Dit is onze tijd

Page 1

DIT IS onze TIJD Turkse en Marokkaanse jongens en meisjes aan het woord over hun verleden, heden en toekomst. Elisabeth Bastemeijer INLEIDING orkunWAT HEB IK? WAT WIL IK? WAT KAN IK?

zehraDENK NIET ALLEEN AAN JEZELF MAAR OOK AAN JE MEDEMENS! douniaMAAK DE JUISTE KEUZES VOOR JEZELF! meryemGEEN VERDRIET MEER OP DE WERELD omnyaSTA OPEN EN TOON RESPECT! ilknurSTOP MENSEN NIET IN HOKJES! huseyinGENIET VAN ELKE DAG!

1

DIT IS ONZE TIJD

mariamNEEM RISICO’S WAAR NODIG IS!


INLEIDING Het CBV heeft mij gevraagd om interviews af te nemen bij Turkse en Marokkaanse jongens en meiden van de derde generatie. Aan de ene kant wens ik hiermee een kwalitatieve bijdrage te leveren aan een grootschalig kwantitatief onderzoek van de universiteit van Tilburg onder leiding van Juliette Schaafsma en in opdracht van Iris Sliedrecht en het CBV. Aan de andere kant vormen de interviews de basis voor de levensverhalen die in ‘Dit is onze tijd’ verteld worden. Ik heb de interviews met veel enthousiasme afgenomen en de verhalen met veel plezier geschreven. Voorheen had ik nooit veel contacten met Turken en Marokkanen gehad. Het is altijd een groot gemis voor mij geweest om niet te communiceren met een groep die in Nederland alom aanwezig is en tot onze samenleving behoort. Het enige dat ik over Turken en Marokkanen wist, had ik geleerd in de media en in mijn studie. Hetgeen ik nu weet is daar niet mee vergelijkbaar. Turkse en Marokkaanse meiden en jongens hebben mij hun leven verteld, hebben mij laten zien wie ze waren en wat ze dachten. Ik heb uren lang vele diepe gesprekken met hen gehad en heb heel veel van hen geleerd. Het belangrijkste wat ik geleerd heb is het feit dat zij mensen zijn zoals ik. De personen waarmee ik gesproken heb, worden niet gekenmerkt door nationaliteit maar door karaktereigenschappen. Sommigen zijn heel lief, anderen zijn heel on-zeker. Sommigen wensen in de toekomst vooral fijn samen te leven met hun familie, anderen willen voornamelijk een carrière maken. Sommigen hebben een hele hechte band met hun land van herkomst, anderen hebben een hele hechte band met Nederland. De personen waarmee ik gesproken heb, hebben slechts twee dingen gemeen. Het geloof en de wil om iets goeds te doen en te betekenen in deze wereld. De media geeft een erg verdraaid beeld van Turkse en Marokkaanse vrouwen en mannen in Nederland. Vaak worden ze slechts gedefinieerd in het verschil dat zij op het gebied van cultuur en geloof met Autochtone Nederlanders hebben. Natuurlijk is de werkelijkheid anders. Identiteit is complex en niet in hokjes te plaatsen. Door naar de Turken en Marokkanen zelf te luisteren wordt dit al snel duidelijk. Ik hoop dan ook dat deze bundel een aanzet vormt voor het luisteren naar mensen zelf, dat is leerzamer dan over ze te praten. Ik hoop dat deze bundel een aanzet vormt om in gesprek te gaan met mensen in de samenleving buiten de eigen groep. Niet alleen over problemen maar over alle zaken waarmee ieder mens mee te maken heeft. De problemen van de ‘multiculturele samenleving’ zullen opeens minder groot blijken te zijn. Bedankt Meryem, Ilknur, Huseyin, Dounia, Omnya, Mariam, Orkun en Zehra! Bedankt voor het vertellen van jullie verhaal. Ik heb zoveel van jullie geleerd. Jullie blijven in mijn hart en in mijn hoofd. Elisabeth Bastemeijer

2


orkun-

WAT HEB IK? WAT WIL IK? WAT KAN IK? Ooit vroegen ze aan mij op mijn HBO opleiding: ‘Orkun wat vind jij van de emancipatie van vrouwen als allochtoon en moslim zijnde?’. Toen zei ik heel verkeerd: ‘Ik vind emancipatie onzin.’, maar ik bedoelde daarmee ‘overbodig’. Iedereen denkt dan: ‘Daar is weer een allochtoon met een conservatieve gedachte.’, maar wat ik wilde zeggen was: ‘Als ik recht heb op iets als mens zijnde, heeft een vrouw als mens zijnde het recht op hetzelfde.’ Vrouwen hebben in de afgelopen honderd jaar veel bereikt en ik vind het goed dat vrouwen opkomen voor hun rechten. Zo is mijn zusje jurist en veel slimmer dan ik. Ze kan opkomen voor zichzelf, is bewust bezig en verantwoordelijk. Ze is nu 25 en is letterlijk niet meer mijn kleine zusje hoewel ze dat gevoelsmatig misschien nog wel is. En als zij voor zichzelf een afweging maakt dan respecteer ik dat. Als ik het ergens niet mee eens ben zal ik dat zeker tegen haar zeggen maar uiteindelijk moet zij haar eigen keuze maken. Het is haar eigen verantwoordelijkheid. Ik ben op papier al getrouwd en vind het ook belangrijk dat wanneer mijn vrouw straks na het echte bruiloftsfeest, komende zomer in Ankara, naar Nederland komt, een baan vindt, de Nederlandse taal leert en niet afhankelijk van mij hoeft te zijn. Zij is voor mij de mooiste vrouw van de wereld. Ik wilde altijd al een vrouw die slim zou zijn en een bepaald niveau had. Zij heeft de universiteit in Turkije afgerond. Daarnaast wilde ik dat ze zelfstandig was en ze heeft vier jaar op kamers gewoond. Ik wilde dat ze gelovig zou zijn en dat is ze. We hebben heel veel gepraat en zijn er bovendien achter gekomen dat we dezelfde normen en waarden delen. Ze is voor mij dus perfect. Ze zal in Nederland eerst nog wel moeten wennen. Het plaatje van kinderen past daar voorlopig niet in. Pas later wil ik kinderen. Ik zal proberen de Turkse taal, mijn geloof en de waarde die ik hecht aan familiebanden aan 3

DIT IS ONZE TIJD

Orkun Baytemir heeft temidden van zijn drukke bestaan tijd willen vrijmaken om ons te vertellen over zijn idealen, zijn levenslust, zijn passies en zijn gedachtes. Hier volgt het verhaal van een vrolijke, actieve, betrokken en sociale jonge man die met beide voeten op de grond staat en goed weet wat belangrijk is in zijn leven.


4


hen mee te geven. Ik denk dat het mijn ouderlijke taak is om mijn kinderen zo op te voeden als ik denk dat goed voor ze is. Als zij daar later niet mee eens zijn, dan kan ik daar niks meer aan doen. Als ouders kun je veel maar niet alles. Ik weet dat er door Turkse ouders vaak veel aan kinderen opgelegd wordt, maar ik vind dat het veranderd en ik vind het per definitie ook niet negatief hoe het in mijn cultuur gaat. Volgens mij is de intentie heel erg belangrijk. Als mijn moeder tegen mij zegt dat ze het ergens niet mee eens is, denk ik na over waarom ze dat zegt. Ik weet namelijk voor honderd procent zeker dat mijn moeder nooit iets zou zeggen wat mij zou schaden.

