland maken van bijna één meter lang.

‘Door de installatie in open lucht was het noodzakelijk om alle tunnels en stuurkasten te isoleren, te bewaken en te verwarmen.’

De pneumatische sturing van de actuatoren in de SKID door het MPA-ventieleiland: betrouwbaar, tot 128 spoelen, doorgelinkt met intern bussysteem. Europese prijsvraag Om aan de vereisten van de Europese prijsvraag te voldoen moest Laborex een systeem ontwerpen dat een bepaalde snelheid haalt, maar ook een hoge inzetbaarheid en beschikbaarheid van het systeem garanderen. De centrale unit wordt in de werkplaats van Laborex als skid gebouwd om nadien in een container geschoven en ter plaatse geïnstalleerd te worden. Hierin zit de sturing, vacuümpompen en reservoirs, kogelkranen met kwartslagactuatoren (DAPS) die aangestuurd worden met een MPA-ventieleiland. Een luchtverzorgingseenheid (MS) bewaakt de persluchtkwaliteit. Ondergronds wordt verbinding gemaakt met de onderhoudstations naast de sporen. Het onderhoud van de units wordt alvast de eerste drie jaar door Laborex verzorgd, en alle geïnstalleerde installaties blijken even betrouwbaar. Laborex had reeds een goede ervaring met het gebruik van ventieleilanden en aandrijvingen van Festo en besloot om ook het process equipment van Festo te testen. Door ventieleilanden, slangen en koppelingen, luchtverzorging, actuatoren, kleppen en sensoren bij één enkele leverancier af te nemen vereenvoudigde het 38

Kwartslag-actuatoren (DAPS) sturen de watertoevoer, vacuüm vloeistofafzuiging en vacuüm luchtafzuiging voor de stofzuigers. Door de installatie in open lucht was het noodzakelijk om alle tunnels en stuurkasten te isoleren, continu te bewaken en van verwarming te voorzien. Het water kan indien nodig continu rondgepompt worden, en temperatuurbewaking in de verste werkstations kan een bijkomende verwarming vragen van het systeem. Zo kan de werking gegarandeerd worden tot -15°C. Bovendien kon Festo Laborex verder ondersteunen door technische dossiers, montage-instructies, … ter beschikking te stellen, maar ook door bepaalde componenten samengebouwd te leveren. Ventieleilanden worden afhankelijk van het project online geconfigureerd en samengebouwd geleverd, maar er werd ook een artikelnummer aangemaakt speciaal voor Laborex voor de bolkranen. Hiermee wordt een DAPS actuator met bolkraan en positiemelder samengebouwd geleverd waardoor Laborex zich kan concentreren op de eigenlijke bouw van het systeem. Door de afstanden in de stations en de lengte van de treinen zijn sommige installaties van de centrale installatie tot het laatste werkstation wel 400 m lang. Pneumatica was dan ook een evidente keuze om de beschikbaarheid van deze systemen te verzekeren. Droge en zuivere perslucht – door de NMBS geleverd – is natuurlijk een must. Elektrische actuatoren zijn niet alleen veel duurder, maar zullen teveel hinder ondervinden van de spanningsval door de lange leidingen. www.festo.com www.laborex.com


producten

DE OPC XML-CLIENT VAN WAGO Om duurzame energiebronnen in het bestaande elektriciteitsnet te kunnen integreren, moeten de exploitanten van de elektriciteitsnetten over informatie beschikken op welk tijdstip en in welke mate de energiegeneratoren vermogen in het elektriciteitsnet voeden. De hiervoor noodzakelijke communicatie tussen de windturbines en de beheercentrale van de exploitant van het elektriciteitsnet kan echter niet altijd worden gerealiseerd. De reden hiervoor is dat de energiegeneratoren en de beheercentrale gebruik maken van verschillende protocollen en in windturbines in veel gevallen een OPC XML-client geïntegreerd is. Voor dergelijke gevallen heeft WAGO een OPC XML-client ontwikkeld die als gateway tussen de beheercentrale van de exploitant van het elektriciteitsnet en de OPC-server van de windturbine kan worden gebruikt – en dat op basis van een kleine en zodoende voordelige besturing. De oplossing baseert op de IEC-61131-bibliotheek ‘WagoLibOpcXmlClient.lib.’ Deze stelt een OPC XMLclient ter beschikking die ook bij de veldbuscontroller van