Nederlanders kunnen echt veel leren van onze gastvrijheid. Het zijn leuke aardige en lieve mensen maar ze zijn niet warm. In onze Turkse cultuur is er veel sociale controle en een gebrek aan privacy, dat is waar. Maar ook veel samenhorigheid en weinig individualisme. Met veel privacy kun je op een gegeven moment geïsoleerd raken. Isolatie en eenzaamheid zijn veel voorkomende problemen in Nederland. Dat zie ik ook bij mijn fulltime baan als maatschappelijk werker waar ik mensen help die meestal om psychische redenen steun nodig hebben. Vaak hebben zij geen familie en sociaal netwerk om zich heen dat als vangnet kan dienen. Ik ben iemand die zich makkelijk aanpast en snel contacten maakt en heb zelf dus een groot sociaal netwerk opgebouwd. Naast mijn familie heb ik ook veel zowel Nederlandse als Turkse vrienden om me heen. Omdat we een andere achtergrond hebben begrijpen mijn Nederlandse vrienden en ik elkaar niet altijd even goed. Maar die verschillen vind ik juist mooi. Het houdt mij een spiegelbeeld voor. Moslims staan tegenwoordig heel negatief in de aandacht. Omdat ze zich aangevallen voelen doen ze iets terug en als je slechts met moslims optrekt dan ga je daarin mee. Door ook het verhaal van andere mensen te horen leer je er begrip voor te hebben. Maar mijn allerbeste vrienden zijn mijn drie Turkse maten die ik al zo een 20 jaar ken. We zijn uiteindelijk ook alle drie op de universiteit terecht gekomen. Het is geen toeval dat juist die kleine groep vrienden van 20 jaar geleden zo hoog is opgeklommen. We hebben elkaar onbewust gesteund en beïnvloed. Met die vrienden hebben wij ook een stichting opgezet. Ons doel is om vooral allochtone jongeren maar ook andere jongeren te helpen hoger op te komen met hun studie. Ik heb van mijn ouders altijd veel steun gehad, maar ze hadden niet de capaciteiten om mij wat betreft de inhoud van mijn studie te steunen. Dat is iets wat ik heb gemist en ik probeer die steun nu wel te geven aan allochtone jongeren.

5

DIT IS ONZE TIJD

Ik heb van mijn ouders en mijn familie altijd veel liefde en aandacht gekregen. Ze zijn ook heel trots op me en dat geeft me veel voldoening. Wij leven in een ‘wij’-cultuur en ik kan bij al mijn familieleden naar binnen rollen, op de bank slapen en de ijskast open trekken zonder dat ze gek opkijken. Ik vind dat heerlijk. Gelukkig heb ik meer dan een huis. Ieder mens heeft andere mensen nodig die je onvoorwaardelijk kan vertrouwen.


Ik ben op sociaal en politiek gebied erg betrokken en actief en soms lijkt het wel een vloek. Mijn taak in het leven is om als voorbeeld te dienen voor de mensen die een vooroordeel hebben over een bepaalde gemeenschap. Ook voor jongeren ben ik een voorbeeld. Zo van: ‘Kijk, je kunt het wel, als je maar genoeg inzet toont’. Het vervelende eraan is dat mijn voorbeeldtaak niet helemaal vrijwillig is en dat het helaas wel nodig is. Maar toch haal ik er veel voldoening uit. Ik heb veel mensen leren kennen. Ik heb gezien hoe de politieke wereld in elkaar zit. Ik heb gezien hoe de welzijnswereld in elkaar zit. Ik leer netwerken aanleggen, ik leer lobbyen, ik leer zoveel. Het is voor mij belangrijk om op te komen voor de jongeren en iets voor hen te kunnen betekenen. We zullen samen met mijn vrienden nooit al onze idealen kunnen waarmaken. We zijn realistischer geworden en we weten dat we de wereld niet kunnen redden maar we zien wel dat er dankzij ons toch een paar jongeren hoger op komen. Dat gevoel is echt fantastisch en geeft ons de kracht en de wil om door te gaan. Het is een wereld van ons allemaal en we moeten elkaar helpen. Ik probeer altijd eerlijk te zijn. En denk vaak: ‘Wat heb ik, wat wil ik en wat kan ik?’. Ik ben van mening dat iedereen op zijn niveau iets kan betekenen ten eerste voor zichzelf en ten tweede voor zijn medemens. Je hoeft dus geen miljonair te zijn om armen te helpen of de universiteit gedaan te hebben om iemand anders iets bij te kunnen brengen. Als iedereen zijn bijdrage schenkt, komt het denk ik allemaal goed. We leven niet alleen in deze wereld en we moeten voor elkaar klaar staan.

6


mariam-

NEEM RISICO’S WAAR NODIG IS! Ik ben op 13 mei 1985 in Nederland geboren. Ik woon al sinds mijn geboorte samen met mijn familie in Tilburg Zuid. Ik vind het erg prettig om hier te wonen en zou het dan ook heel moeilijk vinden om weg te gaan uit deze buurt. Ik ken het hier goed en alles is dichtbij. Zowel mijn vrienden en mijn familie, als mijn school en het centrum van Tilburg. Bovendien hebben we goede contacten met onze buren. We groeten elkaar, feliciteren elkaar als er feest is en helpen elkaar als dat nodig is. We kunnen altijd bij elkaar terecht. Jammer genoeg is het in Tilburg wel moeilijk om de Marokkaanse cultuur terug te vinden. Als ik behoefte heb aan de Marokkaanse sfeer dan kan ik beter naar Rotterdam, Utrecht of Amsterdam toe gaan. Er zijn daar veel meer Marokkanen en Marokkaanse winkeltjes. Marokkanen hebben in Nederland veel opgebouwd, waardoor je als je in Nederland woont de Marokkaanse cultuur niet hoeft te missen. Toch wil ik niet voor de rest van mijn leven in Nederland blijven wonen. Het land is klein en ik vind dat het op dit moment niet erg goed gaat. Ik denk bovendien dat het er in de toekomst niet beter op gaat worden. Het liefst ga ik later in Marokko wonen. Het wordt daar elk jaar mooier en er zijn daar steeds meer mogelijkheden. Vroeger gingen we er samen met mijn familie elke zomer en elke kerstvakantie heen. Sinds vijf jaar gaan we alleen nog maar in de zomer. We gaan daar altijd op bezoek bij familie, mooie plaatsen van Marokko bekijken, winkels en markten bezoeken of lekker naar het strand. Ik heb daar veel familieleden en vrienden en ik mis ze heel erg. We hebben samen heel veel gedeeld en ik houd van ze. Ik voel me meer Marokkaans dan Nederlands. Als ik in Marokko ben dan word ik behandeld en geaccepteerd als een van hen. Ze zien mij niet als een Nederlander. Ik ben net zoals de Marokkanen in Marokko. Ik praat Arabisch, ik heb dezelfde cultuur en doe dezelfde dingen als zij.

7

DIT IS ONZE TIJD

Dit is het verhaal van Mariam. Zij is Marokkaanse van de tweede generatie en 21 jaar oud. Zij is zorgzaam, verantwoordelijk, lief en verstandig. Als ik aan Mariam denk dan denk ik aan een moeder of aan een zorgzame grote zus. Iemand waarbij je altijd terecht kan en waar je tot rust kunt komen. Zij vertelt ons over haar leven, haar toekomst, Marokko, haar passie, haar vrienden en haar familie.


8


Toch vind ik het ook belangrijk om contact te hebben met mensen met een andere afkomst. Door met anderen te praten kunnen zij leren over mijn cultuur en kan ik leren over hun cultuur. We leven in een multicultureel land en ik vind dat de verschillende culturele groepen goed met elkaar moeten omgaan. We zijn allemaal mensen. Alleen het geloof en de cultuur onderscheiden ons van elkaar

Ik vind het ook heel erg leuk om met mijn familie te praten en tijd door te brengen. Mijn familie staat voor mij op de eerste plaats. We hebben een heel hechte band met elkaar. We delen bijna alles en doen samen heel veel. Samen met hen heb ik tot nu toe een mooi leven gehad. Mijn nichtje is voor mij bijvoorbeeld meer dan een nichtje. Ze is ook mijn kleine zusje en mijn beste vriendin. Ze weet echt alles over mij en we delen alles met elkaar. Ook met mijn broer kan ik heel goed opschieten. Vroeger hadden we weinig contact en hadden we vaak ruzie maar de laatste jaren is er veel gebeurd en dat heeft ons dichter naar elkaar toe gebracht. We zijn nu maatjes geworden. Als we verdriet hebben kunnen we altijd bij elkaar terecht. Ik ben echt heel blij met deze twee mensen in mijn leven. Dounia en Mouhssine. Ook mijn ouders hebben mij altijd ondersteund. Zij zijn trots op me en wensen mij het beste toe in het leven. Zij hebben zich hun hele leven in fabrieken kapot gewerkt en willen niet dat ik in dezelfde situatie terecht kom. Ze vinden het daarom belangrijk dat ik studeer zodat ik een goede toekomst tegemoet kan gaan. Ik vind het zelf ook heel belangrijk om een opleiding te volgen. Door te studeren leer je heel veel, bouw je veel ervaringen op, en snap je dingen sneller. Bovendien is de kans dat ik later kan werken, een goed verdienende baan krijg en een goed leven kan leiden dankzij het volgen van een studie veel groter. Nu volg ik een opleiding tot onderwijsassistente. Ik ben gek op kinderen en houd ervan om mensen te helpen. Ik wil graag bijdragen aan de ont-wikkeling van kinderen zodat zij later wanneer ze ouder zijn zonder moeite in de maatschappij kunnen functioneren. Nadat ik deze opleiding heb afgerond wil ik dan ook heel graag logopedie of pedagogiek gaan doen. Ik wil heel graag kinderen met achterstanden steunen. Ik wil ze laten voelen dat zij belangrijk zijn in deze wereld en in dit leven. Ook al hebben zij een achterstand, een stoornis of een ziekte. Zij zijn ook mensen en hebben net zoals iedereen het recht op een goede toekomst. Mijn ouders vinden het fantastisch dat ik dit later wil doen. Zij vinden het een mooi beroep en vinden het goed bij mijn karakter passen. Later wil ik niet alleen maar voor andere kinderen zorgen maar ook heel erg graag mijn eigen kinderen krijgen. Ik ben echt dol op kinderen. Kinde9

DIT IS ONZE TIJD

Mijn vier beste vriendinnen zijn wel alle vier net zoals ik in Nederland geboren met een Marokkaanse afkomst. Als ik over onderwerpen praat die uit mijn eigen cultuur komen, begrijpen zij me sneller en makkelijker dan mensen die een andere afkomst hebben. Mijn vriendinnen zijn heel erg belangrijk voor mij. We zijn er altijd voor elkaar. In goede en in slechte tijden. Ik zou niet zonder ze kunnen. We hebben samen al zoveel gedeeld en meegemaakt. We praten over van alles. Over kleren, over het leven, over liefde, over vriendschap, over familie, over feesten. Alles wat er maar in ons opkomt wordt tussen ons besproken.


ren zijn zo leuk. Maar voordat ik kinderen krijg, wil ik trouwen met een lieve, aardige, zorgzame en leuke man. Er is in mijn ogen niets mooiers dan de liefde en het leven delen met de persoon waarvan je houdt. Samen met je geliefde sta je bovendien sterker om de toekomst tegemoet te gaan. Ik wil genieten van het leven! Je weet nooit welke verassingen je de dag van morgen zullen brengen en het is daarom belangrijk om elke dag volop te benutten. Ik weet wat ik later wil maar ik wil ook ruimte openhouden voor het onverwachte. Het is belangrijk om risico’s te nemen waar dat nodig is. Want alleen zo kun je erachter komen wat het leven jou te bieden heeft.

10


zehra-

DENK NIET ALLEEN AAN JEZELF MAAR OOK AAN JE MEDEMENS! Ik heb mijn MAVO afgerond en ben dit jaar begonnen met een opleiding om verpleegkundige te worden. Ik heb geluk dat ik het zo ver heb kunnen schoppen. Toen ik klein was, zat ik tot en met groep drie op een gewone Nederlandse school. Toen er in Tilburg een islamitische school kwam ben ik daarnaar overgestapt. Omdat ik op een Nederlandse basisschool had gezeten was mijn Nederlands veel beter dan het Nederlands van de andere kinderen op de islamitische school. Daarbij had ik dus wel een groot voordeel. Mijn ouders hadden graag gewild dat ik leraar zou worden, zoals mijn vader vroeger was. Maar toch vinden ze verpleegkundige een mooi beroep omdat het overal toepasbaar en nodig is. Het is voor hen heel erg belangrijk dat ik een diploma haal. En ze willen niet dat ik nu al aan trouwen denk zoals vaak wel het geval is in mijn cultuur. Trouwen wil ik voorlopig zelf ook nog niet. Over tien jaar denk ik wel dat ik getrouwd ben. De man waarmee ik zal trouwen moet dan niet op mij lijken. Ik ben heel erg eigenwijs dus dan zouden we altijd ruzie hebben. Ik praat veel dus hij moet goed kunnen luisteren. Hij moet aardig zijn en mij aan het lachen brengen. Ik houd van lachen. Ik ben iemand die om alles lacht. Ik stel me voor dat ik veel met mijn man zal doen. We zullen veel uit eten gaan, naar de bioscoop gaan en romantisch door de straat wandelen. Maar eerst wil ik graag mijn studie afmaken en een paar jaartjes werken. Ik wil zo hoog mogelijk komen wat betreft werk en goed verdienen. Het liefst word ik ambulance verpleegkundige. Ik houd er niet van als de dagen op elkaar lijken en ben altijd op zoek naar iets nieuws. Als ambulance verpleegkundige is iedere dag weer anders en vol avontuur. Bovendien denk ik dat ik er goed in ben. Ik houd ervan om te helpen en ik kan me goed inleven en aanpassen aan mensen. 11

DIT IS ONZE TIJD

Dit is het verhaal van Zehra Unver. Ze is 17 jaar oud en zit vol plannen voor de toekomst. Ze straalt en vertelt over wie ze is, wie ze wil worden, wat ze doet, wat haar dwars zit en waar ze gelukkig van wordt.


12


Ik hoop wel dat het met mijn diploma mogelijk zal zijn om een baan te vinden. Ik heb al geprobeerd om op een Nederlandse plek een bijbaantje te krijgen, maar ik werd steeds geweigerd omdat ik een hoofddoek draag. Dat vind ik belachelijk. Want of ik nou wel of niet een hoofddoek draag, ik blijf dezelfde persoon. Mijn hoofddoek is alleen een kledingstuk dat ik draag voor mijn geloof. Omdat ik nergens aangenomen werd, ben ik als bijbaantje in een Turks winkeltje als verkoopster gaan werken. Daar ben ik echt met mijn eigen cultuur bezig. Mijn eigen mensen. Ik voel me daar bijna alsof ik in Turkije ben en het is daar heel erg gezellig. Ik kan dan ook mijn eigen cultuur aan Nederlanders laten zien. Zo komen er Nederlandse studenten die vragen of Turks brood lekker is. Ik zeg dan ‘Probeer het maar!’. Het is leuk. Zo kun je alles delen met elkaar.