automation magazine september 2015

de serie 750 van WAGO wordt gebruikt. Hierbij maakt de functionele module ‘OpcXmlClient’ de communicatie met een OPC XML-server op basis van het http-protocol (Hypertext Transfer Protocol) mogelijk. De client leest afzonderlijke datapunten van de OPC XML-server van de windturbine uit, zet de gegevens van het http-protocol om naar het remote protocol IEC 60870-5-104, en draagt de gegevens vervolgens over aan de beheercentrale van de exploitant van het elektriciteitsnet. De communicatie in de tegenovergestelde richting – de overdracht van waarden van de beheercentrale aan de OPC XML-server van de windturbine – is met behulp van deze bibliotheek mogelijk. De bibliotheek ‘WagoLibOpcXmlClient.lib’ kan individueel aan de wensen van de klant worden aangepast en is in tegenstelling tot andere softwarebibliotheken van WAGO niet gratis. www.wago.be

39


UITBREIDING EXLAR ROLLERSCREW SERVOACTUATOREN

De nieuwe FT45 lineaire rollerscrew actuator van Exlar levert een continue kracht tot 44,5 kN, en vult hiermee het gat op tussen de bestaande FT35 en FT60 actuatoren.

Veiligheid op z’n scherpst !

60 jaar innovatie met Stäubli Omdat de veiligheid van uw personeel prioritair is en omdat uw pneumatische apparatuur steeds beter moet presteren, innoveert Stäubli continu het volledige persluchtgamma. Ontkoppeling met anti-zweepslag, perfecte afdichting, optimaal debiet, ergonomie en duurzaamheid zijn dermate geavanceerd dat ze u een maximale efficiëntie en veiligheid garanderen.

Ontdek al onze persluchtoplossingen op www.compressed-air-couplings.com

De Exlar FT elektrische actuatoren worden toegepast in een uitgebreide reeks van lineaire toepassingen, dankzij de geleverde continue krachten tot 178 kN, snelheden tot 1.500 mm/s en beschikbare slaglengtes van 150 tot 1.200 mm. De Exlar FT actuator kan toegepast worden met een grote verscheidenheid aan servomotoren. IDEAAL ALTERNATIEF VOOR HYDRAULISCHE CILINDERS De Exlar FT actuator heeft een hoge duwkracht en kan ingezet worden voor bij hoge snelheid. De zeer robuuste actuators zijn compact en mede daardoor een ideaal alternatief voor hydraulische cilinders. De FT45 is voorzien van de volgende belangrijke punten: een IP65 bescherming standaard op alle configuraties, een vereenvoudigde motormontage en riemspanning/onderhoud dankzij het pulley opspansysteem, eenvoudig smeren zonder demontage dankzij de vetsmeernippel, en een vereenvoudigd onderhoud/vervanging van de afdichtingen door een afneembare voorflens geleiding. www.mijnsbergen-atb.eu