Hier in Nederland voel ik mij Turks, en daar in Turkije voel ik mij Nederlands. Ik ben nergens thuis maar vind dat niet erg. Ik weet niet anders en mis het daarom ook niet. Ik ben echt in twee culturen opgegroeid. De Turkse mensen hier begrijpen mij wel beter dan in Turkije. Ik weet dus niet of ik daar zou willen wonen. Als ik in Turkije zou wonen zou ik patat missen. En ik zou missen dat alles stipt op tijd gebeurt. Met Turken is het zo van ‘Kom maar om negen uur’ en dan komt iedereen om 10 uur. En dat vindt iedereen normaal. Ook vind ik het fijn dat alles in Nederland gewoon netjes op papier en met regels gaat. Maar er zijn ook aspecten van de Turkse cultuur die ik hier in Nederland mis. De relatie tussen buren is daar bijvoorbeeld heel anders. In de Turkse cultuur ben je daar altijd welkom. Als mijn moeder iets lekkers maakt breng ik ook altijd wat naar de buren. We delen altijd. Bij Nederlanders kun je niet zomaar aan kloppen. Zij vragen dan ‘Hebben we een afspraak?’. Het is alsof ze een muurtje om hun heen hebben gebouwd waar je niet overheen mag stappen. Turken zijn meer open en vrij. Ik mis mijn familie daar ook heel erg. We hebben een sterke band en zij begrijpen me. Ik praat vaak met ze aan de telefoon. Ik heb daar een tante waar ik heel veel om geef. Toen we een keer afscheid van haar moesten nemen omdat we weer terug naar Nederland gingen dacht ik steeds ‘Ik ga niet huilen! Ik ga echt niet huilen!’ Maar op het moment dat ze mij omhelsde barste ik in tranen uit. Dat is een van mijn mooiste herinneringen. Omdat ik op dat moment besefte hoeveel ik van haar hield. Ik houd ervan om van mensen te houden. Ik ben iemand die altijd een deel wil uitmaken van de mensen om wie ik geef. Ik ben altijd bezig met anderen, niet met mezelf. Ik wil niets missen en moet er altijd bij zijn. Altijd horen en 13

DIT IS ONZE TIJD

Soms denk ik dat wij de zwarte schapen van de samenleving zijn. Omdat een paar Turkse mensen verkeerde dingen hebben gezegd krijgen wij allemaal nu overal de schuld van. Daarom houd ik ervan om verschillend te zijn. Want als je verschillend bent dan weet je echt hoe de mensen kunnen zijn. Ik heb mijn eigen mening en ben geen volgzaam schaap.


altijd weten. Van anderen word ik gelukkig en ik houd er niet van om alleen te zijn. Ik heb heel veel vriendinnen. Van allemaal verschillende nationaliteiten. Toen ik klein was ging ik niet zoveel met Turkse meisjes om omdat ik niet in een zwarte wijk woonde. Nu besef ik wel dat het belangrijk voor me is om Turkse vriendinnen te hebben omdat we dezelfde taal praten. Een mengsel tussen Turks en Nederlands. Zij zijn ook Turks in Nederland. We begrijpen elkaar.

14


dounia-

MAAK DE JUISTE KEUZES VOOR JEZELF! Ik heb een ďŹ jne jeugd gehad. Samen met mijn nicht Mariam hebben we vele mooie momenten beleefd. Zij was, is en zal voor altijd mijn beste vriendin en mijn vertrouwenspersoon zijn. We hebben elkaar altijd in alles gesteund. Ook van mijn ouders heb ik altijd veel steun gekregen. Als ik maar mijn best op school deed en dat heb ik altijd gedaan. Op de basisschool waren mijn leraren zeer enthousiast over mij. Ze vonden me een leuke en spontane meid. Na de basisschool ben ik havo gaan doen op het Willem II College. Het is daar heel gezellig. Ik kan goed met mensen opschieten. Zowel met Marokkanen als met Turken en Nederlanders. Ook met mijn leraren heb ik een goede band. Op school kent bijna iedereen me. Ik heb daar veel geleerd. Ik heb geleerd over de verschillende groepen die er op school zijn en de relatie die deze tot elkaar hebben. Ik heb geleerd om aan mijn toekomst te denken, om verantwoordelijkheid te nemen voor mezelf en om mijn eigen keuzes te maken. Nu ben ik zeventien en zit ik in vier havo. Volgend jaar zal ik mijn eindexamen halen. Als ik klaar ben met de havo ga ik een HBO studie volgen. Ik kan niet wachten om daar mijn diploma voor te behalen. Daarna wil ik een standaard van acht tot vijf baan zodat ik veel tijd voor mijn toekomstige man en kinderen over houd. Voor de toekomst is het denk ik heel erg belangrijk om naar school te gaan. Mijn moeder heeft me geleerd om goed na te denken bij elke stap die ik neem en ik ben van plan om alles in te zetten om school op de juiste manier af te sluiten. Ik doe daar heel erg mijn best voor. Ik leer me vaak kapot voor een vijfje of een zesje. Ik krijg wat school betreft gelukkig veel steun van mijn moeder die veel ervaring heeft met het Nederlandse schoolsysteem. Mijn moeder is net mijn beste vriendin. Ik vertel haar letterlijk alles. We zijn heel open met elkaar. Zij is in Nederland opgegroeid en weet daarom hoe ik denk en wat ik zie in de wereld. Als ze van de eerste generatie was geweest dan zou ze de denkbeelden van Marokko hebben gehad. Dan was de kloof 15

DIT IS ONZE TIJD

Dounia. Ze is spontaan, open en romantisch. Ze is bijna klaar met de middel-bare school en ziet haar toekomst al helemaal voor zich. Hier volgt haar verhaal. Het verhaal van een wijze dromer.


16


Op zulke momenten ga ik vaak schoenen kopen. Elke keer als ik een schoenenwinkel binnenloop dan moet ik er gewoon nog een paar aanschaffen. Mijn kast puilt ervan uit. Vorig jaar heb ik veel schoenen gekocht. Het was een moeilijk jaar. Een neefje van mij is toen overleden. Hij was negen jaar oud. Het kwam hard bij mij aan. Zijn zusje is nu ook ziek. Elke dag wens ik dat ze beter wordt. Dat ze geen operaties meer hoeft te ondergaan. In hetzelfde jaar hebben zowel mijn oom als mijn vader in het ziekenhuis gelegen. Gelukkig is dat goed afgelopen. Ik ging elke dag dat ze er lagen bij ze langs. Ik denk dat mijn familie en ik samen een reden vormden voor ze om te vechten om in leven te blijven. Ik weet nu, na alles wat er gebeurd is, hoe belangrijk het is om de juiste keuzes te maken. We leven maar een keer en het leven kan elk moment afgelopen zijn. Een aantal van mijn vroegere Marokkaanse vriendinnen hadden andere gedachtes en doelen in het dagelijkse leven. Ik wilde ze eigenlijk niet verliezen maar ik heb toch besloten mijn eigen weg te volgen. Ik ben nu blij dat ik dat gedaan heb. Ik volg mijn eigen dromen. Trouwen is mijn grootste droom. Het is ook de droom van mijn moeder voor mij. Ik ben de oudste van haar kinderen en zal dus als eerste trouwen. We zien het al helemaal voor ons. Een groot trouwfeest waarvoor iedereen zal worden uitgenodigd. Ik zal de prinses en het hoogtepunt van de dag zijn. Alles zal voor mij worden geregeld. Ik wil het zo graag meemaken. Ik kan niet wachten! Ik kijk ook heel erg vooruit naar het krijgen van kinderen. Kinderen zijn zo mooi. Het is iets van jou en de persoon waarvan je houdt. Het is het symbool van de liefde tussen twee mensen. Ik ben echt romantisch en bij het horen van het woord kinderen begin ik al meteen te dromen. Ik zal mijn moeder en mijn schoonmoeder er ook blij meemaken want zij zullen oma worden en dat geweldig vinden. Als er over Dounia gesproken wordt dan spreekt men al snel over ‘huisje, boompje, beestje’. Later heb ik samen met mijn man een knus huisje waarin boven alles de liefde zal heersen. Ik kijk ernaar uit en droom ervan. Ik weet natuurlijk nog niet hoe het zal zijn en met welke man ik zal trouwen. Het is zo spannend en wazig allemaal. Ik heb wel heel veel eisen ten aanzien van de man waarmee ik ga trouwen. Hij moet betrouwbaar, eerlijk, Moslim en gelovig zijn. We moeten samen kunnen lachen, het moet gezellig zijn. Ik wens een man waarmee ik alles kan delen zodat ik me nergens voor hoef te schamen en me veilig en be-schermd bij hem kan voelen. Ik wil ook dat zijn familie heel open is en dat zijn familie en mijn familie goed met elkaar kunnen opschieten. Ze zullen mij moeten accepteren zoals ik ben. 17

DIT IS ONZE TIJD

tussen mijn moeder en ik groter geweest. Mijn zusje en mijn kinderen zal ik waarschijnlijk nog beter begrijpen dan mijn moeder mij begrijpt. Ik heb namelijk dingen meegemaakt die mijn moeder weer niet heeft meegemaakt. Wanneer mijn zusje later in de pubertijd zit, zal zij altijd bij mij terecht kunnen. Zo ben ik namelijk. Als er iemand pijn heeft of hulp nodig heeft dan vergeet ik alles waarmee ik op dat moment bezig ben, want dan moet ik er eerst voor die persoon zijn. Als het daarna beter met die personen gaat, dan word ik daar zo gelukkig van. Soms moet ik wel oppassen dat ik mezelf niet vergeet. Dan is het zoveel. Teveel.


We leven nu in 2006. Vroeger werden Marokkaanse mensen vaak uitgehuwelijkt. Nu trouwen de meeste Marokkaanse stelletjes pas als ze elkaar beter hebben leren kennen. Wel zijn er nog altijd veel roddels. Ik denk daarom goed na bij wat ik doe. Als ik een jongen leer kennen dan denk ik altijd eerst ‘Zou ik een toekomst met hem kunnen hebben?’. En pas als het antwoord op deze vraag positief is, zou ik het er misschien op wagen. Als ik verliefd ben op iemand waarvan ik weet dat een gedeelde toekomst onmogelijk is, dan wacht ik af. De verliefdheid gaat dan vanzelf over. Maar soms wil ik me niets aantrekken van roddels. Het is mijn leven en het zijn mijn keuzes. Het is tussen mij en God. Als een jongen mij leuk vindt en echt voor me gaat dan luistert hij niet naar roddels. We leven in de tijd van nu. In de tijd van nu hoort een jongen uit zichzelf naar je toe te komen en je te willen kennen. In de tijd van nu ken je elkaar al voor een lange tijd voordat je trouwt en is trouwen een gezamenlijke beslissing. We moeten ons eigen leven kunnen leiden. Ons niet laten beïnvloeden door anderen en tegelijkertijd onze ouders niet teleurstellen. We moeten niet alleen om onszelf geven. Als we proberen te bereiken wat we willen bereiken zal God het ons geven. Ieder mens dat lief heeft zal geliefd zijn bij de mensen. God beloont ons daarvoor. Mijn levensmotto is dan ook bereiken wat ik wil bereiken. Mijn opleiding afronden, trouwen en iets van mezelf aan de samenleving meegeven. Ik zou heel graag een voorbeeld willen zijn voor de Marokkanen in Nederland. Net als mijn moeder die hier heel bekend is. Aicha dat is een voorbeeld. Als zakenvrouw, als moeder en als vrouw.

18


meryem-

GEEN VERDRIET MEER OP DE WERELD. Ik ben geboren op 26 februari 1985. Mijn familie komt uit het oosten van Turkije, uit Erzurun. Ik heb vier broers en een zusje. Mijn zusje en ik zijn de jongsten thuis. Het is heel gezellig thuis. Mijn oudste broer is 33 en mijn zusje wordt 18 jaar in mei. Mijn drie oudste broers zijn al getrouwd. Maar mijn andere broer, mijn zusje en ik zijn nog vrijgezel. Ik woon bij mijn broer thuis. Toen ik klein was ben ik samen met mijn broer naar een speciale school gegaan om de Nederlandse taal te leren beheersen. Ik heb dus niet op een normale kleuterschool gezeten. Als ik nu mijn nichtje naar school breng, dan zie ik de kinderen in de kleuterklas spelen. Dat was bij mij niet zo. Ik vind het jammer dat ik dat niet heb kunnen meemaken. Toen we uiteindelijk Nederlands konden spreken, zijn mijn broer en ik naar de basisschool gegaan. Omdat we in mijn jeugd vaak verhuisd zijn, heb ik op drie verschillende basisscholen gezeten. Ik moest elke keer weer wennen en nieuwe vrienden maken. Het was niet makkelijk. Daarna heb ik ook nog het middelbaar onderwijs gevolgd en daarna heb ik een MBO opleiding gedaan. Ik heb eerst twee jaar de opleiding voor administratief commercieel medewerker gedaan en nu ben ik bezig met een opleiding directie secretaresse en management assistente. Administratief medewerker was toch niet echt wat ik wilde. Ik heb eigenlijk altijd modeontwerpster willen worden. Dat was mijn droomopleiding. Kleding tekenen en dat laten ontwerpen. Daar heb ik altijd naar verlangd. Maar dat kon uiteindelijk niet. Ik heb me daar wel voor ingeschreven maar ik werd niet aangenomen omdat ik een hoofddoek draag. Een schande vind ik! Ze zeiden toen tegen mij: ‘Je hebt geen andere keus dan werken in de administratie.’ Dat was heel hard om te horen. Het is altijd zo. Als je een hoofddoek draagt, loop je regelmatig tegen een muur op. De droom om een modeopleiding te volgen heb ik hierdoor opgegeven. Ik zal het niet meer proberen. Thuis teken ik nog wel kledingstukjes en T-shirtjes. Ik kan het daarna alleen niet zelf maken. Ik heb er de opleiding niet voor gehad om te weten hoe ik het moet ontwerpen. 19

DIT IS ONZE TIJD

Dit is het verhaal van Meryem. Haar leven was niet altijd even makkelijk. Toch houdt zij de kracht en de wil om door te gaan. Samen met haar familie en haar geloof.


20


Toch ben ik wel tevreden met de opleiding die ik nu doe. Ik hoef later niet zo hoog te komen. Als ik maar niet in een fabriek maar op een goede plaats terecht kom en het gevoel heb van: ‘Ik zit hier wel goed’. Dan is het wel oké. Ik hoef geen carrière te maken. Dan moet je de rest achter laten. Als ik maar genoeg geld heb om te leven en tijd heb voor mijn familie. Met weinig kun je ook blij zijn. Familie is heel erg belangrijk voor mij. Een mens kan volgens mij niet zonder zijn familie. Het is prettig om steun van ze te krijgen, om te weten dat ze er bij zijn als je verdrietig of gelukkig bent. Ik vind het daarom ook belangrijk om kinderen te krijgen en te trouwen. Allah heeft gezegd dat we moeten trouwen als de tijd daar rijp voor is. Als je niet trouwt dan ben je alleen. En volgens de Islam is ‘alleen zijn’ speciaal bestemd voor Allah. Door te trouwen leer je hoe je het leven kan delen. Je leert het geduld op te brengen.