Stäubli Benelux – Tél. : +32 56 36 40 03 – Email : connectors.be@staubli.com

40


producten

MET 56 SMEERVRIJE GLIJLAGERS IN EEN CABRIO DE WERELD ROND De reis is ten einde en ‘iglidur on tour’ was een succes. Meer dan één jaar lang was de oranje cabrio onderweg en legde op vier continenten ruim 100.000 km af. De auto doorkruiste stoffige woestijnen en bezocht megacitys, trotseerde kou en regen, overleefde gaten in het wegdek in India en beijzelde straten in Noorwegen. De missie van deze kleine, oranje wagen? De belastbaarheid van de smeer- en onderhoudsvrije glijlagers van de motion plastics-specialist igus testen. De Keulse onderneming trekt nu haar conclusies uit deze avontuurlijke tocht. Op 56 lagerplaatsen werd het iglidur on tour-voertuig voorzien van igus-componenten: bij het rempedaal, de ruitenwissers en de elektrische raambediening, in de schakelmodule, in de stoelconsole, bij de handrem, in de startgenerator, bij het vouwdak en in de motor op de smoorklep. In januari 2014 startte de grote reis. De cabrio bezocht wereldwijd klanten, beurzen en igus-filialen. De eerste stop was India, waar in totaal 5.000 km afgelegd werd en ondertussen meer dan 80 klanten met een bezoek werden vereerd. Andere stops waren China, Zuid-Korea, Taiwan en Japan, voordat de cabrio keurig op tijd naar het wereldkampioenschap voetbal in Brazilië vertrok. Na een rit door Canada en de USA, doorkruiste de tour Europa, door Frankrijk, Groot-Brittannië, Polen, Spanje, haast geen land dat niet werd bezocht. Op een zeker moment was de auto nog in Zwitserland, om kort daarna alweer in Noorwegen te zijn. Geen ernstige slijtagesporen De afsluiting van de tour vond plaats op de Hannover Messe 2015. De componenten van de auto werden ter plaatse getoond en onder leiding van Karl Weinmeister informeerde het team de bezoekers over de belevenissen tijdens de tour. Voorafgaand aan deze gelegenheid, werden de de glijlagers verwijderd en uitvoerig gecontroleerd op slijtage. Het resultaat van deze eenmalige belastingtest was duidelijk, hoewel niet geheel onverwacht. ‘Geen van de 56 geïnstalleerde lagers had ernstige slijtagesporen’, benadrukt Gerhard Baus, zaakwaarnemer glijlagertechniek bij igus. ‘Maar wij wisten zeker dat de glijlagers stand zouden houden in de meest bijzondere toepassingsgebieden en onder de meest uitzonderlijke omstandigheden. Reden daarvoor is niet alleen onze lange ervaring op het gebied van motion plastics, maar ook de resultaten van automation magazine september 2015

Het oranje wagentje van igus bolde de wereld rond en hield bij een eerste etappe halt op de AutoExpo in New Delhi (India). Er werd op het Indische continent zo’n 5.000 kilometer gereden. het testlab waarin we meer dan 10.000 tribologisches tests per jaar uitvoeren. Daardoor geven we de klant voorspelbare en gecontroleerde veiligheid voor hun gewenste toepassing.’ Gering gewicht van polymeermateriaal Tijdens de reis om de wereld heeft het ‘iglidur on tour’team klanten gevraagd waarom hun keuze op ‘motion plastics’ van igus is gevallen. Een van de meest genoemde redenen waren de zelfsmerende eigenschappen van het materiaal, de daaraan gerelateerde onderhoudsvrijheid, en de vocht- en vuilbestendigheid. De klanten uit de automobielbranche onderworpen de compacte auto aan een nauwkeurig onderzoek. Hier wordt vooral het geringe gewicht van het polymeermateriaal als onderscheidend voordeel gezien. Iglidur-glijlagers reduceren het gewicht van elke lagerlocatie met een factor 7 als metalen lagers kunnen worden vervangen. ‘Ook voor ons als team was het een groot avontuur’, aldus Karl Weinmeister. ‘We hebben zoveel verschillende toepassingen en industrieën leren kennen, waarin motion plastics van igus gebruikt kunnen worden, maar ook de verschillende landen en culturen.’ Voor elke afgelegde kilometer hebben igus en de regionale nevenvestigingen, met een euro lokale goede doelen ondersteund. Ook nu het officiële gedeelte van de tour beëindigd is, is het oranje autootje uit Keulen binnenkort misschien weer op straat te zien. www.igus.com 41