Familiebijeenkomsten vind ik het leukste wat er is in mijn leven. Als iedereen bij ons is, mijn ooms, mijn tantes, mijn nichten en neven, dan ben ik echt heel blij. Samen lachen en gezellig eten en drinken. Dat is zo leuk. Elke keer dat er zo een familiebijeenkomst is, neem ik het op met mijn camera zodat ik het later nog altijd kan bekijken. Als ik problemen heb, vraag ik ook eerder hulp aan mijn familie dan aan mijn vrienden. Ieder mens is namelijk anders. En als vrienden je helpen weet je niet altijd of ze het goed bedoelen. Ik heb echt heel veel meegemaakt met vrienden, en dat was pijnlijk. Vroeger had ik heel veel vrienden maar naderhand is dat echt veel minder geworden. Ik ben nu kieskeuriger. Hoe ouder ik word, hoe minder ik in andere mensen vertrouw. Mijn moeder zegt ook altijd: “Hoe meer vrienden, hoe meer problemen”. Het is echt zo. Dat is levenservaring. Toch heb ik naast mijn nichten twee hele goede vriendinnen. Een Turks meisje dat ik al 7 jaar ken en een heel lief Libanees meisje dat ik in sep-tember heb leren kennen. Ik ben blij dat ik hun heb, en zij zijn ook blij dat zij mij hebben. Ik vind het belangrijk om vrienden met dezelfde achtergrond als mezelf te hebben. Dan kun je meer delen. Ik heb behalve mijn Libanese vriendin geen vrienden die niet Turks zijn. De Turkse en Libanese cultuur hangen hetzelfde geloof aan. En dan klikt het wel. Maar mensen met verschillende achtergronden praten over verschillende dingen. De ene heeft het over iets en de ander heeft het weer over iets heel anders. Het klikt dan niet. En daar heb je niks aan. Met mijn vrienden en familie praat ik vooral over de Islam. Zonder mijn geloof kan ik denk ik niet leven. Ik lees veel in de Koran. Ik ben altijd trots op mezelf dat ik een Turkse Moslim ben. Maar zowel in Turkije als in Nederland word ik gezien als een buitenlander. Dat is heel erg. Als ik in Turkije ben dan 21

DIT IS ONZE TIJD

De man waarmee ik zal trouwen moet Moslim en gelovig zijn. Hij moet Turks zijn en uit dezelfde stad als ik komen. Zo zullen we goed met elkaar kunnen communiceren waardoor we gelukkig zullen zijn. We zullen samen ook kinderen krijgen. Ik wil dat omdat Allah het wil en omdat kinderen beeldschoon zijn.


mis ik iets. Ik weet niet hoe ik het moet beschrijven. Ons huis is in Nederland. Misschien mis ik dat. En als ik in Nederland ben dan lijk ik net een ingestelde robot die elke dag hetzelfde doet. ‘s Morgens opstaan, dan naar school en dan weer terug. Als ik iets anders heb gedaan dat wel leuk is, dan lijkt het net of ik erover heb gedroomd en dat het eigen-lijk niet zo gebeurd is. Raar maar waar. Vroeger dacht ik er nooit aan om in Turkije te gaan wonen. Maar nu wel. Ik zou het me niet moeilijker maken, als het makkelijk kan. Als ik dood ga dan word ik in Turkije begraven. Mijn vader is daar ook begraven. En als ik terug ga dan is dat niet nu maar over een aantal jaren. In Turkije woont de enige oma die ik nog heb. Ik heb geen andere opa en oma meer. Ik heb haar al vijf jaar niet meer gezien en mis haar heel erg. Mijn wens is dat mensen geen verdriet meer hebben. Ik hoop dat Allah mensen die in moeilijkheden en in problemen zitten helpt. Hij is de enige die alles ziet en hoort en ik hoop dat Hij ons ook hoort en ziet. Ik wens vrede op de wereld. Dat mensen stoppen met vechten. Dat er overal op de wereld eerlijkheid is.

22


omnya-

STA OPEN EN TOON RESPECT! Dit is het verhaal van Omnya. Ze is 17, open, spontaan, weet wat ze wil en heeft boven alles mensen lief. Haar verhaal is het verhaal van een jonge vrouw die op het punt staat belangrijke keuzes te maken.

Op dit moment zit ik op de havo en werk ik bij een mailorder bedrijf. Het is een baan die niet bij mij past. Ik vind het moeilijk om te accepteren dat er mensen boven me staan die mij bevelen geven. Ik ben vrij opgevoed en in de discussies die we thuis hebben heeft iedereen zijn eigen mening. Ik ben groot gebekt en als ik het ergens niet mee eens ben heb ik de neiging om dat te zeggen. Ik heb nu geleerd om mezelf op het werk en op school in te houden. Ik heb me leren beheersen. Later zal ik ook voor een baas moeten werken en het is goed dat ik nu weet hoe dat gaat. Wanneer ik klaar ben met de havo wil ik naar het HBO gaan en mocht het zo zijn dat ik de mogelijkheid krijg om nog verder te studeren dan wil ik dat zeker doen. Voor mijn ouders is het heel belangrijk dat ik ver kom in mijn studies. Ze willen graag dat ik waarmaak wat voor hen onmogelijk was. Maar ik ben wel vrij om te kiezen wat ik wil studeren. Bij veel Marokkaanse gezinnen zeggen ouders tegen hun kinderen: ‘Je moet dokter worden!’. In onze familie is het vooral van belang dat we een goede opleiding volgen en dat we als gevolg daarvan een goede baan krijgen, als basis in het leven. Ik heb een tante, het zusje van mijn moeder die een universitaire studie rechten heeft gedaan. Vroeger wou ik ook advocaat worden. Zij was en is nog steeds mijn grote voorbeeld. Ik heb een hele goede band met haar. Ik kan alles tegen haar zeggen en als ik ergens mee zit dan fiets ik vaak eventjes naar haar toe om erover te praten. Maar naar mate ik ouder werd begreep ik dat advocaat worden makkelijker was gezegd dan gedaan. Bovendien merkte ik dat advocaat niet echt een baan was die bij mij zou passen. Ik heb nu, nadat ik twee jaar lang studiebeurzen heb bezocht, besloten om sociaal juridische dienstverlening te doen. Ik wil met rechten bezig zijn maar ook met mensen. Ik wil iets goeds doen. Iets waar mensen wat aan hebben. Ik ben iemand die graag en makkelijk met mensen in contact komt. Mijn vriendinnen zijn dan ook mijn grootste hobby. 23

DIT IS ONZE TIJD

Ik ben tevreden met mijn leven. Het lukt mij steeds te bereiken waar ik op hoop. Ik ben tot nu toe altijd gelukkig geweest. Af en toe waren er dipjes, maar daar heb ik altijd weer uit weten te komen. Soms word ik bang dat het mis gaat omdat alles altijd precies gaat zoals ik het wil en zoals ik het denk. Alles gaat dan zo erg de goede kant op dat ik me afvraag hoe lang dat nog kan duren.


24


Naast mijn tante heeft ook mijn beste vriendin een belangrijke rol in mijn leven gespeeld. Zij is half Duits, half Nederlands. Ik ken haar al veertien jaar. Ik ben opgegroeid in een buurt in Tilburg Noord die nu een getto aan het worden is. Toen ik daar woonde was dat nog niet het geval. Mijn vriendin woonde twee flats naast de onze. Voor haar flat was er een speeltuin en daar heb ik haar al spelend leren kennen. Toen we naar de basisschool gingen, kwamen we in dezelfde klas terecht. Sindsdien is het altijd dik aangeweest tussen ons. We gingen zo erg in elkaar op dat we zelfs concurrenten van elkaar werden. We gingen teveel op elkaar letten, wouden beter presteren dan de ander en speelden alleen nog met zijn tweetjes. De rest van de wereld bestond niet meer. Ze hebben toen geprobeerd om ons in verschillende klassen te plaatsen, maar zagen al snel dat wij zonder elkaar niet goed functioneerden. Uiteindelijk zijn we dus weer in dezelfde klas terecht gekomen met de bedoeling nooit meer uit elkaar te gaan. Ik heb veel vrienden van veel verschillende nationaliteiten en voel me in Nederland thuis. Als ik in Marokko ben dan mis ik heel Nederland. Ik hou er van om mijn familie daar te bezoeken en geniet van de zon, de zee en het strand, maar ik mis dan wel veel. Ik ben daar eigenlijk niet meer of minder dan een toerist op vakantie die een nieuwe wereld instapt. Ik weet niet of ik ooit in Marokko zou willen wonen. Ik vraag me dan altijd af wat ik daar zou moeten gaan doen. Mijn taalbeheersing van het Marokkaans is voldoende maar ik denk niet dat ik het daar in mijn eentje zou volhouden. Ik heb er veel familie, maar ik mis mijn oma in Nederland bijvoorbeeld sneller dan mijn oma in Marokko. Mijn oma in Nederland ken ik goed en zie ik vaak waardoor we een sterke band hebben ontwikkeld. Mijn familie in Marokko zie ik daarentegen bijna nooit waardoor ik niet kan zeggen dat ik ze echt mis. Dan zou ik liegen. In Marokko ben ik de toerist, de Europeaan, de buitenlander en in Nederland de allochtoon, de Marokkaan. Ik leef dus tussen twee werelden in en dat vind ik het moeilijkste van mijn leven in Nederland. Ik spreek goed Nederlands, ik ben in Tilburg geboren en ben dus zoals elke Tilburger eigenlijk een echte ‘kruikenzeiker’ zoals ze Tilburgers noemen, maar toch word ik niet zo gezien. Ik hoop dat het voor mijn kinderen beter zal zijn. Maar ben bang van niet. Het zal waarschijnlijk altijd zo blijven. Er zullen altijd botsingen voorkomen 25