producten

VERMEIRE MOTION EN ROLLON TECNOCENTER De producten van het Italiaanse Tecnocenter, sinds januari 2015 onderdeel van Rollon Lineair techniek, zijn nu ook in België beschikbaar via Vermeire Motion. Tecnocenter ontwikkelt sinds 1971 hoogstaande standaard 1,2 en drie assige cartesiaanse lineaire modules met rack and pinion, voor precieze handeling van de meest uiteenlopende producten en afmetingen. Het Tecline gamma is geschikt voor payloads van 5-2000 kg, snelheden tot 4 m/sec en versnellingen tot 10m/sec². X & Y assen tot 12 meter met hoge torsiestijfheid worden nabewerkt voor een hoge herhalingsnauwkeurigheid tot +/-0.05mm. Het systeem is uitgerust met geharde stalen lineaire geleidingen voor rollen of kogelomloop met kogelkettingtechnologie. De systemen kunnen voorzien worden van servomotoren naar keuze. Een IDS partnership met Siemens staat garant voor een perfecte integratie van mechanica en aandrijving. De systemen worden op maat met de klant uitgewerkt en worden deels of volledig geassembleerd geleverd. www.vermeire-motion.com

DE AUTOMATION ROADSHOW TRUCK De nieuwste innovaties van Parker Automation worden voortaan via een ‘Automation Roadshow Truck’ voorgesteld op locatie. Tweehonderd toepassingen komende uit de vijf afdelingen van automatisatie - Electromechanical, Variable Speed Drives, Pneumatics, Fluid Controls en Precision Fluidic Solutions - staan in de speciale truck ten dienste van de klant om hen eigenhands de Parker kwaliteitsproducten te laten zien en te ervaren. Tot 30 interactieve schermen introduceren elk een eigen product, gamma of technologie waaronder ook ‘variable speed drive’ en ‘Pneumatic Air-Saver products.’ De truck heeft twee volautomatische modules die uitgeschoven zorgen voor een 48m² grote geklimatiseerde en optimaal verlichte tentoonstellingsruimte. Vijf hydraulische assen, GVM motor, MC mobile drive en een hydraulische pomp van het Parker Electro Hydraulic Pump-system brengen de modules in beweging. Momenteel trekt de roadshow door Europa. Voor meer informatie kan u steeds terecht bij de Parker Sales Company in Nijvel. www.parker.com/be 42

NIEUW SMC 2/2 PROCESVENTIEL

SMC verstevigt zijn assortiment 2/2 procesventielen met de lancering van zijn verbeterde VXS-serie. De VXS-serie, die kan schakelen zonder drukverschil, is ontworpen om te werken met stoom en warm water en beschikt over nieuwe ontwerpeigenschappen, waardoor ze betrouwbaarder en slijtvaster is. Het ventiel heeft geen vloeistofdruk nodig om te werken en garandeert een minimale lucht-lekkage dankzij een speciale afdichting, gemaakt van speciaal FKM, wat de algemene betrouwbaarheid verbetert. Dankzij de verbetering in de constructie is de levensduur van de klep verbeterd. De klep kan nu 3 miljoen cycli uitvoeren. Met een dubbele geleidingsring en een verbeterde schrapersfunctie wordt de hoeveelheid ongewenste deeltjes geminimaliseerd. Hierdoor is het ventiel beter bestand tegen invloeden van buitenaf. Tevens heeft SMC de magnetische spoelketen vernieuwd en uitgebreid. De nieuwe versie is stiller, verbruikt minder energie en is milieuvriendelijker. De VXS is zowel in een messing-vernikkelde als een roestvrij stalen body verkrijgbaar, wat deze klep ideaal maakt voor tal van toepassingen, waaronder sterilisatie, verwarmingsen drukprocessen in verschillende sectoren zoals voedings-, medische, textiel-, verwerkings- en algemene industrieën. www.smcpneumatics.be


WEBSITE

AUTOMATION-MAGAZINE.BE BOUWT AAN TECHNIEK ‘COMMUNITY’ De student van de toekomst heeft voor het vergaren van kennis geen aula meer nodig, maar wel een internetaansluiting.