DIT IS ONZE TIJD

Ik hoop dat het voor mijn broertje en mijn zusje net zo goed zal gaan als het voor mij is gegaan wat vriendschap en school betreft. De geboorte van mijn broertje en zusje kan ik me nog erg goed herinneren. Ik vond het zo mooi om mee te maken, dat nieuwe leven. Ik ben altijd erg zorgzaam geweest als oudere zus. Ik probeer mijn broertje en mijn zusje zoveel mogelijk bij te brengen en te behoeden voor de gevaren van het leven. Mijn broertje gaat straks naar de middelbare school en ik wil niet dat hij in de criminaliteit terecht komt. Ik zeg vaak tegen hem dat hij zijn vrienden goed moet uitkiezen, dat niet iedereen te vertrouwen is. Ik hoop ook dat ik door te studeren een voorbeeld voor hen zal zijn. Mijn tante was mijn voorbeeld. Omdat ik zag dat zij het kon, dacht ik: ‘Dat wil ik ook!’. Misschien kan ik voor mijn broertje en mijn zusje hetzelfde betekenen als wat mijn tante voor mij betekend heeft.


die duidelijk zullen maken dat we geen autochtonen zijn. Ik accepteer dat nu en heb er mee leren leven. Mensen kunnen mij zien als Marokkaans of als Nederlands, de keuze is aan hun. Maar ik heb mijn eigen identiteit, mijn eigen mening, los van mijn nationaliteit en van de mening van anderen. Het gaat er uiteindelijk om dat ik in staat ben om in mijn leven te bereiken wat ik wil. En volgens mij gaat dat lukken. Ik denk dat mijn moeder daar een grote rol in heeft gespeeld. Ze heeft de twee culturen en ons geloof goed samen kunnen brengen in haar opvoeding. Als ik zie hoe belangrijk een aantal mensen in mijn leven en in de keuzes die ik heb gemaakt zijn geweest, besef ik dat het belangrijk is om zoveel mogelijk tijd door te brengen met de mensen die ons lief zijn. Het leven is vergankelijk en we moeten dus van elkaar en van onze omgeving genieten zolang het kan. Laten we van elkaar leren en onszelf niet afzonderen van andere mensen, van andere culturen, van andere groepen. Laten we open staan voor anderen, dan zullen zij ook open staan voor ons. En laten we respect hebben voor anderen, zij zullen dat respect dan zeker teruggeven.

26


ilknur-

STOP MENSEN NIET IN HOKJES! In groep 2 en 3 van de basisschool, had ik alleen maar Turkse vriendinnen. Mijn ouders hebben mij daar toen expres weggehaald omdat ik geen Nederlands sprak. Op de school waar ik toen terecht kwam, was ik de enige buitenlander. Ik heb daardoor weinig Turkse vrienden en voel me vaak meer Nederlands dan Turks. Ik vind het leuk om mensen met een andere achtergrond te kennen. Om te weten hoe zij in het leven staan en over dingen denken. Het is voor mij belangrijk om niet alleen te blijven vasthouden aan de eigen cultuur. Bij andere Turkse gezinnen zie je meestal meteen dat het een Turks gezin is. Soms alleen maar door naar de gordijnen te kijken. Bij mijn familie kun je dat niet zien. Misschien omdat mijn ouders allebei werken en de taal goed beheersen. Toch voel ik af en toe de behoefte om vriendinnen te hebben die ook uit Turkije komen. Ik heb beide culturen in me en sommige gevoelens en meningen kan ik niet echt goed uiten bij mijn Nederlandse vrienden. Ik vind het dan fijn dat ik terug kan vallen op mijn beste vriendin. Die is Turks. Ik weet wat ik aan haar heb. Ik vind het soms ook jammer dat ik niet in Turkije geboren ben. Ik denk dan: ‘Zodra ik klaar ben met mijn studie ga ik wonen en werken in Turkije’. Het lijkt me veel fijner om daar te wonen dan in het saaie en koude Nederland. Ik mis hier de warmte van de Turkse cultuur en het levendige van Turkije. Als je ouder wordt ga je daarnaar verlangen. Maar af en toe denk ik: ‘Nee, ik studeer hier en ken de taal goed. Ik weet hoe het hier werkt en blijf hier’. Ik weet het niet. Het lijkt me moeilijk om alles achter te laten en om een nieuwe start te moeten maken in Turkije. Voorlopig houd ik het dus maar bij vakantie. De band met mijn familie daar is de laatste paar jaren hechter geworden en ik merk dat ik het belangrijk vind om met ze in contact te blijven. Ik zit echt tussen de twee culturen in. Ik ben altijd een buitenbeentje geweest en het is moeilijk om mij in een hokje te plaatsen. Ik zou willen dat mensen meer open zouden zijn en beter zouden luisteren en geen etiket op iemand zouden plakken. Mensen stoppen zaken al heel snel in hokjes, heb ik gemerkt. Het zou mooi zijn als we wat langer zouden wachten voordat we een oordeel vellen. 27

DIT IS ONZE TIJD

Ilknur Yenice is 22 jaar oud. Ze woont op kamers in Breda waar ze communicatie en multimedia design studeert.. Ze is sterk mooi en onafhankelijk en vertelt ons haar verhaal. Het verhaal van een vrouw die zelf wil bepalen wie ze is en hoe ze leeft.


28


Nadat ik de basisschool had afgerond, ben ik de mavo en daarna de havo gaan doen. Toen ik dat had afgerond ben ik communicatie en multimedia design gaan studeren. Ik zit nu al in mijn tweede jaar. Ik doe deze studie om in de reclamewereld terecht te komen. Dat wil ik al sinds ik klein ben. De meeste mensen zappen weg van reclame, ik zap er juist naartoe. Ik ben altijd creatief geweest en vind het leuk om concepten te bedenken en films en folders te maken. Als ik klaar ben met deze studie wil ik nog een master doen. Ik stel me zo voor dat ik over tien jaar mijn studie heb afgerond, werk in de reclame, een eigen huis heb en genoeg geld verdien om fijn te kunnen leven.