Automation Magazine zoekt door techniek gepassioneerde moderatoren voor het Forum op de website www.automation-magazine.be.

manier het debat hoe internet en MOOC’s (Massive Open Online Courses) de Campus-muren slopen en kennis toegankelijk maken voor alle leergierigen.

De moderatoren zorgen voor de begeleiding van de ‘Automation Community’ die wordt gegroepeerd rond zes expertisegebieden: hydraulica, pneumatica, elektrische aandrijving, mechanische aandrijving, motion control, en meet- en regeltechniek.

Baron Robert Stouthuysen – gewezen topman bij Janssen Pharmaceutica en oud VEV-voorzitter – schreef hier op de Automation Magazine website onder de titel ‘Vlaanderen Digitaal’ een interessante opinie over.

De vier ambitieuze doelen van de in juni gelanceerde website van FIMOP en Belgitrans zijn inmiddels bekend: relevante nieuwsgaring uit de technieksector, het voorstellen van bedrijven en producten, kennisdeling via een open Forum over techniek, en het inventariseren van technische informatie.

‘In deze moderne ‘sharing economy’ wordt kennis steeds meer gedeeld via digitale weg.’ Met deze streefdoelen wil de nieuwe website in België dé referentie worden voor alle informatie over techniek, industrie, industriële automatisatie en aandrijftechniek. Een open digitaal platform voor alle betrokkenen uit de industriële sector. MOOC’s slopen Campus-muren In het najaar zal ook het Forum starten want in deze moderne ‘sharing economy’ wordt kennis steeds meer gedeeld via digitale weg. Aan de universiteiten en hogescholen voert men momenteel op een verkrampte automation magazine september 2015

Automation-Magazine.be wil in de toekomst voor de wereld van de techniek, de industriële automatisatie en aandrijftechniek hét digitale kennisplatform bij uitstek zijn. Net zoals in Duitsland waar ingenieurs elkaar technische vragen stellen, uitleg geven en problemen oplossen via de website Industry Arena, met meer dan 380.000 aangesloten leden. Conversaties begeleiden De ‘Automation Community’ van de nieuwe website is gegroepeerd rond de zes hogervemelde topics. In het najaar wordt dit gratis Forum opgestart en hiervoor zoekt Automation Magazine moderatoren die als experts de conversaties willen begeleiden. Interesse om als expert en moderator mee te werken aan de website? Contacteer ons via info@automation-magazine.be. Vergeet ook niet dat al uw nieuws en niet-commerciële persberichten over techniek gratis welkom zijn op de website. Stuur ze ons via redactie@automation-magazine.be. www.automation-magazine.be 43


LIFE SCIENCES

OIL & GAS

CHEMICALS & PETROCHEMICALS

Ontdek ons breed gamma producten en systeemoplossingen: 9 technologiëen vanuit één leverancier! MOBILE OFF ROAD