Ik ben gehecht aan mijn vrijheid en mijn man zal dat moeten accepteren. Hij zal mij moeten nemen zoals ik ben. Waar hij vandaan komt maakt me niks uit. Als hij en ik maar op dezelfde golflengte zitten. Uiteindelijk zullen mijn ouders mijn keuze denk ik wel accepteren. Ten slotte willen ze alleen maar dat ik gelukkig ben. Maar voorlopig denk ik nog niet aan trouwen. Ik ben te druk bezig met het leiden van mijn eigen leven. Zes maanden geleden ben ik op kamers gaan wonen in Breda. Ik kon er niet meer tegen om thuis te wonen. Alles was altijd al voor me voorgekauwd en ik kreeg het daardoor benauwd. Mijn vader vond het niet leuk dat ik weg wou. In de Turkse cultuur hoort een meisje niet op kamers te gaan wonen. We hebben dus veel ruzie gehad. Gelukkig is hij nu niet boos meer. Hij begrijpt het nu en mijn ouders zijn blij voor me. Ik denk dat ik heel veel geluk heb gehad met zulke ouders. Ik heb veel van ze geleerd en ze hebben mij een leven vol mogelijkheden gegeven. Dankzij hen kan ik nu mijn eigen leven leiden. Ik geniet van mijn studie en ben blij dat ik de touwtjes van mijn leven zelf in handen heb.

29

DIT IS ONZE TIJD

Thuis zitten en niet werken lijkt me niks. Als je thuisblijft en voor je kinderen zorgt, raak je, denk ik, een deel van jezelf kwijt. We hebben de kans om iets te doen met ons leven en daar moeten we gebruik van maken. Mijn ouders willen ook graag dat ik later werk. Ze willen niet dat ik afhankelijk wordt van een man. Mijn vader wil wel graag dat ik later met een Turkse jongen trouw. Maar ik vind dat Turkse jongens vaak te traditioneel zijn ingesteld.


30


huseyin-

GENIET VAN ELKE DAG! Ik ben op 31 mei 1990 in Tilburg geboren. Mijn leven is altijd wel goed geweest. Ik woon nu sinds mijn dertiende samen met mijn ouders en mijn broer in deze buurt, dicht bij het centrum van Tilburg. Vroeger woonden we in Noord. Het was daar veel gezelliger. Het was daar heel druk, en daar houd ik van. Hier is er veel minder leven op straat. Onze buren hebben wei-nig contact met elkaar. Ik had het fijner gevonden als we elkaar op straat wat meer zouden groeten. Het is jammer om geen woord te spreken met mensen die je regelmatig tegenkomt en waar je zo dicht bij woont. Ik vind het belangrijk om goede contacten te hebben met de mensen om mij heen. Vriendschap heeft voor mij altijd een grote rol gespeeld. Wat ik niet aan mijn familie kwijt kan, kan ik altijd aan mijn vrienden kwijt. Vrienden kies je zelf. Bij familie is dat anders. Ik heb vier vrienden waarvan ik zeker weet dat ik altijd bij ze terecht kan. Mijn vrienden en ik gaan in de zomer vaak samen voetballen. In de winter zit ik meer thuis en kijk ik naar films. De passie voor films heb ik van mijn vader gekregen. Toch zie ik mijn vrienden het hele jaar door. In de moskee is er altijd wel een vriend van mij te vinden. Ik ga er vaak heen. Soms elke dag, soms maar een keer in de week. De moskee is niet alleen maar een plek om te bidden. Je kunt er ook naar voetbalwedstrijden kijken en voor de oudere mensen is er een theehuisje. De moskee is eigenlijk een soort ontmoetingsplek. Je kunt er altijd heen, het is er altijd leuk, en iedereen is er welkom. Maar in de eerste plaats blijft de moskee een plek om te bidden. Als ik iets nodig heb wat ik aan niemand kan vragen, dan vraag ik dat altijd aan Mohammed. Ook als ik iets moois meemaak. Als ik iets zie, iets krijg, of iemand tegenkom waar ik gelukkig van wordt, dan moet ik altijd aan Hem denken. Blijdschap verbindt mij met Hem. Ik voel me dan zo dankbaar. Bij blijdschap denk ik aan de kleine dingen in het leven. Zoals vorig jaar op vakantie in Turkije. Er was daar een nicht van mij die net zo oud is als ik en 31

DIT IS ONZE TIJD

Huseyin ontmoette ik op een zonnige dag in zijn huis in Tilburg. Zittend op de bank heeft hij mij zijn verhaal verteld. Het verhaal van een 16 jarige jongen van Turkse afkomst die in Nederland is opgegroeid. Het verhaal van een jongen die er ouder uitziet dan zijn leeftijd. Het verhaal van een heel lieve en pure jongen die bereid was om te praten. Te praten over zijn verleden zijn heden en zijn toekomst, over zijn geluk en zijn ongeluk, over liefde en vriendschap, kortom over de unieke persoon die hij zelf is.


die ik eigenlijk al kende. Dit jaar klikte het heel goed. Samen met haar en mijn neefje uit Nederland waren we altijd samen. Het was een mooie tijd. Het was genieten. Het maakte niet uit wat we deden. Als we maar samen waren, dan waren we gelukkig. Ik mis haar nu echt. Het liefst zou ik nu meteen in een vliegtuig stappen en naar haar toe gaan in Kirsehir. Maar hoewel ik haar mis, heb ik niet te klagen met mijn leven. Ik ben gelukkig. Ik hoop dat het zo door zal gaan. Het is hiervoor niet altijd even goed geweest. De tijd waarin ik zakte van havo/vwo naar de mavo was een moeilijke tijd voor mij. Dat was in het tweede en derde jaar van de middelbare school. Ik had toen echt een rare periode. Als ik ‘s ochtends wakker werd voelde ik me alsof mijn moeder net was overleden. Zo slecht voelde ik mij. Ik begreep niet eens waarom. Als er iemand iets aardigs probeerde te zeggen dan schopte ik daar tegenin. Ik kon er niet tegen. Ik deed rare dingen en had mezelf niet onder controle. Gelukkig is het overgegaan. Ik kreeg veel steun van een vriend van mij op school. Daar praatte ik veel mee. Hij was de enige die ik toeliet. Samen met hem ben ik eruit gekomen. Nu ben ik weer blij en geniet ik weer volop van het leven. Het is belangrijk om van elke dag te genieten en elke dag voluit te beleven. Het leven is niet lang en we moeten er dus iets van maken. Wat dat betreft vind ik het wel jammer dat ik aanvankelijk een verkeerde studiekeuze heb gemaakt door voor de opleiding boekhouding te kiezen. Ik heb daarmee tijd verloren. Ik was het gaan doen omdat ik weet dat ik het kan en omdat je er een goede baan mee kan krijgen. Jammer genoeg is het heel saai. Je doet er de hele tijd hetzelfde. Getallen, getallen en nog is getallen. Ik ga daarom stoppen met de opleiding en binnenkort beginnen met een opleiding in de handel. De handel is veel socialer. Misschien ga ik later een eigen zaak opzetten. Carrière hoeft voor mij niet. Het is voor mij veel belangrijker dat ik later een gezin heb waarmee ik gelukkig ben. Als ik klaar met mijn opleiding wil ik trouwen. Als ik trouw dan moet ik in staat zijn om voor mijn vrouw te kunnen zorgen. Dan wil ik een mooi huisje hebben. Ik zou geen vrouw willen hebben die alleen maar schoonmaakt en kookt en verder helemaal niks doet. Vrouwen hebben gevochten voor gelijkheid met mannen en die gelijkheid is in Nederland volgens mij aanwezig. Die gelijkheid wil ik ook in mijn huwelijk zien. Het moet iemand zijn die ik snap en die mij snapt. We moeten goed met elkaar kunnen opschieten. Voor een huwelijk is dat heel belangrijk. We moeten samen en alle twee gelukkig zijn. Ik wil later met mijn vrouw in Nederland blijven wonen. Als ik het dan heb zoals mijn vader het heeft, dan ben ik tevreden. Het gaat goed met ons gezin hier in Nederland. Mijn ouders praten er zelf wel vaak over om terug te keren naar Turkije. Wie weet? Misschien gaan we toch een keer terug. Er zal voor mij wel een heel goede reden moeten zijn om weg te gaan. Ik heb hier tot nu toe een mooi leven kunnen leiden.

32


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.