INDUSTRIAL

RENEWABLE ENERGY

TRANSPORTATION

www.parker.com/be

DISTRIBUTION


techtelex ATLAS COPCO is voor de vestiging in Antwerpen (Wilrijk) door Lloyds Register gecertificeerd volgens het ISO 22000 Food Safety System. Atlas Copco is hiermee in België de eerste compressorfabrikant die voldoet aan de hoogste standaard voor voedselveiligheid in de voedings- en drankenindustrie (www.atlascopco.com). TESLA tankt cash bij want de Amerikaanse producent van elektrische wagens plant een kapitaalverhoging van 500 miljoen dollar. Het concern moest de verkoopprognoses voor dit jaar wel terugschroeven naar 50.000 tot 55.000 verkochte wagens. De lancering van het nieuwe model X loopt voorts vertraging op. AQUARAMA TRADE FAIR blaast tien kaarsjes uit. Op 22 oktober 2015 wordt in de Brabanthal van Leuven-Haasrode de beurs van het vaktijdschrift Aquarama gehouden. Alle specialisten uit de wereld van watertechnologie en waterbehandeling in België en Nederland verzamelen op deze vakbeurs. De inkom is gratis. Industriële eindgebruikers vinden bij de circa 100 standhouders ongetwijfeld de oplossing voor uitdagingen inzake watertechnologie (www.aquarama.be). AMS AUTOMATION & MANUFACTURING SERVICES GROUP heeft de activiteiten van Trento Robotics in België overgenomen. De medewerkers van de voormalige tak van Trento blijven er aan de slag. De naam Trento wordt behouden en die activiteiten gaan nu verder onder de naam AMS Trento (www.amsrobotics.com en www.trento3d.com). EMERSON organiseert van 12 tot 14 april 2016 in Brussel de ‘Emerson Global Users Exchange Conference.’ Tot 30 september kan iedereen via www.emersonexchange.org een samenvatting indienen van een innovatieve presentatie om zo te worden uitgenodigd op de Emerson Conferentie die wordt bijgewoond door ruim 1.200 deelnemers uit de procesindustrie in Europa, het Midden-Oosten en Afrika. De interessegebieden gaan van technische tips, virtueel samenwerken, industriële mobiele devices, big data, industrie 4.0 tot cloud computing. KORTRIJK XPO en Industrial Design Center van Howest slaan met een nieuwe vakbeurs op 28 en 29 oktober een brug tussen creatieve industrie en maakindustrie. De vakbeurs heeft als doelgroep al wie actief is op vlak van productontwikkeling, prototyping en productie in kleine volumes. Heel wat grote namen werken mee aan de beurs, waaronder de technische afdelingen van bedrijven zoals Samsonite, Barco, 3D Systems, Dyson, Imec, Materialise, Extremis en Autodesk. De vakbeurs is gratis (www.kortrijkxpo.be). PHISHING is een fraudetechniek waarmee oplichters via e-mails en het internet gegevens en geld proberen los te peuteren bij nietsvermoedende slachtoffers. Intrum Justitia in Gent waarschuwt voor een hele reeks valse e-mails die sinds enkele maanden in naam van dit incassobureau worden verzonden. Het gaat telkens om aanmaningen tot betalingen voor achterstallige facturen van Mobistar, TransIP Domein Registratie, EDF Luminus, Vodafone Libertel en KPN Telecom. Via deze e-mails proberen oplichters aan persoonsgegevens of bedrijfsinformatie te geraken. Best is om deze e-mails te negeren en zeker niet te klikken op aanwezige links. Ook de redactie van Automation Magazine ontving recent dergelijke frauduleuze e-mails. FESTO BELGIUM ondersteunt al jaren de Mecatronic Contest van de hogeschool NamenLuik-Luxemburg (Hénallux). Iedereen uit de derde graad technisch of beroepsonderwijs (Vlaanderen en Wallonië) kan aan deze wedstrijd deelnemen. Materiaal wordt geschonken door bedrijven uit de industriële automatisering zoals Festo. Het doel is om met deze componenten een robotprototype te ontwerpen en te bouwen (zie de foto van een originele veegrobot). Inschrijven kan via www.henallux.be/mecatronic-contest.

automation magazine september 2015

45


opinie door Ir. ALFONS CALDERS

Opleiding: kiezen voor interesse of voor job? Het nieuwe aan dit startende academiejaar is dat de universiteiten en hogescholen de oriëntatietoets – de screening op voldoende kennis en capaciteiten voor de gekozen richting – veralgemeenden. Ze blijft wél vrijblijvend.

geschikt zijn en waarvoor er jobs zijn? Of houden we het ‘niet verplicht’, maar wél met de consequentie dat als ze deze weg niet volgen en na hun studies geen werk vinden, ze geen werklozensteun kunnen genieten? De RVA mag toch ook schorsen als iemand werkweigeraar is?

Natuurlijk, want de ingangsproef voor burgerlijk ingenieurs is jaren geleden afgeschaft om ze dan bij geneeskunde in te voeren. Politici willen enkel een ingangsbarrière tegen overbevolking, geen bekwaamheidsproef.

Te rationeel? Te blind? Te bindend? In de kleuterklasjes bestaat echter wel al een bindende oriëntatieproef: kleuters die graag spelen en creatief bezig zijn tegenover zij die goed zijn in taal en sommetjes.

Politici willen ook de leerlingen – of hun ouders, de kiezers – de vrijheid geven om hun leerinteresse te volgen. De onderwijsinstellingen willen wél de overbevolking in de eerste jaren – en ook wel het groot aantal mislukkingen bij eerstejaars – aanpakken. Vraag is of een ‘vrijblijvende oriëntatieproef’ iets helpt. De gefaalde leerling belooft plechtig te werken aan zijn zwakke kanten. Ouders denken dat hun kind pech of een slechte dag had. Maar van richting veranderen? Toch zijn mislukkingen opdoffers (ook financiële) voor studenten en ouders. Het is het verdergezet watervalsysteem uit de humaniora. Dit resulteert in een verzuurde maatschappij die niet meer wordt opgebouwd door successtrevers, maar door schadebeperkers. En – belangrijk in een tijd van besparingen – mislukkingen kosten een groot deel van het onderwijsgeld. In andere landen wordt het efficiënter maken van onderwijsbudgetten anders aangepakt. Denk aan de numerus clausus in Nederland. En wij maar onderwijsbudgetten investeren in Nederlanders die in hun land geen studieplaats bemachtigden! Numerus clausus helpt enkel bij opleidingen met een té hoog studentenaanbod. Wat echter met de knelpuntopleidingen – zoals de richtingen naar technische beroepen – waarvan de instroom lager is dan wat de arbeidsmarkt vraagt? Is het een brug te ver om de leerlingen via een verplichte oriëntatieproef te richten naar opleidingen waarvoor ze 46

‘Dit resulteert in een verzuurde maatschappij die niet meer wordt opgebouwd door successtrevers, maar door schadebeperkers.’ De eerste groep wordt vandaag ‘schoolonrijp’ verklaard. Deze meer practici dan theoretici moeten kunnen doorgaan, maar wel een nieuw lagere schoolprogramma aangeboden krijgen. Met eindtermen rond knutselen, ontwerpen … Bijvoorbeeld robots 3D-printen op basis van CAD-systemen, spelletjes ontwikkelen via computertalen. Eindtermen die voor hen belangrijker zijn dan hun eindtermen rond Nederlands, rekenen, aardrijkskunde ... Deze richting zou een perfecte instroom zijn voor de vakscholen. En begin niet denigrerend over ‘de vakschool.’ Geen ‘mislukkelingen’-beeld uit ‘het beroeps’: amper geletterde loodgieters, metsers ... Vakscholen moeten – zoals vroeger – degelijke vaklui afleveren. Mensen die bedrijven nodig hebben. Mensen die hun hoofd en handen kunnen gebruiken. Hieronder ook loodgieters, metsers, metaalbewerkers met de zware technische basis waar hun moderne beroep nood aan heeft: CAD-ontwerp, CNC-draaien, CNC- frezen, ICTontwerp voor big data beheersing. En ze moeten kunnen doorstromen tot kundige universitaire ingenieurs. Geen theoretici meer, maar positief gerichte vakmensen.


www.fimop.be www.automation-magazine.be

www.belgitrans.be www.automation-magazine.be

pr tec Partner in automation

VANSICHEN

LI N E A I R T E C HN I E K


The path to reliability...

Efficiency Strength Reliability

From small low voltage motors and gearboxes through to high voltage generators and alternators, WEG provides an energy efficient solution to your power needs. Our range of variable speed drives, MCC’s, soft starters and control gear compliment our motors providing additional energy savings and improved performance. Whatever the application, WEG can provide a complete package to meet your requirements. Individually our products are amongst the most energy efficient available . Together they give you unbeatable levels of reliability and performance.

HV

To find out more visit www.weg.net


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.